Sie sind auf Seite 1von 48

Het twaalfvoudig pinkstermysterie; meditaties over geometrische figuren

Stefan tubieriski

*m.

26am2C.q vneqew

Het twaalfvoudig pinkstermysterie; meditaties over geometrische figuren

Stefan Lubienski
Het twaalfvoudig pinkstermysterie; Meditaties over geometrische figuren Voordracht gehouden te Amsterdam 30 mei 1974

de stichting Stefan Lubienski


Watersnip 11 3755 GK EEMNES

INHOUD

- Korte levensbeschrijving van Stefan Lubienski - Voorwoord door Nora Lubienski - Inhoud van de voordracht - Voordracht - Het twaalfvoudig pinkstermysterie - Meditaties over geometrische figuren - Syllabus van de voordracht door Stefan Lubienski - Toelichtingen - Werken van Stefan Lubienski

blz. 5 blz. 7 blz. 9

blz. 11 blz. 26

blz. 37 blz. 40 blz. 42

KORTE LEVENSBESCHRIJVING VAN STEFAN LUBIENSKI

Stefan Lubienski werd op 10 maart 1893 geboren. Hij bracht zijn jeugd door op het landgoed van zijn grafelijke ouders in het dorpje Ostrovce, 70 kilometer van Warschau in het door Rusland bezette deel van Polen. Reeds vroeg ontwikkelde hij het vermogen zich in verschillende innerlijke ruimten te bewegen. Hij zag dat de menselijke ontwikkeling in een ver verleden begon en dat deze via vele inkarnaties, afgewisseld met tussenpozen in een zuiver geestelijk bestaan, een weg zoekt naar de toekomst. Hij beleefde dat de mens samen met kosmische wezens ieder moment een nieuwe toekomst kan scheppen. Op deze wijze is de mens aktief betrokken in het verlossingsproces van de wereld. In literair opzicht openbaarde zich het ideaal van de menselijke ontwikkelingsweg in de realisatie van vier mysteriedrama's, een totaaltheater van muziek, pozie en toneel. In hun kinderjaren kregen Stefan en zijn broer Michal hoofdzakelijk onderwijs van hun ouders. Na het gymnasium studeerde hij aan de muziek-akademie te Wenen waar hij temidden van de toonaangevende moderne muziek van Schnberg en Debussy, zijn weg leerde gaan door het uitdrukken van innerlijk gehoorde klanken. Na zijn studietijd wordt zijn leven door vele reizen gekleurd. Zo verbleef hij zes jaar in Japan waar hij intensief de Japanse religie en kuituur, speciaal het No-drama, leerde kennen, hetgeen onder andere resulteerde in zijn boek over Japan. Een zeer belangrijke inspiratiebron is de Anthroposofie van Rudolf Steiner, wiens werk hij door authentieke inzichten tot verdere ontwikkeling bracht.

H*

t-h H ' n > pr 3 ro C L M - OQ 3


Ui.

ro ra re H ro

<

Z 0>

e n
rr fa 3

ro ro
H

H < (-* fa fa t-* < ro CL

ro ro
3

CL

CL 3

t- PJ fD 3

<
N

< ro
H

o CO T3 r r ro H- 3 r o fD Ui H N i-h ro Mi (D 3" H er H H l_i. H H e l_i. tu -S O ?r H - H-> ?r ( o ( VO 3 3 -J n > ON 3 H3 r t Cf 3 ft> i-t C t-> O HH C H> r-r l - i .

<!

C D 3

< ro ro
3 r-i

fC

ra

3 ~ H - ro ro ro o U i . r r r t 3 * 0 Q d ro H H> ro c 3 rr N ro rr H- H3 ro (a 1 Hl r- l _ i .
O OQ H H3" 3 H ra 3 * ra H C rr 3 3 O ra r r x> ra ro co ro H r r O 3 rr

< H

O 3 * c/> r t 3 c n O ro 3 fD ra H - 5 O O er CL ro 3 ( _ i . ro 3 " 3 o* ro H ro CL cn H - co ro H r r 3 (D r r 1 C4 3* 3

c ro

3 cn

09

ro
3* CL

h
O

H
H 3 CL Hrr

fl>

ro
rr

(->.

o N c ro

< H
O C

<

o ro ?r o i 3 ro c n (D en 3 o rr o < 3 ro S 1
3 rr rr O rr O T3 r- 1 O C O C A H3 OQ

ro
3
V

< o
o

3 H fD H N fD 3 C Hrr

S2 ta (a H

H CL H H

ro

fl>tt>
ro er ro
3 O fD H(_1.

< fD
n er

r l_i. CL C O

?r ro

H ro OQ CT 3

PT H H - (_i. CL 3 CL cn ro 13 3 ro cn ia fa H CL O O H CL

H* ra r r 7? ro O co H 3 w r-* l H JT Ui. Ui. O 0) 7? 3 i-l ro ro H3 OQ (D fD H 3

ro
7? et H-

ro

Hl CL

o ro o
H

o ro
H i

3* H i' H ' l-T 3 ro h* H ' r r ro ro 3 o l_i. 3 r t 3 ro C/2 T) o ?TOQ N O 3" ro K r-' 3 * ro Hra o e- r t ro H> H ro ro (_i. cn i H ja 3ro CL ro H3 TT 3 l _ i . CL C ra ro ro 3 OQ t> H * cn O ro ro H rr O H' t-> 3 3 r r H ' ro ro ro o l_l. 3 C O 3 o (a H ro ?r cn o v co ro r r U> 3 ra 3 H rt ro ro O H' i-r 3 Ui. 3 ro H - H ' r r ro 3 3 c o H ra CL co c 3 n o O ra OQ cn ro o 3 * C 7? ro H - ro C 3 ro er CL 3 H H 1 CL ra ro ro H' H TT fD H fD

