Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Colofon
Pijler is een uitgave van het Commando DienstenCentra, geproduceerd door het Dienstencentrum Defensiemedia. Hoofdredactie Dave Coenen Eindredactie Jack Oosthoek Vormgeving Grafische Dienst, Audiovisuele Dienst Defensie, Den Haag Druk Deltahage, Den Haag Oplage: 10.500 Redactieadres: Dienstencentrum Defensiemedia Gebouw Binckhorsthof Binckhorstlaan 135 2516 BA Den Haag Telefoon 070.339.78.01/DSN *06-580-7801 Email: pijler@mindef.nl Redactionele bijdragen van: Dave Coenen (Communicatie CDC), Suzan van der Weij (Divisie Vastgoed en Beveiliging), Cynthia den Blanken (Divisie Defensie Gezondheidszorg Organisatie), Wouter Kalkman (Divisie Facilitair & Logistiek), Petra Huijser (Divisie Personeel & Organisatie Defensie), Ferry Robbers (Nederlandse Defensie Academie). Overname van artikelen en fotos is toegestaan na overleg met de redactie en onder bronvermelding. Aan artikelen kunnen geen rechten worden ontleend. De inhoud van de Pijler weerspiegelt niet noodzakelijk de mening van het Ministerie van Defensie. De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden artikelen in te korten, niet, gedeeltelijk of gewijzigd te plaatsen. Adreswijzigingen: Via intranet: P&O Selfservice
Inhoudsopgave
4 IDR-militairen beleven Aziatisch avontuur
Twee (reserve)militairen van het Instituut samenwerking Defensie en Relatieziekenhuizen (IDR) keken deze zomer hun ogen uit in de Amerikaanse humanitaire oefening Pacific Partnership.
12 Spijkerbroeken vertellen
Lang, pittig en geen moment voor jezelf. Dat zijn de ingredinten van de Maritieme Introductie Periode voor marineofficieren in sp. Vier zogeheten spijkerbroeken vertellen over hun ervaringen.
En verder: 3 7 11 14 18 20 Column commandant CDC, vice-admiraal Erik Kopp. Kort Nieuws met onder meer het optreden op RTL-tv van korporaal kok Tim van Pelt van Paresto. De rubriek Integer Geregeld over het gebruik van social media door personeel van Defensie. Mijn Werkplek. Piet Lesterhuis is tijdelijk bij Buitenlandse Zaken gedetacheerd. De Sectie Facilitair Management zorgt ervoor dat alle CDCers een dak boven het hoofd hebben. Foto van de maand.
Voorpagina
Radioloog eerste luitenant Hasse Roel van het Instituut samenwerking Defensie en Relatieziekenhuizen viel afgelopen zomer bij de Amerikaanse oefening Pacific Partnership van de ene verbazing in de andere. Foto Maurits van Hout.
Pijler
Nummer 8 - november 2012
Van de commandant
Anker op
Op 18 oktober heeft Defensie op een aantal onderwerpen met betrekking tot de reorganisaties overeenstemming bereikt met de vakbonden. Dat betekent voor ons anker op en de reis vervolgen. De reorganisaties kunnen verder ingevuld worden. Daarmee komen we met een kleine vertraging in de implementatiefase. Dat geldt overigens nog niet voor elk CDC-onderdeel. Implementeren betekent dat langzaam maar zeker duidelijk wordt wat die reorganisatie voor u persoonlijk inhoudt. Aan de ene kant is dat prettig, dan weet u waar u aan toe bent. Aan de andere kant is het voor de mensen die het CDC en wellicht Defensie moeten verlaten, een hele zure appel. Ik heb het al vaker gezegd: de tijd is daar dat de reorganisatie een gezicht krijgt en u persoonlijk gaat raken. September was de maand van het functioneringsgesprek. In deze themamaand werden leidinggevenden extra attent gemaakt op het belang van functioneringsgesprekken. Daarmee willen we het functioneren van werknemers verbeteren en vooral ook een gesprek voeren dat gericht is op hun toekomst. Indien u het afgelopen jaar nog geen functioneringsgesprek hebt gehad, vraag er dan om bij uw leidinggevende. Nu, twee maanden later, vinden er ook gesprekken plaats met personeel dat een code vier heeft gekregen. Als u n van diegenen bent die te horen heeft gekregen dat er volgend jaar voor u geen functie meer is bij het CDC of zelfs bij Defensie, moet u zich voorbereiden op een onbekende toekomst. Dat is een lastig traject, waarbij ik weet dat u met pijn in het hart Defensie verlaat. Ik zal mijn best doen u daarbij zoveel als mogelijk te (laten) helpen en begeleiden, en ik wens u hierbij heel veel sterkte toe. Verder wil ik vanaf deze plek de nieuw aangetreden commandanten van DC HR, DVVO, BIMS, DCIOD, FBD en IDGO veel sterkte wensen. U bent ingestapt in een rijdende trein. Er breekt een intensieve periode voor u aan waarmee ik u veel succes wens. Ik heb vertrouwen in u. Zorg goed voor uw mensen. Tot slot nog dit. Net als u ben ik in spanning wat de uitkomst zal zijn van de onderhandelingen tussen de twee politieke partijen die, zoals het er nu naar uitziet,
regeringsverantwoordelijkheid gaan krijgen. Krijgt Defensie nog een specifieke eigen taakstelling mee, of blijft het bij een generieke overheidstaakstelling? Die afhankelijkheid van de politiek is een gegeven en ik probeer me niet teveel te laten afleiden van mijn eigenlijke werk. Ik hoop dat u dat ook lukt. Per slot van rekening is het werk dat we doen nog steeds relevant en u heeft ruim voldoende reden om dat werk leuk te vinden en er trots op te zijn. U laat me dat tijdens mijn werkbezoeken iedere keer weer blijken. Met u durf ik gerust anker op te gaan en de reis te vervolgen.
