Sie sind auf Seite 1von 14

Marginalia bij Jacob Grimm's Duitse Mythologie (1835)

jwr47

Nogmaals sinds 2004 neem ik de Duitse Mythologie van Grimm in handen. Is dit nu al de laatste keer, dat ik dit oek o!ensla" Ik weet, dat er ooit een laatste keer voor ieder oek moet #ijn, #oals er voor alle li$hamelijke en geestelijke a$ties een laatste keer moet worden gede%inieerd. &nvoorstel aar, wat 'a$o Grimm in de (Duitse Mythologie) ge!resteerd hee%t. Merkwaardig, dat uitgerekend hem als taalkundige de mythis$he sym oliek der vo$alen *#oals ijvoor eeld +,I&van kei#er .rederik III/ ontgaan #ijn. 0elli$ht werden hem door de 1erken restri$ties o!gelegd. Ik ekijk het werk nu met andere ogen. Destijds in 2004 was de sym olis$he etekenis van de klinkers mij nog niet #o duidelijk. +$htera% kan ik eter eoordelen, welke thematis$he ereiken onder eli$ht #ijn ge leven. 1leuren, klinkers en de !ersoonlijke voornaamwoorden ehoren daartoe. Interessant lijkt mij de e2!erimentele )toevoeging van het ont rekende3 als marginalia *kanttekeningen/ aan dit werk uit 4567. De e2tra eli$hting van alle gegevens kan de sym olis$he etekenis van de klinkers 8 kleuren als het ware naar voren halen. Grimm9s werk do$umenteert niet alleen de Duitse, maar ook )Nederduitse3 mythologie, door en !assant ook de details uit het Nederlandstalige taal ereik te onder#oeken. :oor eelden daarvan *Martens :;gelken4, !in2ter loem2, luila!6, <ellevoetsluis, woedens!anne4, 0oensdre$ht7, de )=elig3>heden? Woensel, Eersel, Roysel, et$./ kan men ook in de online>versie7 o!#oeken.

4 2 6 4 7 ?

=unte Maartens veugeltje #at al o! een heuveltje met #ijn rood rood rokje. Deel II, @ag. 62? Meisje o! een edelaarskar 8 iris !seuda$orus, !ag. ?77 *745/ Auila! *luilak/, !ag. ?77 *745/ De#e !agina he ik kennelijk volgens 0iki!edia ij het eerste onder#oek ? mrt 2007 aangelegd. 0odani Braje$tum ,r #ijn veel meer sel>namen dan 5 #aligheden suggererenC Naast 0oensel is Duisel *D Dui, Eui, Buis$o/ welli$ht aan een god gewijd. :erder #ijn er nog Fij$kevorsel, ... 7 'a$o Grimm > Deutsche Mythologie 7: Wuotan, Wodan (Oinn) *Duitse tekst en ,ngelse vertaling/

Klinkers
Tweeslachtigheid
,en van de eerste, o!vallende resultaten van de analyse van Grimms werk was de o!vallende stru$tuur van de naam BuGsto res!e$tievelijk *in het Aatijn/ Buis$o, waarin de klinkers - en I verwij#en naar eHuivalente, $entrale elementen in I Dyeus, de alomtegenwoordige hemelse god van het @roto>Indo>,uro!ese !antheon. Destijds al was mij o!gevallen, dat Grimm de door 0a$kernagel geGdenti%i$eerde tweesla$htigheid 5 van Buisto vermeldt. &ok in 2004 vermoedde ik al, dat de tweesla$htigheid in de klinkers I en *res!e$tievelijk J en - in IDyeus) ge$odeerd was. +ndere godennamen, die met de#e hemelse god in ver inding worden ge ra$ht #ijnC Deus, Zeus, Ziu, Duos9, !"iter#$ (%u"iter), Dis &ater##, 'i(a), t*+ar#,, BKr46 :olgens 0iki!edia44 wordt de asisnaam IDyeus wordt met 2 lettergre!en uitges!roken, dus als Idi-us D dis L MDagM. &ok in de twee lettergre!en mag een dualiteit o% tweesla$htigheid worden vermoed.

Drieledige naam
In %eite evat IDyeus e$hter welli$ht drie a%#onderlijke, lange klinkers, die als #el%standige lettergre!en moeten worden uitges!roken. <et Nederlands ge ruikt daarvoor trema9s, die sle$hts te !as en te on!as worden ge ruikt. Eo ehoort het trema ook te worden ges$hreven in Des.

Drievuldigheid15
In het midden van de Duitse week staat &din, ge%lankeerd door #ijn #oons Byr en Bhor, AatijnC Mars, Mer$urius, 'u!iter4?. ,tymologis$h vers$hillen Byr en Bhor sle$hts in de $entrale klinker I en &. De rune Byr *N/ was een van de elangrijkste sym olen. Naast de#e rune *N/ werd een met twee haken uitge reide rune * / toege!ast, die een eHuivalente godheid ,ar es$hrij%t. In het Euid>Duitse taalge ied *Oeieren, =$hwa en/ vindt men de#e naam terug in het woord ,rtag, ,ritag, ,r$htag voor dinsdag47.

