Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Leren reflecteren
Friso Coumou
Werken in een lerende organisatie. Dat wil iedereen toch? ‘Mijn werkplek is mijn leer-
plek’ is een gevleugelde uitspraak. En ik heb menig manager en directeur horen zeggen
dat hún organisatie écht een lerende organisatie is. Maar ja, dan de weerbarstige praktijk.
Hoe krijg je een lerende organisatie van de grond? Hoe behoud en versterk je het lerend
vermogen? Wat doe je dan eigenlijk met elkaar? Wie het weet mag het zeggen.
Peter Senge weet er behoorlijk wat van en hij heeft er ook veel over gezegd en geschre-
ven. Wie een lerende organisatie wil opbouwen, kan bij deze leergoeroe te rade gaan.
Het stappenplan zou er als volgt kunnen uitzien: Eerst de klassieker De vijfde discipline
(1992) lezen: 400 pagina’s. Vervolgens tot de conclusie komen dat je nog niet weet hoe
je het groepsleren in praktijk kunt brengen. Dan over naar Senges Vijfde discipline prak-
tijkboek (1995). Weer 500 pagina’s. Om vervolgens de Dans der verandering (1999) te
doen. Nog eens 650 pagina’s. (De boeken van Senge lijken na verloop van tijd al maar
dikker te worden!) Mijn advies? Begin je poging om het groepsleren in praktijk te bren-
gen met Reflectietools. Na ongeveer 150 pagina’s weet je precies hoe je het kunt aanpak-
ken. En dan? Dan ga je het gewoon doen!
Reflectietools is een werkboek voor begeleiders van reflectieprocessen. De auteurs zijn
verbonden aan het lectoraat Reflectie op het handelen van de Hogeschool van Amsterdam.
Een schema voor toolkeuze is opgenomen in de bijlage van het boek, evenals de samen-
vattingen van stappenplannen per reflectietool. De lezer wordt verder ondersteund door
de website www.reflectietools.nl, waar de meest recente stappenplannen te downloaden
zijn. Op de website is ook een aantal andere tools voor reflectie opgenomen, zoals
Dilemma- en Deugdreflectie.
Deel iii gaat over afronding en implementatie van de reflectietools. Bij de afronding
gaat de inbrenger veelal terug naar de beginvraag en bekijkt de inbrenger wat de oefe-
ning hem of haar heeft opgeleverd. Dat kan leiden tot het inzicht dat eigenlijk niet de
juiste vraag is gesteld. De meest voorkomende afronding is operationalisatie: de inbren-
ger zet de inzichten uit de reflectieoefening om in (zelf benoemde en gekozen) concrete
acties.
Het reflectieproces gaat door na de reflectieoefening. Dit proces kan vastgehouden wor-
den door de inbrenger in een vervolgbijeenkomst te laten terugkoppelen aan de groep.
De inbrenger geeft aan wat hij of zij heeft gedaan en wat de oefening heeft opgeleverd.
Soms is dit de start van een nieuwe reflectieoefening. Schriftelijke verslaglegging is een
Literatuur
Cooperrider, D. & D. Whitney (1999). Collaborating for change: appreciative inquiry. San
Francisco: Berret-Koehler.
Senge, P. (1992). De vijfde discipline. De kunst en praktijk van de lerende organisatie.
Schiedam: Scriptum.
Senge, P., A. Kleiner, C. Roberts, R. Ross & B. Smith (1995). Het vijfde discipline praktijk-
boek. Schoonhoven: Academic Service.
Senge, P., A. Kleiner, C. Roberts, R. Ross, G. Roth & B. Smith (1999). De dans der veran-
dering. Praktijkboek voor het behoud van kracht in een lerende organisatie. Schoonhoven:
Academic Service.