De Medische Centra Leeuwarden en Den Haag zijn aangesloten bij het Instituut samenwerking Defensie en Relatieziekenhuizen. Dat laat zijn personeel, beroeps en reservisten, regelmatig ervaring opdoen in internationale humanitaire operaties. Zoals dit jaar in Pacific Partnership, dat elke twee jaar plaatsvindt. De deelnemende militairen bieden medische hulp aan mensen die in soms onherbergzame gebieden wonen en zich geen dokter kunnen veroorloven. Daarbij selecteren artsen patinten aan land. Als dat nodig is, krijgen die een behandeling van maximaal een week op een hospitaalschip. Het gaat door de bank genomen om mensen met een niet te ernstig ziektebeeld, vertelt Roel. Dit jaar speelde Pacific Partnership zich af voor de kust van Indonesi, de Filippijnen, Vietnam en Cambodja. De Nederlandse vertegenwoordiging bestond uit een chirurg, een anesthesist, twee ok-assistenten, een
Roel werkt als eerste luitenant boven de sterkte in het Medisch Centrum Haaglanden.
De USNS Mercy zette begin mei vanuit de haven van het Amerikaanse San Diego koers naar het Verre Oosten. Foto US Navy.
Niets onmogelijk
Leerzaam vond Roel ook de samenwerking met Amerikaanse radiodiagnostisch laboranten aan boord van de Mercy. Die werken volgens andere maatstaven dan Nederlandse. Roel: Ze doen precies wat een arts zegt, terwijl wij meer zelf nadenken. Zo vragen wij ons bijvoorbeeld af waarom we een bepaalde foto maken en of we de behandeling op de beoogde manier moeten doen. Ook overleggen wij bij een onderzoek vaak met de arts. Een Amerikaanse radiodiagnostisch laborant doet dat evenmin. Die is meer hirarchisch ingesteld en geeft weinig tegengas.
samenwerken. Het was een prachtig avontuur op een onbekend schip met onbekende mensen. En geen routinewerk. Neem alleen de Mercy al: met honderden bemanningsleden en tien operatiekamers aan boord is dat net een varende stad. Imponerend allemaal en on-Europees. Roel vond het wel jammer dat de lange reis naar de Filippijnen niet in ver-
houding stond tot het relatief korte verblijf van de Nederlanders aan boord van de Mercy. Wat hem betreft gaat een medisch team een volgende keer negen in plaats van drie weken naar Pacific Partnership. Dat zal de samenwerking met de Amerikanen ten goede komen, denkt hij. We kunnen dan nog meer van elkaar leren.
Het was een prachtig avontuur op een onbekend schip met onbekende mensen
Kennelijk zit dit in de Amerikaanse medische cultuur. Aan de andere kant is voor Amerikanen op medisch gebied niets onmogelijk. In Nederland moet een behandeling min of meer in de agenda van het ziekenhuis passen. Ik zou zo weer met de Amerikanen willen
Eenmaal op de Mercy merkte Hoff dat Pacific Partnership voor de Amerikanen een missie was. De Nederlanders beschouwden die echter als een oefening, omdat ze slechts drie weken aan boord waren. Dat neemt natuurlijk
Ik denk niet dat ik mijn in de Filippijnen opgedane ervaringen in Afghanistan kan gebruiken
niet weg dat de patinten en aandoeningen hartstikke echt waren, vertelt Hoff. Zoals de man met de tumor aan zijn been die aan boord werd gebracht. Hoff: De Amerikaanse artsen wilden hem in een later stadium opereren, wij vonden dat dit direct moest gebeuren. Anders zou hij wellicht overlijden. Een Ame-
rikaanse burgerarts en ik gingen meteen aan de slag en amputeerden het been. Een heftig begin van de missie, ja, ook omdat het de eerste keer was dat ik voor Defensie op pad was. Volgens Hoff veroorzaakte het amputatiegeval een shock op de Mercy. De man met de beentumor was een uitzondering. Zulke ernstige gevallen zouden we nooit meer aan boord krijgen. Door het adequate optreden van Hoff en zijn collega bleef de man in leven en kon terugkeren naar zijn familie. Veel media waren genteresseerd in de operatie. Ik denk dat ik net zo lang interviews heb gegeven als de operatie duurde, vertelt de IDR-reservist.
aanpak viel uiteindelijk ook de Amerikanen op. Misschien zetten ze dit model door naar toekomstige missies.