5 door 0a$kernagel in <au!ts Eeits$hri%t P, 2?4 vermeld o! !ag. 74 im Na$htrag *IQ. Eio/, Deuts$he Mythologie, Grimm/ P Relti$ mythology e.g. Gaulish Duos 40 :ader I44 :ader Dis 42 :ader Byr 46 'i+eden is het .os +an 'yr in Z(eden/ 01den (.os) (as een +an de .elangri23ste sta4+aders +an de 5ngelsa3sische .e+ol3ing, (aar+an 6ri44 de na4enli2sten +er4eldt/ 44 IDyeus 47 Deel II, @ag. 47 4? Deel II, @ag. 45 47 Deel I, @ag. 4?7 *456/

De acht zaligheden
Grimm suggereert nu, dat ,ersel aan de weekdag ,ritag45, 0oensel aan de weekdag 0oensdag en Foysel4P aan de donderdag, gewijd aan de rode !laneet Mars20 gewijd kan #ijn. Dui)el *Duisel D Dui/ wordt in de#e reeks niet genoemd. De +$ht Ealigheden #ouden hun ijnaam te danken he en aan de <ollandse militairen die hier tijdens de Oelgis$he Fevolutie rond 4560 ingekwartierd waren en de streek als arm#aligheid es!otten. Daar Grimm #ijn werk e$hter 4567 ge!u li$eerd hee%t en '.0. 0ol% in Gramayes Ba2andria $iteert, is het onwaars$hijnlijk, dat de acht )aligheden destijds Grimm en 0ol% als #odanig ekend #ijn geweest.

Trema
<et trema wordt ge ruikt in een niet>samengesteld woord*deel/ om te voorkomen dat twee o!eenvolgende klinkerletters als SSn klank gele#en worden. <et gaat hier om de volgende veertien letter$om inatiesC aa, ai, au, ee, ei, eu, ie, oe, oi, oo, ou, ui, uu en ook ae. Oovendien moet men in geda$hten de y>$om inaties en de drieledige reeksen daaraan toevoegenC yeu, yau, et$...

Tusto
Naast Buisto voldoet ook 7Dyeus aan de#e regel en de juiste s!elling is dusC BuGsto, res!e$tievelijk 7Dy89s o: 7Dy;9s/ -iteraard ehoort ook Eeus daaruit correct a%geleid en uitges!roken te worden als Zes, anders wordt het net als )geus3 met een sle$hts een lettergree! )eu3 ge%ormuleerd. Eel%s het woord Duits moet m.i. als DuGts, en ijvoor eeld Duis urg als DuGs urg, worden uitges!roken, omdat de#e klinkers$om inaties o! de#el%de BuGsto> asis erusten. +an alle goden worden steden en ergen. Grimm vermeldt als aan BuGsto *als Eiu T Eio/ gewijde steden Eies ur$ L +ugs urg, Dius!ur$h, Bus urg, Dius urg L Duis urg, Does urgh, Buss erg, Byssen erg24. Daaraan kan men nog Duisdor% * ij Oonn/ voegen.

Nodfyr of noodvuur22
In het Nod%yr o% noodvuur, dat na $atastro%en o!nieuw moest worden aangelegd, werden mannelijke en vrouwelijke elementen tegen elkaar gewreven. De herkomst van het woorddeel nood gaat terug o! nuod, wrijven, en niet o! een oude stam van het woord nood. Grimm vermeldt ijvoor eeld, dat de wrij%houtjes in het +ra is$h Zen *he mannelijke, ovenste/, res!e$tievelijk Zen et het vrouwelijke, onderliggende, uitgeholde hout aanduiden *477/. De sym olis$he etekenis duidt o! een tweesla$htige, androgyne sym oliek.

Meiboom, Maie ole2!


De mei oom is in %eite een vru$ht aarheidssym ool met mannelijke en vrouwelijke elementen. Fondom 4 Mei24 werden de ruiden uitgeroe!en27.

