ASSESSMENT : VERBREDING (tweede jaar) Fontys Hogeschool Journalistiek 2011-2012

Student/ cohort: Schouten, Carola 08 Studentnummer: 2155213 VT/DT: DT Assessor 1: Roy Mevissen Assessor 2: Monique de Knegt Datum assessment: donderdag 12 juli 2012
Welk studieonderdeel is behaald tijdens dit assessment? Welke studieonderdelen zijn er niet behaald tijdens dit assessment en wat voor reparatieopdracht krijgt de student mee? (bewijs leveren tijdens Mediumassessment) Studieonderdelen: *Filiaal (v) *Kwesties (V) Reparatieopdracht/opmerkingen

1. KIEZEN Kiest op aansturing van een redactiechef relevante en actuele onderwerpen, die geschikt zijn voor een brede doelgroep en zoekt bij die onderwerpen voor de hand liggende invalshoeken. Stemt keuze af op beoogde media. Draagt soms zelf ook onderwerpen aan. Toelichting:

O V x

2. PLANNEN & ORGANISEREN Plant op basis van duidelijke opdrachten en afspraken zijn werkzaamheden en houdt daarbij de planning van het team in het oog. Gaat systematisch en geordend te werk. Houdt zich aan deadlines voor eenvoudige producten op kortere termijn. Toelichting:

V x

3. VERZAMELEN Kan over een alledaags actueel onderwerp gericht op een breed publiek de relevante vragen stellen en de voor beantwoording daarvan relevante informatie verzamelen uit schriftelijke, elektronische en mondelinge bronnen in de Nederlandse en de Engelse taal. Toelichting:

V x

4. SELECTEREN Kan uit een beperkte en overzichtelijke hoeveelheid informatie die informatie selecteren die uit het oogpunt van logica en samenhang, relevantie, betrouwbaarheid en evenwicht noodzakelijk is om een breed publiek m.b.t. de relevante en actuele feiten op maat te bedienen. Houdt daarbij rekening met de beschikbare ruimte Kan gericht ondersteunend materiaal selecteren bij het product. Toelichting:

V x

5. ORDENEN Kan het geselecteerde materiaal in zijn producten logisch en chronologisch ordenen. Beheerst de ordeningsprincipes van de genres bericht, interview, verslag, reportage en achtergrondverhaal. Toelichting:

V x

6. VERWERKEN Kan zijn geselecteerde materiaal helder, en waar nodig compact, presenteren in verzorgd Nederlands taalgebruik, en kan zijn taalgebruik afstemmen op een brede doelgroep. Maakt in alle basale genres gebruik van de in die genres gangbare journalistieke taal- en stijlconventies. Kan aanvullend materiaal goed verwerken in zijn product.. Toelichting:

V x

7. EVALUEREN Kan met inzicht reflecteren op eigen en andermans producten op basis van in het beroep gebruikelijke criteria. Kan eveneens reflecteren op eigen attitude en handelen, daarbij lettend op pragmatisch functionele aspecten van het handelen, als op ethische aspecten. Toelichting:

V x

8. REFLECTEREN OP HET VAK Toont inzicht in de maatschappelijke verantwoordelijkheid, de betekenis en de context van de journalistiek en kan crossmediaal denken. Toont inzicht in de beginselen van de beroepsethiek, mediarecht, en in het mediabeleid van de overheid. Verwerkt zijn kennis over het vak in inhoudelijk samenhangende producten. Toelichting:

V x

9. WERKEN IN TEAM- en/of REDACTIEVERBAND Kan met anderen binnen vastgestelde kaders samenwerken in een journalistiek team, en houdt zich daarbij aan afspraken. Kan in een crossmediaal team de toegewezen rollen vervullen en stemt zijn activiteiten af op het door het team beoogde resultaat. Vertoont in het team inzet en flexibiliteit. Toelichting:

V x

10. WERKEN BINNEN EEN BEDRIJF O Functioneert in een journalistiek bedrijf als werknemer naar tevredenheid van zijn werkgever en houdt zich aan de met hem gemaakte afspraken. Doorziet de belangen van een bedrijf en toont basaal inzicht in redactiestatuut, financile situatie van een journalistiek bedrijf, in de organisatiestructuur, in de werkprocessen, de aanwezige functies en overlegstructuren.

V x

Toelichting:

11. REFLECTEREN OP MAATSCHAPPELIJKE VERSCHIJNSELEN EN ONTWIKKELINGEN Beschikt over de op dit niveau vereiste algemene ontwikkeling. Heeft basale parate kennis van de dagelijkse onderwerpen die aan de orde zijn in een op een brede doelgroep gericht journalistiek medium en verwerkt zijn kennis van de wereld in inhoudelijk samenhangende producten.

V x

Toelichting:

Algemene indruk van het assessment Zelf noemde Carola het een rampjaar. Daar kunnen we ons iets bij voorstellen. Ze wisselde van opleiding. Kwam het tweede jaar binnenvallen. Moest haar draai vinden. En dat heeft er voor gezorgd dat niet alles soepeltjes verliep. Ook in de afronding van de Verbreding niet. Lang moeten zoeken naar beoordelingen en uitleg. Maar het is uiteindelijk goed gekomen. Je reflectie voor het Filiaal is een hele fraaie. Kwetsbaar en eerlijk. Kritisch. Naar de school en naar je eigen persoon. Prima uitgevoerd. Je hebt tijdens het assessment het Filiaal en de Kwesties alsnog behaald. Portfolio was een beetje een puzzel maar samen zijn we er uitgekomen. Zorg dat je voor je eindassessment de lat hoog legt. Blijf goed kijken naar eisen en criteria. Luister goed naar de wensen en wees vooral heel kritisch naar jezelf. Daarmee zeg ik niet dat je dat niet bent, maar ik weet dat onze eisen heel streng zijn. Ik merk tegelijkertijd dat je soms een beetje verdrinkt in de regeltjes en eisen waardoor je een beetje onzeker lijkt. Maar ik kan het mis hebben. Hoe dan ook, je hebt alles afgerond. Vizier gericht op het afstuderen. Goed gewerkt Carola.