Liesbreuken
Hoewel hij niet toekwam aan zijn eigen specialisme, darmchirurgie, kon Hoff in Pacific Partnership prima uit de voeten. Chirurgen zijn allemaal tot basischirurg opgeleid, benadrukt hij. De meeste van de 25 operaties die ik aan boord verrichtte, waren aan liesbreuken en gevallen van struma. Dat zijn zwellingen aan de schildklier. Ook heb ik goed- en kwaadaardige tumoren verwijderd. We hebben voor de Filippijnse bevolking, die het met een beperkte primaire medische zorg moet doen, gedaan wat we konden. Ik denk echter niet dat ik mijn in de Filippijnen opgedane ervaringen in Afghanistan bij het behandelen van militairen kan gebruiken. Het belangrijkste dat ik heb opgestoken is leren improviseren: het roeien met de riemen die er zijn. De Westerse medische hulp zorgde onder de Filippijnse bevolking voor blije gezichten, maakt Hoff de balans op. Door de taalbarrire en de verlegenheid uitte de dankbaarheid zich vooral in glimlachen. En er werd veel gezwaaid.
Screening
In de drie weken dat hij op de Mercy bivakkeerde, maakte Hoff twee screenings mee. Zo heet het systeem aan de hand waarvan artsen op de wal zieken uitkiezen die op de Mercy geholpen worden. Als resultaat van de eerste selectie kreeg Hoff de man met de tumor te behandelen. De tweede keer ging hij mee aan land. Daar ontmoette hij een Australische arts die de eerste screening had meegemaakt. Deze vond het jammer dat hij toen geen instrumenten voor kleine verrichtingen had meegenomen aan wal. Dan had hij ter plaatse veel kleine ingrepen kunnen doen. Hoff besloot op de Mercy setjes instrumenten te verzamelen en die mee te nemen naar de screening bij Calbayog (80.000 inwoners). Hetzelfde deed hij bij de Medcaps (Medical Civil Action Program), waarbij aan wal vooral huisartsenzorg en tandartsenzorg wordt geleverd. Bij Calbayog richtte Hoff in een schooltje provisorisch een operatiekamertje in voor patinten die snel hulp nodig hadden, maar niet in aanmerking kwamen voor hulp op de Mercy. Op deze manier kon hij 25 mensen helpen aan de bulten en bobbels die vaak ontstoken waren. In het begin kostte het veel moeite om de Amerikanen van het nut van de aanpak te overtuigen. Uiteindelijk kon ik de Nederlandse ok-assistent luitenant Van de Ven meekrijgen naar n van de Medcaps. Daardoor konden wij in primitieve omstandigheden een stuk efficinter werken. Het succes van de
Meer informatie
Meer informatie over Pacific Partnership op pacificpartnership.wordpress.com.
Militair arts majoor Christiaan Hoff in de operatiekamer van het ziekenhuis in Leeuwarden.
Korporaal Tim van Pelt (midden) met de sterrenchefs Julius Jaspers (rechts) en Robert Kranenborg.
Korporaal kok Tim van Pelt van defensiecateraar Paresto heeft een turbulente maand achter de rug. De kok van het bedrijfsrestaurant van de vliegbasis Gilze Rijen miste op een haar na de finale van het veelbekeken televisieprogramma van RTL 5 Topchef tegen Sterrenchef . Een deceptie, maar hij had het avontuur niet willen missen. Ik leerde technieken die bij het bereiden van diners op Gilze Rijen goed van pas komen. In Topchef tegen Sterrenchef mogen zorgvuldig geselecteerde amateurkoks zich bewijzen voor een jury van professionals uit sterrenrestaurants uit de beroemde Michelin Gids. Van Pelt gaf zich voor het programma op omdat hij zich verder wil ontwikkelen. Maar ook om aan te tonen dat er bij de krijgsmacht kwaliteitskoks werken. Het personeel op Gilze Rijen doet soms meewarig over het beroep van kok en klaagt over het eten. De mensen vergeten dat kok een vak apart is. Voor het beroep van piloot is ook niet iedereen geschikt, legt Van Pelt uit. buikspek, groentegerechten en crme de brle met bloemkool. "In het begin was ik door al die cameras zenuwachtig. Toen ik gewend was liep het allemaal beter, vertelt Van Pelt. Op de derde dag ging het mis. Door onderlinge communicatiestoornissen mislukte het vleesgerecht van Van Pelt en zijn collegas. Ik beging fouten die ik op mijn niveau niet mg maken. De jury strafte dat direct af. Jammer, we lagen in de race voor de finale. Bovendien vond ik dat ik tot de beste koks van het programma hoorde. Maar ik heb op culinair gebied veel bijgeleerd. Daarnaast was het programma een prima kans om Defensie in deze bezuinigingstijd positief te presenteren. Ik denk dat dit is gelukt.
Piccalillydressing
Na een sollicitatiegesprek in Hilversum kreeg Van Pelt bij wijze van toelatingsexamen de opdracht om zelf een gerecht te bedenken. Hij koos voor zalm met bloemkoolpanacotta, geleiblokjes van augurk en een piccalillydressing. De luchtmachter slaagde met vlag en wimpel en kwalificeerde zich voor het programma. De opnamen zouden vijf dagen duren. Elke dag kreeg het team van Van Pelt kookopdrachten van de sterrenkoks Jef Schuur, Robert Kranenborg en Julius Jaspers. Een greep uit de gerechten die op tafel kwamen: lamsrug met garnituur, kabeljauw,
De overdracht van het Twentse gevelteken door Hans van Leeuwen (rechts) aan Jilles Goedknegt symboliseerde de commando-overdracht DC HR. Foto Ruben Meijerink.