45 4P 20 24 22 26 24 27

Deel I, @ag. 4?7 *456/ Roysel *later D Feusel/ Deel I, @ag. 4?7 *456/ Deel II, !ag. 72 &!genomen in de lijst van ndiculus su"erstitionu4 et "aganiaru4 *lijst van ijgeloo% en heidense !raktijken/ @ag. ?4P *76P/ 0al!urgisna$ht eli$ht > =ti$hting @romise @ag. ?75 *74P/

"ersoonli#$e voornaamwoorden
&!vallend is de versterking van verwensingen2?, ver#ekeringen, eed> en groet%ormules27 door de $om inatie van God met de !ersoonlijke voornaamwoorden, die ook Grimm al vermeldt 25, ijvoor eeld in 0is wilkomen mir u. got2P. 1ennelijk versterkt men de wens door de toevoeging van God. &ok versterkt de toevoeging van God een uits!raak over de kwaliteit van mijn kennis, dat ik iets weet *o% niet weet/C da# wei# got unde i$h60 De#el%de soort %ormulering is ook al in de heidense tijd toege!ast )dat is &din en mij ekend364. =oms wordt ook het o#e element )duivel3 naast God ge!laatstC 6ot noch den tiu(el lo.en De geruststellende ver inding tussen Ik en God wordt door de tegenstelling Gij en de duivel ge$ontrasteerd. <et idee van een eigen God als es$hermende !ersoon wordt ook door de uitdrukkingen )mijn God3, en#ovoorts versterkt62.

%ssonantie
De ver inding tussen God en het !ersoonlijke voornaamwoord der 4e !ersoon )Ik3 wordt in Fomaanse talen ook door klinkerrijm *assonantie66/ versterktC io, ehorend ij Dio, yo ij Dios, iau ij Diau, ieu ij Dieu, eu ij Deu, iu ij Diu, et$. De#e merkwaardige assonantie wordt gedo$umenteerd in Bhe <ermeti$ Rode2 III > :owel =ym olism64. In het Euid>Duitse diale$t kan de assonantie worden waargenomen in ih, ehorend ij Zui o% Dui.

2? 27 25 2P 60 64 62 66 64

Oijvoor eeld @ar leu *.ransC !ar Dieu/, !ag. 46 voetnoot Gottwillkem, GrUV Gott,... in hoo%dstuk II, God, !agina 46 0ees ij mij en God welkom. Dat weet God en ik in hoo%dstuk II, God, !agina 46 Na$htrag !agina P. assonantie <et Ooek DiWus > &ver de du ele, i!olaire kern van de religie is niet meer o! een a$tuele stand

De &ervocalen %, ' en (!5


&ors!ronkelijk #ijn er sle$hts drie klankenC +, I en -. De & en , worden !as later toegevoegd. De medeklinkers *4ee3lan3en/ #ijn in %eite ij#aak. De I is de vo$aal, die het verst vooraan, de - de vo$aal, die het verst a$hteraan in het vo$ale kanaal ontstaat. De + wordt met een geheel geo!end vo$aal kanaal ge!rodu$eerd6?. Met ehul! van de oervo$alen luidt de s!elling van de naam voor de hemelse god 7Di;9s/ :an de oervo$alen #ijn de I en de - anti!oden in het vo$ale geluidss!e$trum, terwijl de derde klinker + het midden van het vo$ale geluidss!e$trum markeert.

De vocalen ), *, &
De Griekse J is in het Aatijn door kei#er Rlaudius toegevoegd als een a%geka!te M<M, die een klinker voorsteldeC waars$hijnlijk edoeld om de Griekse X *y!silon/ te translitereren, enTo% om een klank tussen MiM en MuM weer te geven. &! dat moment estond de MJM nog niet in het Aatijnse al%a et67. De ),3 was sym olis$h eHuivalent met )I3, de )&3 met de )-3, de )J3 met de klank tussen )I3 en )-3 o% met een tweeklank.

De vocaal + ,*taIn de runens$hri%t s!eelde de )W653 welli$ht in de =$andinavis$he talen een grote rol, o.a. als !ersoonlijk voornaamwoord )ik3. De rune hee%t #i$h welli$ht later in een )J3, res!e$tievelijk )I3 ontwikkeld6P. De#e W>vo$aal komt overeen met de Griekse letter ,ta *</. De ,ta vormt samen met de ,, & en de ar$haGs$he + de $entrale vo$aal in de reeks drieledige ego> !ronomina *iau, ieu, iou, ih/ die #i$h rondom de Ewitserse stad Rhur40 hee%t ontwikkeld44.

