Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Eerste fase (1950-1975) Structurele benadering <Minuchin Basis: Patronen/organisatie Subsystemen, grenzen, permeabiliteit, allianties !Rigiditeit=disfunctioneel Technieken: Enactment, reframing, family mapping, uit balans brengen, uitvergroten, ... Doel: Reorganisatie (struct verand) Strategische benadering <Palo Alto, Erickson Basis: Dynamische processen a) Cybernetica: circulariteit b) Communicatie th: betekenisgev <Theorie van de dissip structuren Technieken: Symptoom voorschrijven + expliciteren, congruente/paradoxale interventie Doel: Verandering veroorzaken Transgenerationele benadering <Bowen Basis: Familie als emotioneel relatiesysteem -Diff / Symm / Compl -Balans vs driehoeksverhoudingen !Contextuele therapie (<Nagy) Technieken: Veelz part, crediting, moratorium, detriangulatie,... Doel: Balans, flexibiliteit creren Homeostase; zelfregulatie, feedback, organisatie
Tweede fase (1975-1985) Cybernetische benadering <Milanese team Basis: Mind = immanent/social, transcendent, Map territory, Feedbackloops *MICRO: Denken Doen
Derde fase (1985-...) Collaboratieve benadering <Anderson, Goolishian, Hoffman Basis: Sociaal constructionisme Therapie als linguistische activiteit Technieken: Converseren over 'not yet said', 'not knowing approach', reflecting teams,... (< creativiteit, partnership, gezamelijke constructie), ... Doel: Creatie nieuwe betekenis(sen) + dissolving Narratieve benadering <White Basis: Poststructuralisme (thickthin descr), deconstructionisme Technieken: Ceremonie, publiek, brieven, bondgenootschappen, co/re-authoring, bevragen van unieke uitkomsten, ... Doel: Omvormen en bestendingen van nieuwe (positieve) verhalen Oplossings-gerichte benadering <O'Hanlon, Weiner-Davis, Berg, de Shazer Basis: Positief uitgangspunt, Resource gericht, Pragmatisch !Klasse oplklasse probl (loper) Technieken: Deconstrueren, uitzonderingen benadrukken, ... Doel: Doorbreken geloofsysteem Geen waarheden, enkel constructies < taal
Gedrag + eventueel ander gedrag uitlokken (<circulaire epistemologie) *MACRO: cf. autopoietische systemen 3 pijlers vanuit de Milanese school: Circulariteit / Neutraliteit / Hypothetiseren Taal Betekenisgeving
Systeemdenken: Relaties, Context, Proces boven Inhoud, Sociale Systemen, Samenhang Technieken: Genogram, familiesculpturen, rituelen Doel: Context (< probleem / symptoom) veranderen = gedrag veranderen CIRCULAIR (niet lineair) Van invidiu naar groep/context, Elk probleem=inTERpersoonlijk
Technieken: Paradoxale gezinstherapie, positieve herdefinitie/connotatie, circulaire vragen, rituelen, ... Doel: Reframing, herdefiniren Aantal waarheden afhankelijk van taal, betekenis en interpretatie
Therapeut als neutrale observator (proces>inhoud) van interactieprocessen tussen verschillende personen CL TH
Therapeut als (bege)leider, expert die technieken en strategien toepast om het probleem of symptoom op te lossen, directief
Therapeut als impliciet verbonden in interactie met de client (expert) Samenwerken door wederzijdse interactie en benvloeding
Therapeut en client verbonden door dialoog en het aanmaken van gedeelde/positieve/nieuwe constructies
TH CL CL Observeren
CL
TH
CL
TH
CL
Ingrijpen, ondernemen
Samenwerken
Construeren