Duizenden flessen met water liggen in de loodsen van het FD Bathmen opgeslagen.
Het Fysiek Distributiecentrum is een onderdeel van de Divisie Facilitair & Logistiek van het Commando DienstenCentra. De zestien burgers en de ene militair die er werken regelen dat oefenende militairen van alle krijgsmachtdelen hun natje en droogje krijgen. Het leger marcheert op zijn maag. De leveringen gebeuren in een zogeheten totaalpakket (ont-
bijt, lunch, diner), op tijd en niet te vergeten hyginisch verpakt. Een greep uit het assortiment groene catering dat bij de hofleverancier ligt opgetast. Koffie, thee, brood, beleg, dinermaaltijden, snacks, frisdranken, accijnsvrije drank. Verder rookwaren, (gevechts)rantsoenen, lunchpakketten, vegetarische en koosjere maaltijden, flessen met water zonder bubbels.
Sociale werkplaatsen
De producten zijn geproduceerd door burgerbedrijven die een contract met Defensie hebben. Voordat ze dat krijgen kunnen ze op bezoek rekenen van een keurmeester van Defensie. Die controleert het bedrijf op allerlei punten, waaronder hygine. De verpakking van de (gevechts) rantsoenen gebeurt in sociale werkplaatsen. Zodra de levensmiddelen in Bathmen binnenkomen, laat personeel van het Fysiek Distributiecentrum er een ingangscontrole op los. Dat om na te gaan of de eetwaar aan de normen voldoet. Keurmeester Aad Struijk van het Bureau Kwaliteitsmanagement van het CDC: We kijken bijvoorbeeld of de kwaliteit van het fruit in orde is. Maar ook of de verpakking en de temperatuur van het voedsel klopt. Vanuit Bathmen gaan de levensmiddelen met de Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie naar de plaats van bestemming. Zoals onlangs naar hartje Duitsland voor de landmachtoefening Peregrine Sword. Eerder dit jaar stuurde het FD eten naar oefeningen van het Korps Mariniers, 11 Luchtmobiele Brigade en naar Afghanistan. Om misverstanden te voorkomen: de bedrijfsrestaurants van Defensie krijgen hun spullen niet door het FD Bathmen geleverd. Daar zorgt de gecontracteerde leverancier van de defensiecateraar Paresto voor. Bij elke opdracht gaat de FD-bemanning na of het efficinter en goedkoper kan, vertelt Smit. Vindt een oefening in bijvoorbeeld Hongarije of Polen plaats? Dan kan worden besloten om via contracters lokale bedrijven in te huren. Deze mogen echter pas leveren nadat een keurmeester de hygine in het bedrijf onder de loep heeft genomen. Een buitenlands bedrijf dat een contract van Defensie wil verdienen, moet net als de Nederlandse aan strenge eisen voldoen, benadrukt Smit.
Hoofd Bureau Fysieke Distributie Smit. Voor ons komt de klant, de militair in de schuttersput, op de eerste plaats.
Arriveert een pallet met goederen in Bathmen, dan wordt dat direct opgeslagen. Klaar voor verzending naar elke plek in de wereld.
10
Rantsoenen
Ook de rantsoenen voor operationele militairen gaan door de molen van keurmeesters. Dat gebeurt in de regel voordat bedrijven aan Defensie leveren. De keurmeesters gaan onder meer na of het gevechtsrantsoen volgens het contract 3600 calorien bevat. Met zon hoeveelheid in de maag zal de militair in zware omstandigheden naar verwachting geen honger lijden. En: zitten er in het Rantsoen Onder Extreme Koude (ROEK) voor mariniers en commandos vijfduizend calorien? Weegt dit pakket niet teveel? De militair moet het namelijk onder alle omstandigheden kunnen meenemen. Verder dient het noodrantsoen, met daarin vooral een soort geperste biscuitjes, duizend calorien te bevatten en het Lange Afstand Verkennerrantsoen (LAV) 4300. Overigens is er nieuws te melden over de rantsoenen. Na gedegen wetenschappelijk onderzoek komen er in 2013 waarschijnlijk drie modulaire exemplaren: voor koude, gematigde en warme omstandigheden. En voor evenzoveel soorten operaties: licht, middel en zwaar. De nieuwe rantsoenen zijn op maat gesneden voor de militair, weet keurmeester Struijk.
Redelijk vaak
Een bedrijf dat van een keurmeester van Defensie de rode kaart ontvangt, krijgt meestal drie maanden de tijd voor het doorvoeren van verbeteringen. Is er daarna nog steeds sprake van misstanden, dan schrapt Defensie de onderneming van de lijst met leveranciers. Volgens Struijk komt een afkeuring redelijk vaak voor. Een gebrek aan hygine in een bedrijf komt vaak door onwetendheid, bedrijfsblindheid en een gebrek aan kennis van zaken, vertelt hij. De meeste ondernemingen waarmee Defensie zaken doet, vooral in Europa, hebben hun zaakjes echter voor elkaar. Vooral de grote.