Dagen van de wee$


+an de dagen van de week esteed Grimm veel aanda$ht 42. De dagen van de week $orreleren in de regel met de #even !laneten der oudheid46. Naarmate er meer !laneten ontdekt werden, groeide het aantal klinkers, het aantal metalen en welli$ht ook het aantal kleuren van de regen oog. Interessant #ijn de woorden voor dinsdag *in de Germaanse talenC din2da$h, disdag, desdag, disenda$h, tihsdi, tisdej, BUsdei, Bysdagr, tiistai, tisdag, .../ en donderdag *met name in de Fomaanse talen/ in de diverse diale$ten, omdat de#e de @I,>naam 7Dy;9s in de historis$he lokale varianten re!resenteren. In het internet vindt men tegenwoordig veel gelijkwaardige ronnen 44, die ook het Fomaanse taal ereik do$umenteren. Men kan daaruit a%le#en hoe een god vroeger welli$ht genoemd werdC Biuwesdag, EYestag, Biisdei, tKsdagur, tysdag, et$...
67 Das Funen>0;rter u$h > von -do 0aldemar Dieteri$h *4544/C Die -rvokale sind !, " und # *=eite :I/Z das $ und % sind s![ter hin#ugekommen 6? Notes on the :owels *as a .oundation %or the =ym olism o% the Rlaudian Aetters/ 67 Aetters van Rlaudius *40 v. Rhr. \] 74 / 65 W *Bhe Rreation Aegend en$oded in a =ingular :owel/ \ De s$he!!ingslegende in SSn enkele klinker ^ 6P ,tymology %or DWy, Biw and W *)I3/ 40 Rhur is de eerste iss$ho!s#etel ten noorden van de +l!en *uit de 4e eeuw nR./. Rhur was waars$hijnlijk al P000 jaar voor Rhristus door oeren ewoond. Daarmee is het de oudste neder#etting van Ewitserland. 44 Bhe .ourth :owel *generating ,go>!ronouns %rom sets o% vowels/ 42 Deel II, !ag. 4? 46 =ome Notes to =a ian @hiloso!hy and Bimaeus 44 Names o% the days o: the (ee3

+et levensmotto %*'&( van $eizer .rederi$ '''/5


1ei#er .rederik III hee%t al in #ijn jeugd een levensmotto geko#en, dat is o!ge ouwd uit de vij% klinkers +>,>I>&>- van het Middeleeuwse al%a et. De etekenis van dit motto is on ekend.

+et 0rie$se alfabet/1


<et Griekse al%a et estaat daarentegen uit #even klinkersC _`abcXd 47, die een grote rol he en ges!eeld in de magis$he !a!yri en de Gnosis. Ben o!#i$hte van het Aatijnse al%a et #ijn de twee klinkers < *D ae/ en d *D ou/ e2tra sym olen. <et aantal klinkers in het Griekse al%a et is welli$ht tot #even aangegroeid om het #evental te syn$hroniseren met het aantal !laneten45. De#e uit reiding leidde vervolgens tot langere namen voor de godenC I+d *'ao/, D Ieoua *'ehova/D efghijk

2ahwe/3
De naam 'ahwe estaat in een groot aantal s$hrij%wij#en *hoo%d#akelijk/ uit een reeks vo$alen. De naam J<0< wordt in de Griekse s$hrij%wij#e in historis$he do$umenten o%%i$ieel meestal als I+d vertaald, wat $orreleert met de oerklinkers I>+>- en de drievoudige reeks klinkers I>+>- in de @I,> naam voor de hemelse god 7Di;9s/

2anus54
'anus moet over twee ge#i$hten a%ge eeld. es$hikt he en. Orahma en =vantovit werden vierko!!ig

0ebre$en51
=ommige goden uit het noorden worden met ge reken es$hrevenC &din eenogig, Byr eenhandig, <;dr lind, miss$hien ook AogiTAoki net als <e!hastos o% de duivel lam o% hinkend.

47 4? 47 45 4P 70 74

&n the =ym olism o% the :owels +>,>I>&>-, Die +,I&->=ignatur des 1aisers .riedri$h III Bhe =a$red :owels in @ronouns \ )Bhe Mystery o% the =even :owels3 *4PP4/ 'os$elyn Godwin =!elen Met Aetter$om inaties > De rol van !ermutaties Bhe =even Bem!les o% <arran > ,2!laining the vowel sym ols in b_d Iaoue > De%inition > <cri.d Deel I, !agina 2?5 *2PP/ Deel I, !agina 2?5 *2PP/

Kleuren
De elangrijkste ronnen voor de sym olis$he etekenis van de kleuren #ijnC de oeken ,2odus en 1ronieken72, in$lusie% de vertaal%outen76 musea74, met name de tentoonstelling Roloured Idols, Middeleeuwse manus$ri!ten77, FomeinsTGriekse historis$he do$umenten7? #oals ijvoor eeld MDe !arallelle levens77M door @lutar$hus, waarin met name de kleuren !ur!er *het kei#erlijke sym ool/ en rood *als militair sym ool/ worden eli$ht. de antieke tem!els75, o.a. de re$onstru$ties van de tem!el van +thene in het Oritish Museum *Aonden/ de kerken7P en de liturgie?0, met name de gra%tom en?4, in het ij#onder .ontevraud + ey?2 de s$hilderkunst?6

Grimm hee%t sle$hts weinig gegevens uit de#e ronnen geraad!leegd, omdat hij #i$h m.i. vooral o! ges$hreven teksten hee%t ge$on$entreerd. <et #oeken naar de kleuren in de online>versie is !ro lematis$h, omdat de s$hrij%wij#e varieert. De kleuren staan ook niet in het register. De kleuren en de met name de historis$he ontwikkeling van de kleuren van de regen oog ?4 komt ij Grimm niet aan de orde?7.