11
Elke maand stellen de Centrale Adviseurs Integriteit Defensie (CAID), Liesbeth de Stoppelaar en majoor Marcel Hendriksen, en de Functionaris Integriteitszorg (FIZ) mr. Nynke Wygman, een onderwerp over integriteit aan de kaak. Dit keer een artikel van Marlies Koonen over het gebruik van Social Media. Zij is waarnemend Centraal Adviseur Integriteit Defensie.
Maar internet heeft ook een andere kant. De uit de hand gelopen gevolgen van een onschuldige uitnodiging voor een feestje in het Groningse dorp Haren liggen nog vers in ons geheugen. Voor Defensie liggen de risicos vooral op het gebied van imagoschade, informatiediefstal en veiligheid van medewerkers.
Imagoschade
Waar je misschien niet direct bij stilstaat, is dat informatie die alleen voor je vrienden bedoeld is, bij een grotere groep bekend wordt. Daarnaast kan door jou inmiddels verwijderde informatie jaren later toch weer opduiken. Dat kan je dan in verlegenheid brengen omdat je intussen in een andere fase van je leven bent. Google+, de social netwerksite van Google, maakt op de achtergrond analyses van jouw surfgedrag. Bij een volgend bezoek aan Google+ wordt jouw eerdere surfgedrag gebruikt om je te helpen. Heel handig, maar daarmee bouw je wel een bepaald imago op bij Google waar je later maar moeilijk van afkomt. Of wat vind je van een foto van jezelf, genomen op een ontspannen moment tijdens een feestje, misschien een beetje pikant, die door een collega boven zijn bureau wordt gehangen? Het is natuurlijk vleiend wanneer jouw chef je uitnodigt op Facebook. Er is ook helemaal niets op tegen om een dergelijke uitnodiging te accepteren. Het is wel verstandig om even bij je chef na te gaan of hij dat verzoek daadwerkelijk zelf heeft verstuurd. Het komt namelijk voor dat criminelen zich zijn of haar identiteit toe-eigenen, om op die manier aan bedrijfsinformatie te komen.
een afdelingsoverleg de dialoog aan te gaan over dit onderwerp. Wat kan wel en wat niet? Wat je zelf ok vindt, kan je collega al over het randje vinden. Zo kunnen we elkaar behoeden voor onbedoeld gedoe of misstappen. Zie voor meer informatie de Aanwijzing SG A/973 Richtlijnen voor het gebruik van sociale media door defensiemedewerkers van 28 september 2011. Of bel voor advies de Functionaris Integriteitzorg of de Centrale Adviseur Integriteit Defensie.
12
De ketting is zo sterk als zijn zwakste schakel. Die les brengen de aspiranten tijdens de MIP in praktijk. Foto Peter de Vries
Saamhorigheid en conditie zijn belangrijk. Maar waar het tijdens de Maritieme Introductie Periode vooral om draait, is adelborsten in de dop vertrouwd maken met de marine en met Defensie. Het zeven weken durende programma omvat onder meer het aanleren van militaire vaardigheden, het uitbouwen van ieders conditie en inspannende groepsopdrachten. Op die manier krijgen de adelborsten binding met elkaar. Een introductie gewoonten en gebruiken bij het varende krijgsmachtdeel hoort er ook bij. Zo heten werktijden
scheepsuren, staat alle hens voor appl en de blauwe hap voor de traditionele rijstmaaltijd op woensdag. Al met al vormt de MIP d opstap voor alle marineofficieren. Gedurende hun verblijf op het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) vallen de mannen en vrouwen onder hoofd Praktische Militaire Vorming Amsterdam en zijn kader. Dat bestaat uit ervaren rotten in het vak. Jongens en meiden in spijkerbroek opleiden tot uitstekend officiersmateriaal betekent met zorg en beleid werken. Het kader verstaat die kunst. Am-
sterdam: Ouders geven hun zoon of dochter aan ons en vanaf dat moment zijn wij eigenlijk vader en moeder. Het opvoeden doen we met soms een denkbeeldige aai over de bol en soms met een haal over de neus. Over hoe dat laatste aanvoelt, windt aspirant-adelborst Raoul Bergsma geen doekjes. Het ondergaan van gezag is voor mij soms moeilijk. Ik betrek alles nogal op mezelf. Ook wanneer een ander een grote mond van de sergeant-majoor krijgt. Dat gevoel moet ik echt van me af zetten.
13
Tweede plaats
De maritieme introductie is niet bepaald een picknick. Het regime is streng, dwingend en de fysieke belasting venijnig. Al na enkele dagen dienen afvallers zich aan. Begint Promotie 2012 met 83 man, op Texel haken er vijf af. Ondanks een goede orintatie gingen de meesten weg omdat ze zich niet thuis voelen bij het krijgsbedrijf, weet Amsterdam. Voor wie huis en haard moeilijk los kan laten, is een baan op de golven niets, vindt de majoor. Want door operationele verplichtingen komt bij de marine het thuisfront vaak op de tweede plaats. Om personeel daarmee in een vroeg stadium vertrouwd te maken, bootst de MIP de werkelijkheid zoveel mogelijk na. Aspirant-adelborst Michael de Dobbelaar uit Axel (Zeeuws Vlaanderen): Je moet hard werken, de dagen zijn lang, de nachten kort. Alles is net als tijdens een operatie in een ver land. Andere dingen zijn nog heel schools, zoals bed opmaken. Zonder vouwen uiteraard. Doe je het niet goed, dan worden de dekens er resoluut afgetrokken. Is de PGU-kast niet onberispelijk? Dan wordt deze omgekeerd. Om het beeld van de werkelijkheid wat zwaarder aan te zetten, mogen de leerlingen tijdens de eerste weken niet chatten of Facebooken. Ook bellen kunnen ze vergeten. Daarover doet aspirant-adelborst Jaap Fuite uit Genemuiden (bij Zwolle) niet moeilijk. Ik ben niet zon beltype. En waarom wil Fuite zo graag bij de marine? Met hobbys als kickboksen, survival en bergsport is hij naar zijn zeggen niet de grootste studiebol. Hij ziet een carrire bij de mariniers vanwege het buitenleven dan ook helemaal zitten. En waarom wil hij specifiek bij de mariniers? Omdat die de allerbeste zijn. Mijn vader diende bij het korps en hij vertelt nog altijd verhalen over wat hij allemaal meemaakte. Dat heeft wel degelijk een rol gespeeld bij mijn keuze.
les aan om zoveel mogelijk adelborsten over de streep te helpen. De ene is van nature een doorzetter, de ander moet je dat bijbrengen. Bij de keuring in Amsterdam is iedereen geselecteerd op zijn of haar potentieel om officier te worden. Aan ons de taak dat er uit te halen.
Dik tevreden
Tijdens de gehele KIM-periode, maar ook tijdens de MIP, wordt Promotie 2012 constant tegen het licht gehouden. Het kader observeert gedrag en gedragingen, zowel individueel als in groepsverband. Op die manier leggen ze iedere kracht en zwakte bloot. De n streeft een carrire in de elektrotechniek na, de ander wil marinier worden. De eerste hoeft niet zo hard te kunnen lopen als een zeesoldaat, maar hij moet wel een wapensysteem of sensor aan de praat kunnen houden. Op dat soort eigenschappen passen we de opleiding hier en daar aan, vertelt Amsterdam. Over wat hij tot nu toe van Promotie 2012 zag, is hij dik tevreden. Het is een enthousiaste club en n die wat te vertellen heeft. Ze weten dat ze ergens voor komen. Aspirant-adelborst Stefan Le Belle is met 28 jaar n van de oudere leden van de Promotie 2012. Hij deed communicatie, maar kwam er gaandeweg achter dat op kantoor zitten niets voor hem is. De studie aan het KIM lijkt hem interessant. Maar veel leuker vindt hij de POTOM. Of hij hiervoor uit het juiste hout is gesneden, weet hij nog niet. Maar Le Belle gaat de uitdaging graag aan. De woorden afzien en doorzetten kent hij goed. Zo liep hij kort geleden voor de Stichting Kinderen Kankervrij (KIKA) van Tarifa in Spanje naar de Noordkaap. Een afstand van 6380 kilometer. De aannamecommissie vond dat een pluspunt. Hoewel hij wel wat gewend is, vindt Le Belle de Maritieme Introductie ronduit pittig. Vooral de lengte van de training en dat hij geen moment voor zichzelf heeft, vallen hem zwaar. Als Texel een voorbereiding is op de POTOM, dan staat me nog heel wat te wachten.
Aspirant-adelborst Raoul Bergsma: Het ondergaan van gezag is voor mij soms moeilijk.
Aspirant-adelborst Michael de Dobbelaar vindt dat sommige aspecten van de MIP veel weg hebben van een operatie in een ver land.
Intellectuele dingen
Studiebol of niet, iedere aspirant-adelborst moet tijdens zijn vier jaar aan het KIM vaak met de neus in de boeken. Maar zover is het nog niet. Na de Maritieme en de Korpsintroductie (op het KIM) gaan de vlootmensen op bootjesreis naar onder meer de Nederlandse Antillen, om de grondbeginselen van het varen te leren. De mariniers verkassen naar Rotterdam voor de Praktische Opleiding tot Officier der Mariniers (POTOM). Pas daarna komen ze hier intellectuele dingen doen, doelt Amsterdam op de bachelorstudie aan het KIM. Die moeten de dames en heren afronden om officier te worden. Daarna stromen ze in bij de parate eenheden. Kandidaten kunnen kiezen uit militaire bedrijfswetenschappen, krijgswetenschappen of militaire systemen en technieken. Of ze allemaal zullen slagen, is koffiedik kijken. Maar Amsterdam en zijn kader doen en al-
Aspirant-adelborst Stefan Le Belle is met 28 jaar n van de oudere leden van Promotie 2012.
Aspirant-adelborst Jaap Fuite: Mijn vader diende bij het korps en hij vertelt nog altijd verhalen over wat hij allemaal meemaakte. Dat heeft wel degelijk een rol gespeeld bij mijn keuze. Foto's: Ad Biersteker
14
Mijn werkplek
Elke maand komt in de Pijler een CDCer aan het woord over zijn werk. Wat doet hij precies, wat maakt hij mee en wat zijn de aantrekkelijke kanten van zijn baan? Dit maal Piet Lesterhuis, onze man bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag.