De +elweg en +ellevoetsluis
De <elweg?? was oors!ronkelijk de DodenwegC )helvius sive strata !u li$a3?7. In Nederland heette de grote Oeer volgens Grimm de <ellewagen?5. @rin$i!ieel moet de#e dodenweg net als de 'a$o sweg *naar =antiago T .inis Berrae/ naar de westelijke kust leiden. <et verloo! van de <elwegen he ik *in$lusie% sle$hts een !aar lo$aties in Nederland/ in Google> ma!s in kaart ge ra$ht?P. <er ook door Grimm genoemde <ellevoetsluis 70 *het Nederlandse =antiago \ .inisterre"/ was vermoedelijk destijds in Nederland het est !er s$hi! via de rivieren te ereiken.
72 76 74 77 7? 77 75 7P ?0 ?4 ?2 ?6 ?4 ?7 ?? ?7 ?5 ?P 70 De Oij else 1leuren @ur!er, Food en Olauw, De kleuren en klanken van Byrus &ver de :ertaal%outen in ,2odus 27>4 Olue and Fed in Medieval Garments Illuminated Manus$ri!ts Olue and Fed in Notitia Dignitatum =ym olism o% @ur!le and =$arlet in Greek and Foman =o$ieties Fed and Olue in +r$hite$ture and +rtwork 0idukind9s Bom , Fed and Olue in +r$hite$ture and +rtwork Aiturgi$al *and Foyal/ Rolours Food en Olauw in Foermond Fed and Olue in Oritish Foyalty Rolor Roding in the Aast =u!!er * y Aeonardo Da :in$i/ , Jellow %or 'udas , =ome Rolor 1eys in @aintings @agina ?40 *?P4/ Bhe dou le rain ow in the )=tu!!a$h Madonna3 \ .alse Fain ow =ym ols *in sym oli$ and religious !aintings/ Der <ellweg na$h <olland Deel I, !ag. ??P Deel I, !ag. ??P <ellweg 4 *<ellwege/ \ <ellweg 2 *<ellenweg, <ellstraVe, usw./ In =Udholland an der MaasmUndung e%indet si$h ein &rt <ellevoetsluis. Die F;mer ha en hier <elium, inter <elium a$ .levum, ita a!!elantur ostia, in Huae e%%usus Fhenus a se!tentrione in la$us, a o$$idente in amnem Mosam se s!argit , medio inter hae$ ore modi$um nomine suo $ustodiens alveum. *@lin. 4,2P, au$h Ba$itus 2,?. *'a$o Grimm, Deuts$he Mythologie, =eite 2?2/.

De +ellegaten te 5oermond
In Foermond evinden #i$h *n. . vlak ij het huis, waar mijn vader is o!gegroeid/ een groot en een klein <ellegat, die #i$h ij de ,RI>$entrale aan de Foermonding evonden. De o%%i$ille markeringen #ijn in Google Ma!s al verloren gegaan, maar in het internet vind ik nog een s!oor74. Miss$hien ehoorde een veer ij de Foermonding tot de verlenging van de <elweg naar de =$heldemonding aan de westkust. &! het eerste ge#i$ht viel mij althans ij het samenstellen van de Google ma!s>kaarten niets o!.

+ellegat en +ellegat67eer
De Foermondse hellegaten $on$urreren e$hter met tientallen andere helle-gaten en andere Nederlandstalige hel>elementen, die :i$ van Dy$ in =ellegat en =ellegat-0eer vaak met jaartallen en historis$he notities hee%t gedo$umenteerd, ijvoor eeld over de Fu!el tussen Du%%el en de =$heldemondingC &! !agina 404>407 van een door hem ge$iteerd oek72 staatC )=et =ellegat is de enige o+ergang o+er de Ru"el tussen Du::el en de 4onding +an de <chelde/ 0oor gans West>ra.ant is hi2 +ana: de oudste ti2den de hoo:do+ergang/ <teeds (ordt .e(eerd ? (i2 4enen niet ten onrechte ? dat hi2 reeds ten ti2de +an de Ro4einen de grote o+ergang tussen Zuid en @oord is ge(eest en de heer.aan +an >a+ai-5sse hier een o+ergang +ond in de richting +an Atrecht/ El3een, die de Middeleeu(se geschiedenis +an on)e ge(esten hee:t .estudeerd 3ent de .elangri23heid +an het =ellegat/ Bangs hier togen alle grote rei)igers/ On)e hertogen 3(a4en hier langs/

+elwegen in 7laanderen en Nederland

Eig/ #: 0oort)etting +an de Duitse =ell(eg naar de =el(eg in 0laanderen


6oogle-Ma"s: <elwegen *in :laanderen en Nederland/

Ik registreer de Nederlandstalige hel>elementen, die :i$ van Dy$ in =ellegat en =ellegat-0eer hee%t ver#ameld in een Google>ma!s kaart en voeg daaraan de hoo%droute van de Duitse <ellweg toe. De dan ges$hetste route duidt o! een $entrale lo$atie te Foermond.
74 =ellegat en =ellegat door :i$ van Dy$k \ De Foer... > <istorie Roer4ond 72 )=et Do4ein +an de 5.di2 +an Coreneli4unster in >ra.ant, =et ontstaan en de Ont(i33eling +an &uursD