15
Lesterhuis is sinds februari van dit jaar voor vier dagen per week bij Buza gedetacheerd. De voor alle ministeries, dus uiteindelijk ook voor Defensie, bedoelde Shared Serviceorganisatie moet vanaf april 2013 het rijkspersoneel op alle zogeheten rijksvertegenwoordigingen in den vreemde ondersteunen. Zoals ambassades. In het geval van Defensie gaat het in eerste instantie vooral om attachs en hun assistenten. Een relatief klein deel dus van de groep defensiemedewerkers die in het buitenland geplaatst is. Voor militairen die op missie gaan verandert er door de komst van de Shared Serviceorganisatie sowieso niets. In de toekomst blijft hun uitzending, formeel gezien, onder de vlag van de Commandant der Strijdkrachten plaatsvinden.
Niet pluis
De 3W-organisatie helpt buitenlandgangers bij het regelen van een verhuizing, het aanvragen en incasseren van vergoedingen en declaraties, het versturen van post en goederen. Maar bijvoorbeeld ook bij dienstreizen, de verhuizing van partners en kinderen naar het buitenland. Ook zorgt 3W voor spullen die onontbeerlijk zijn bij het werken in crisisomstandigheden. Op veel plekken in de wereld waar Nederlanders werken is het immers niet pluis. Aan Lesterhuis de taak om de materieelpoot van 3W op te zetten. Op dit moment bekijkt hij onder meer of het mogelijk is om veiligheidsmateriaal als helmen en scherfvesten voor buitenland-
Piet Lesterhuis kan bij Buza door alle hulp die hij er krijgt goed uit de voeten.
ook de bedoeling om via een 3W-loket opleidingen en veiligheidstrainingen. aan te vragen. Zoals het er nu uitziet gaat de krijgsmacht die verzorgen. Defensie wordt in de toekomst mogelijk klant n leverancier van 3W, weet Lesterhuis. Bij zijn werk bij Buitenlandse Zaken komen zijn CDC-ervaringen hem goed van pas. Daar was Lesterhuis tijdens de oprichting van de Divisie Facilitair & Logistiek kwartiermaker van de directie Vraag- en Aanbodmanagement (VAM). Ook fungeerde hij bij de invoering van het Dienstencentrum Internationale Ondersteuning Buitenland (DCIOD) als plaatsvervangend projectleider. Vooral vanwege dat laatste detacheerde Defensie hem bij Buza. Lesterhuis krijgt veel hulp van dit ministerie. Ik werk in een inspirerend team en steek veel op van de samenwerking met de organisaties die aan 3W meedoen.
efficinter maken. Zo komt de zogeheten ondersteuning van de internationale functie bij n organisatie terecht. Alle ministeries regelen de hulp aan het eigen personeel in het buitenland op dit moment vaak nog zelf. Daarbij vinden ze in veel gevallen opnieuw het wiel uit, verduidelijkt Lesterhuis. Er was nog een reden voor het opzetten van de interdepartementale Shared Serviceorganisatie: de kans om alle overheidsregels voor buitenlandgangers onder n paraplu (geleidelijk) te harmoniseren. Daarbij moeten we denken aan een regeling om overheidsdienaars in de toekomst in n klasse naar het buitenland te laten reizen, legt Lesterhuis uit. Dus niet de n in de business en de ander in de economy class. Dat namelijk voelt toch wat onrechtvaardig aan. Zoals het er nu uitziet zwaait de deur van de nieuweling op 15 april 2013 open. Er komen in eerste instantie circa tien mensen te werken. In de beginfase bieden ze via n loket diensten aan. Vooralsnog zullen Buitenlandse Zaken en Defensie het werk nog zlf uitvoeren.
Zestien maatregelen
Het idee voor de oprichting van een rijksbrede Shared Serviceorganisatie is afkomstig van de Ministerraad. Die wil de Rijksdienst aan de hand van zestien maatregelen compacter en
16
Hoeveel klanten heeft het DCIOD? Ofwel, hoeveel Nederlandse defensiemedewerkers hebben een functie in het buitenland?
Pauwels: Dat zijn er meer dan tweeduizend. Zo werken er veel landmachters bij het Duits-Nederlands Legerkorps in Mnster. De Marine en sinds kort ook de Marechaussee zijn vooral actief in het Caribisch gebied. Van de luchtmacht werken er nogal wat militairen in de Verenigde Staten. Maar ook zitten er CDCers buiten Nederland. Dat zijn bijvoorbeeld mensen van Paresto.
Plaatsvervangend commandant DCIOD Werner Pauwels: Het lastige van onze taken is dat wij voor veel zaken afhankelijk zijn van andere partijen.
17
Sergeant der eerste klasse Igor Marks, DCIODer gestationeerd in Mons, Belgi.
Gaat hij alleen of vertrekt hij met zijn hele gezin naar het buitenland?
Dan volgt er een digitale intake en daarna een intakegesprek. Vervolgens weten wij exact wat de nieuwe klant nodig heeft aan ondersteuning. Gaat hij alleen of vertrekt hij met zijn hele gezin naar het buitenland? We zijn overigens bezig om het eerste contactmoment naar voren te halen. Dan weet de medewerker vr plaatsing wat hem of haar te wachten staat.
Meer informatie over de nieuwe 3Worganisatie in de rubriek Mijn werkplek op pagina zestien van deze Pijler.