+lternatie% daartoe kan men nog de Maasovergang ij de =el"oort +an Maastricht als een tweede route es$houwen. :anuit Maastri$ht is overigens een weg denk aar, die over een sle$hts enkele meters hoge heuvelrug #onder rivierkruisingen naar de =$helde voert. <et is een traditionele Ora antse =ighroad7F. ,en tweede .inisterre lag vermoedelijk verder #uidelijk aan de Oelgis$he kust. ,r #ijn in het Nederlandstalige ereik tallo#e <el>namen, die aansluiten o! het Duitse ereik tussen de Fijn en @ader orn, #oals ijvoor eeld in de omgeving van de Fu!el74C &nder Fuis roek vindt menC =ellegat *4264/, de =ellegatstraat o% =ellegatsche <traete, het =ellegatschoor, het =ellegat(iel o% het =ellegatsche Wiel, de =ellegatschans o% Eort +an =ellegat en de =ellegat.rug over het kanaal. Oovendien stond er in de #waaikom van de vaart Orussel-Fu!el, ter hoogte van de her erg )>i2 ClothildeD onder Fuis roek, een ord met de tekstC )@iet an3eren in Gt =ellegatD. In 1al%ort vindt men de 6rote =el en de Hleine =el *47de eeuw/Z een stuk grond genaamd de =elle en de #ijrivier van de :liet de =elle. De#e #ijrivier vinden we ook terug o! de militaire sta%kaarten als =elle.ee3. Be Niel tre%t men in de ar$hieven dan weer de =ellegaetsche straete *nu de @otaardestraat/, de =ellegat.aen *nu de @oortelei/, het =ellegater+eldt *gelegen ten oosten van de 1il eek/, het =ellegat+eer en natuurlijk =ellegat als mgehu$htnaamn en straatnaam. De =ellegat.aan onder =$helle ligt dan weer in het verlengde van de Nielse @oortelei. ,r estond ooit een =ellegatstraat onder 1onti$h. Be Oornem is er =el *45??/ en in @uurs het =elle.os *4??5/. In Niel, ter hoogte van het huidige gemeentehuis stond er een huis met de naam De =elle o% Den =elho::. &ok in de +rdennen, ij Ootrange, is er een riviertje de =ill o% de =elle. In 4764 estond er het huis De =elle te Fumst, in 4770 een eemd de =elle te Olaasveld en het =elle+eld te Du%%el. =ellegat ij Orussel, =ellegat tussen Gelrode en Nieuwrode *+ars$hot/, =ellegat ij <oeselt *Aim urg/, =ellegat te Burnhout *:is eekstraat/, =ellegat ij Fijkevorsel, =ellegat ij =int> @ieters>Fode, =ellegat ij Fijs ergen *NA/, =ellegat.ee3 en =ellegat o! de Fode erg *0. :laanderen/, =ellegat te 0etteren, =ellegat *samen met <elhoek, <elhoekheide, <elheuvels, 1lokkeven, :agevuur en :enus erg uit de metaaltijden/ te Fijkevorsel. ,r estaan een =ellegat en =ellegat.ee3 tussen Oerlaar en 1oningshooikt, =ellegat ij 1emmel, =ellsI 6ate in ,ngeland, =ellegat in New Jork *-.=./ een smalle doorgang o! de ,ast Fiver, nu <ell Gate, 6root =ellegat te Foermond *NA/, de oevers van de =ellegats"laten ij :olkerakdam *NA/, =ellegat ij +alsmeer *NA/, =ellegat in Eaamslag *NA/, =ellegat in ,tten>Aeur *NA/, =ellegat ij +2el>&ssenisse *NA/.

76 <ighroads in the Aowlands > Beutoni$ Mythology 74 =ellegat en =ellegat door :i$ van Dy$k

8it
:an alle kleuren was wit de edelste D witte !aarden voor de koning77.

9wart : 8it
De dag ontstaat uit de na$ht, de na$ht uit de dag. De na$ht was de moeder van de dag. <alja, Demeter, Diana, Maria #ijn hal% #wart o% helemaal donker7?. De Fomeinen es$houwden &luto als %u"iter niger *de #warte God/. De duivel is #wart. :oor de #warten e$hter is de duivel wit77. ,r #ijn tallo#e duivels75.

5ood ; <lauw
<et gra% van 0idukind in ,nger is in lauw en rood gere$onstrueerd7P. Drie halmen lijven voor &swald staan, drie aren, die driemaal met loemen ge onden worden. <et #ijn de koren loem *$entaurea, lauw/, de lot#e *rode koren loem, !a!aver rhoeas/ en de $amille50.

<lauw
De lauwe liksemvlam werd als teken van God es$houwd, waar ij een vloek werd geuit54.

5ood
De on#i$ht aar makende $a!e *)Barnka!!e3/ was rood52. De kleur van ne$tar was rood56 */

0oud
.reya9s tranen waren van goud. Daarvan stamt de enaming goud54.

77 7? 77 75 7P 50 54 52 56 54

Deel I, !agina 745 *?24/ Deel I, !agina 52P *P47/ Deel II, @agina 2P4 Deel II, @agina 2P7 Gra relie% 0idukinds in der ,ngeraner 1ir$he Deel II, @ag. ?0 Deel I, Donar, !ag. 445 *4?6/ Deel I, !agina 656 *462/ deel I, !agina 2?4 *2P7/ Deel I, !agina 276 *254/

Appendix I: Notities Deutsche Mythologie- Jacob Grimm !"#$%


:erlagC .ourierverlag +utorC 'a$o Grimm *I 4757, <anau, gestor en 45?6 in Oerlin/ 0idmungC Dahlmann dem .reunde O[nderC 2 =tU$k -m%angC Beil I 4047 =eiten, Beil II 76? =eiten :er;%%entli$htC 4567 Na$hdru$k .ourierverlagC unver[nderter Na$hdru$k der 4. +u%lage 4577>4575 Datum Noti#enC 27.42.2004 ,intragC 20 'ul. 2005 von '0F

&tru'tur ( )hemenliste ( "nhalts*er+eichnis ,an "


Grimm hat die =u stantive in seinem 0erk *wie im ,nglis$hen/ immer mit 1lein u$hsta en ges$hrie en. :orrede 4. einleitung 2. gott 6. gottesdienst und %este 4. tem!el und altar 7. !riester ?. g;tter 7. 0uotan 5. Donar P. Eio 40..ro 44.@altar 42.andere g;tter 46.g;ttinnen 44.g;tterverh[ltnisse 47.helden 4?.weise %rauen 47.wi$hte und el e 45.riesen
9us=tzlicher %nhang ,in <and ''-

4P.s$h;!%ung 20.elemente 24. [ume und thiere 22.himmel und gestirne 26.tag und na$ht 24.sommer und winter 27.#eit und welt 2?.seelen 27.tod 25.s$hi$ksal und heil 2P.!ersoni%i$ationen 60.di$htkunst 64.ges!enster 62.entrU$kung 66.teu%el 64.#au er 67.a erglau e 6?.krankheiten 67.kr[uter und steine 65.s!rU$he und segen

+ngels[$hsis$he stammta%eln + erglau e *aus#Uge/

Zusammen-assung
Im let#ten Moment gelingt 'a$o Grimm *#usammen mit seinem Oruder/ die Dokumentation der deuts$hen Identit[t, der Mythologie, eins$hlieVli$h Grammatik, M[r$hen, =!ri$hw;rter, :olks r[u$he, usw.

Das Ou$h ist %Ur .a$hleute und Interessenten gut les ar, verst[ndli$h und ty!ogra%is$h ausge#ei$hnet ges$hrie en und gedru$kt. .Ur -n edar%te enth[lt das Ou$h a er sehr viele Details. Der -nwissende wird gewissermaVen von der :iel#ahl der Details ers$hlagen. Im ausge#ei$hneten Gesamtregister *im Beil II/ kann man lei$ht na$h =ti$hw;rter su$hen. Die =$hrei weise ist sehr modern, d.h. Grimm s$hrei t =u stantive ohne GroVs$hri%t, sodass die =$hrei weise dem ,nglis$h ents!ri$ht. +u$h ist das Ou$h ni$ht in =Utterlins$hri%t ges$hrie en, a er in den normalen r;mis$hen Ou$hsta en.

.oti+en ,an "