18
Sectie Facilitair Management levert huisvesting op maat
Vanuit het hoofdkwartier op de Kromhout Kazerne in Utrecht bestiert de sectie Facilitair Management zon 137 objecten. V.l.n.r Elisabeth Brandsma, Peter Ketelaers, Jaimy Knoppert en Simone Keetman.
Wat hebben de Georgische begraafplaats op Texel, een watermeterput op Vlieland, de Kromhout Kazerne in Utrecht en het (af te stoten) Officierscasino in Soesterberg met elkaar gemeen? Allemaal zitten ze in de portefeuille van de Sectie Facilitair Management (FM) van de Divisie Facilitair & Logistiek van het Commando DienstenCentra.
Tekst: eerste luitenant Wouter Helders Fotos: Hans Lebbe (AVDD)
19
We beheren met zijn vieren zon 137 uiteenlopende objecten, vertelt Peter Ketelaers, hoofd van de Sectie FM. In het oog springende locaties zijn onder andere het Kasteel van Breda, Bronbeek en het Instituut Defensie Leergangen. Teveel om op te sommen. Kort door de bocht: wij bieden de circa tienduizend CDC-medewerkers onderdak. Als opdrachtgever is Ketelaers met zijn team verantwoordelijk voor de contacten met het facilitair bedrijf, het transport en de catering op CDC-locaties. Maar ook voor de uitvoering van het Strategisch Huisvestingsplan en het concept Het Nieuwe Werken (HNW) van het CDC. Ketelaers: Het mooiste aan dit werk is de uitdaging om alle onderdelen van het CDC van passende huisvesting te voorzien. Die huisvesting staat namelijk in dienst van de werkzaamheden die CDC-medewerkers uitvoeren. Er is bewust voor gekozen om deze samenhangende taken bij Sectie FM onder te brengen. Huisvesting is volgens het team namelijk mr dan gebouwen. In ons werk komt alles samen: gebouwen, facilitaire voorzieningen, Arbo, bewaking, ICT, enz. We kijken daarom niet alleen naar losse gebouwen, maar naar alle mogelijkheden op een kazerne, licht Jaimy Knoppert, senior medewerker FM, toe. Wij doen ons best disciplines zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en om uiteindelijk tot een optimale huisvesting te komen.
Elisabeth Brandsma, senior medewerker Facilitair Management, heeft vooral de strategische huisvesting vraagstukken en huisvesting regio Den Haag in haar portefeuille. Denk hierbij aan bijvoorbeeld de Binckhorsthof en Frederikkazerne.
Senior medewerker FM Jaimy Knoppert heeft opdrachtgeverschap in haar portefeuille. Hieronder kunnen onder andere de diensten van Paresto, het Facilitair Bedrijf Defensie (FBD) en de Defensie Verkeers- en Vervoers Organisatie (DVVO) geschaard worden.
Als hoofd Sectie Facilitair Management (CDC) stuurt Peter Ketelaers zijn op de Kromhout Kazerne in Utrecht werkend team aan. Samen vormen zij de kerngroep huisvesting CDC.
Senior medewerker FM Simone Keetman houdt zich bezig met huisvestingmanagement van het Commando DienstenCentra.
de punten uit het Strategisch Huisvestingsplan is bijvoorbeeld het bijeenbrengen van samenwerkende mensen en afdelingen. Om bijvoorbeeld de communicatie te bevorderen, willen we werknemers die elkaar nodig hebben voor het werk zoveel mogelijk bij elkaar zetten, aldus Simone Keetman, senior medewerker FM. Het gevolg: een herindeling van werkplekken en standplaatsen. Dat is voor sommige mensen even slikken. Senior medewerker Elisabeth Brandsma: Als je gewend bent in Den Haag te werken en te wonen en dan ineens naar Utrecht moet, kan dat even zuur zijn, ondanks dat het beter is voor de werkprocessen.
hankelijk werken centraal. Vooral de mogelijkheid voor medewerkers om de eigen- en werktijd efficint in te delen ervaren ze als prettig. Ketelaers: Mits passend binnen de werkzaamheden kan Het Nieuwe Werken veel gemak en tijdswinst opleveren. Werken daar waar het nodig en het meest praktisch is.
Tevreden CDCers
Om alle bovenstaande zaken mogelijk te maken werkt de Sectie Facilitair Management intensief samen met aanspreekpunten bij de OndersteuningsGroep & Kabinet, de divisies en de NLDA. Maar ook met de dienstverleners van het CDC, zoals het FBD, de DVD, DBBO en Paresto. We moeten durven vertrouwen op de dienstverlening en doen dat ook, benadrukt Ketelaers. Alleen door goed samen te werken, krijgen we wat we willen: tevreden CDC- medewerkers die hun werk goed kunnen doen.
Even wennen
Ook een andere pijler van het FM wekt soms weerstand op. Niet iedereen was vanaf het eerste moment gecharmeerd van Het Nieuwe Werken, legt Brandsma uit. Als je opeens geen eigen bureau en prullenbak meer hebt en de door jouw gebruikte werkplek elke dag leeg moet opleveren, is dat even wennen. Toch zijn de meeste mensen volgens haar na verloop van tijd tevreden over Het Nieuwe Werken. Daarin staan tijd- en plaats en onaf-
Meer informatie op de homepage van het CDC onder Huisvestingsmanagement CDC en Het Nieuwe Werken.