Mahlst/tte *74/ Drie goden eelden ij ,regen+ aan de Oodensee *P0/ 0oensel1 %ersel1 2oysel *427, 4?7/ 0oe ens3anne, uim *462/ Djaus *Eio/, !ag. 4?0 *477/ Fune )is, )ir *4?7/ Zistag *4?7/ Zui *4?5/ ,ron , ,ran L =ohn von Oaldar *!. 456, unten/ 4elium und 4ellevoetssluis stammen von der G;ttin .ehalennia *=eite 246/. 5arrus .a*alis *244, +thene D 220/ Ziu war den Rhristen ein 0ir elwind *26?/ 4ellevoetssluis, F;mis$h 4elium *2?2/ #mbrosia evat goud en edelstenen *2?4/ +hnenreihe )uisco *257/ %sche *2P0/ Die Milchstra6e85 wurde als =onnen ahn *der 0eg des =onnenwagens/ etra$htet *2P?/. De uuJringesKL uueg *D weg/ wordt later de ,uringsstrasse *2P7/ :on der "rmens7l teilten si$h vier 0ege dur$h das Aand, ,riksgata wurde na$h 4 Fi$htungen ge#ogen. =ol$he vier =traVen kennt au$h die ,nglis$he o erlie%erung... *!. 600/ Min L wei li$h, #u Man L homo *Mens$h/, vgl. Meermin *!. 6?0/ Das 0icht *neutrum/, ald m[nnli$hC der O;se8ichtZ 0i$htel *diminutiv/, *!. 6?4/ Das Ding wird au$h %Ur 1ind *D 0i$ht/ verwendet *!. 6?7/ ,dda *47?/ Ailith *47?/ =o heiVt in den Niederlanden der 0irbel8in .arende :rou( *72?/ =ie en 9om3eble en *im %riesis$hen =$hild/ *747/ Jggdrasil L %sche *742/ Bag T Na$ht *?44/ 4alja, 4el ist die Bodesg;ttin *700/ \ 4elgolan L heilig DUrst T Duris *464T7?7/ Dui*el *524/ =al# T 4alle *577/ Zuilin e *PP5/

57 Oennenung der Mil$hstraVe in vielen =!ra$hen 5? Iuwaring

.oti+en ,an ""


:ron8al *heiliger 0ald/, ,ann8al *64/ 0ie =a2o die nordis$hen G;tter ansah *@luto oder Dis L &thinus, @ros!erina L 4el/ *47/ 0ochentage *4?/ =t.Oernhard L Montjou; *um 4462/ *?6/ )uisco *74, 6P5/ \ Duisburg *72/ No$h heute nennen die =$hwei#erinnen ihr GUrtel and (die :reu e) *P2/ <ischnu L s$hwar#er Gott *P7/ Mannus *400/, Mennon \ Mannitu \ Manitu *407/ 0enn &igune si$h =$hionatulander na$kt #eigt, si$hert sie ihn in Ge%ahren und l[Vt ihn im 1am!% gewinnen *=. 444/. .i'olaus 8 2u3recht *44P/ Den Gr;nl[ndern wurde der erste Mann ges$ha%%en, aus seinem Daumen *Nl. (duim)/ die erste .rau *4?2/ Das not:euer oder (ilde :euer heiVt skr. rei %euer, wo ei ein m/nnliches und ein 8eibliches hol# aneinander gerie en werden *477/. Eum Not%euer *skr. Fei %euer/C in +ra . heiVen die altertUmli$hen .euerrei h;l#er Zen *das m[nnli$he, o ere/, und Zen et das wei li$he, unterlegte, geh;lte *477/ 4elle'essel ist ein ,igenname #u Oonn *240/ Gestor enen sollen na$h 4elga-ell kommen *244/ ,in sagenha%ter Milch8eg, der nun Mhlen8eg genannt wird *250/ Das =al# *hal1 sal/ war heilig *607/

Inhoud
1linkers................................................................................................................................................2 Bweesla$htigheid.............................................................................................................................2 Drieledige naam...............................................................................................................................2 Drievuldigheid.................................................................................................................................2 De a$ht #aligheden...........................................................................................................................6 Brema...............................................................................................................................................6 BuGsto...............................................................................................................................................6 Nod%yr o% noodvuur.........................................................................................................................6 Mei oom, Maie!ole.........................................................................................................................6 @ersoonlijke voornaamwoorden......................................................................................................4 +ssonantie........................................................................................................................................4 De &ervo$alen +, I en -..................................................................................................................7 De vo$alen J, ,, &...........................................................................................................................7 De vo$aal < *,ta/............................................................................................................................7 Dagen van de week .........................................................................................................................7 <et levensmotto +,I&- van kei#er .rederik III.............................................................................? <et Griekse al%a et..........................................................................................................................? 'ahwe...............................................................................................................................................? 'anus.................................................................................................................................................? Ge reken..........................................................................................................................................? 1leuren.................................................................................................................................................7 De <elweg en <ellevoetsluis...........................................................................................................7 De <ellegaten te Foermond.............................................................................................................5 <ellegat en <ellegat>:eer ...............................................................................................................5 <elwegen in :laanderen en Nederland...........................................................................................5 0it .................................................................................................................................................40 Ewart T 0it ....................................................................................................................................40 Food 8 Olauw...............................................................................................................................40 Olauw.............................................................................................................................................40 Food...............................................................................................................................................40 Goud...............................................................................................................................................40 +!!endi2 IC Notities Deuts$he Mythologie> 'a$o Grimm *4567/....................................................44 =truktur T Bhemenliste T Inhaltsver#ei$hnis Oand I...................................................................44 Eus[t#li$her +nhang *in Oand II/.........................................................................................44 Eusammen%assung.....................................................................................................................44 Noti#en Oand I..........................................................................................................................42 Noti#en Oand II.........................................................................................................................46

Das könnte Ihnen auch gefallen