<

O ra Vra < o ro

s z o

CL rI 3 " ro H H OQ l_i. ro Pt 3 N o ro H' rt H l_i. fa 3 * ra1 3 ro rCL H rt ro H T3 O r r ro pt H ' CL OQ ra co cn OQ O rr o 3* ro o O OQ ro 3 er ro H ' 3 ta H 3

ro O T3 ro 3 ro 3 pt 3 er (- C ra 7? H TT Pt ro 0 0 h-' ro rt H- o O 3 ro r t OQ H l 3 ?r

M 3 N H
Ui.

ro

H N

< ro
pt co 3

3*

ro

ro cr cr ro ro
3

3 3 CL 3 " CL ro H ' Hl ro H

< ro
ro

3 0 0 ra1 3 * ra ro r- UH i.
r-> H *

<

<

<

<

<

> * <

H ro H CL 3 PT H?r CL e r OQ ro ro H H 3 ra U i . N CL ro h 1 ' ra 3 H ro 3 J2 c ra ra H Z H - CL 0 0 ro CO U i . ro CL c ro ro H' 3 ra H H1 3 7? ra co lrr 3 o I 3* ra 3 H CL N H CL ra H - H * r-" U i . H1 3 H ?r fD 3 ro H ?r 3 fa H - r r H CL 3 U i . fD 3 ro 7T C 3 H ro er 3* V H ro c r-' H H> cn CU ra H ' o 1 3 3 U i . ro TT 3

< ra < ro <

ro ro

CL

ro ro

<

< <

ro

VOORWOORD

Stefan Lubienski heeft naast muzikale en literaire werken ook veel voordrachten met een spiritueel karakter gehouden, zowel in Nederland, waar hij na de oorlog grotendeels woonde, als in Engeland en Duitsland. Veel van deze voordrachten zijn op bandopnames bewaard gebleven. De taal van de voor u liggende voordrachten is geen schrijftaal, maar veeleer een opgetekend gesproken woord. In zijn autobiografie: "Vor der Schwelle" beschrijft Stefan Lubienski in hoofdstuk 10 over "Blindheid en doofheid in de geestelijke scholing" op pagina 208 wat het voor hem betekende als hij een voordracht hield: "Als ik een voordracht moest houden had ik de gewoonte een of twee weken te voren in de ochtend, meteen na het ontwaken het materiaal te verzamelen. Ik maakte telkens van het geheel een voorstelling in de geest, op dezelfde wijze zoals men met een vliegtuig een stuk land overziet. Dit werkt als een zaad, dat toevertrouwd aan het hart enige dagen kiemen kan. Als ik eenmaal voor het publiek stond, voelde ik mij als een stengel van een plant die haar wortels in het hart heeft. Iedere plankenkoorts is op deze wijze uitgesloten. Door de openheid van stille voorbereiding van mijn hart, de openheid ten opzichte van het bewustzijn van mijn publiek n door de openheid ten opzichte van de geestelijke wereld ontstaat een drievoudige inspiratie die vervuld is met een gevoel van verantwoordelijkheid voor de kennis die zich openbaren wil. Ik dacht altijd aan de woorden uit het evangelie: "Waar twee of drie in Mijn naam vergaderd zijn, daar ben Ik in hun midden." Ik hoop dat het werk van Stefan Lubienski de weg naar uw harten mag vinden. Nora Lubienski

INHOUD VAN DE VOORDRACHT

HET TWAALFVOUDIG PINKSTERMYSTERIE Het eerste pinksteren Het oerpinksteren van de Oude Saturnus. De twaalf Serafische vlammen om de Vader. Deus en Deus Inversus. De kosmische voetwassing van levenswater. Deze oeropenbaring ontstond op de Oude Zon. De bruiloft van Kana. De vermenigvuldiging van het brood Het laatste avondmaal. De Emmasgangers. Het pinksteren na Hemelvaart. De ronde van Koning Arthur De Graalsburcht. De Weihnachtstagung in 1923 te Dornach onder leiding van Rudolf Steiner. Christus scheidt de schapen en de bokken als profetie van het laatste oordeel. De roeping van het Nieuwe Jerusalem. Het kosmisch ziekenhuis. De bruiloft van Christus, de bruidegom met de mensheid, de bruid. Het makrokosmisch opstandingslichaam van Christus. Het Nieuwe Jeruzalem.

Het tweede pinksteren Het derde pinksteren Het vierde pinksteren Het Het Het Het Het Het vijfde pinksteren zesde pinksteren zevende pinksteren achtste pinksteren negende pinksteren tiende pinksteren

Het elfde pinksteren

Het twaalfde pinksteren

MEDITATIES OVER GEOMETRISCHE FIGUREN - Er zijn twee typen geometrische figuren. De ene heeft ronde of golvende lijnen, de ander strakke lijnen. - Een voorbeeld van een geometrisch figuur met zowel golvende als strakke lijnen. - De lemniscaat. - Het open pentagram. - Het kruis met een kring. - De Davidsster. - Enkele gedichten van Stefan Lubienski, Rudolf Steiner en Christian Morgenstern als inleidingen tot meditatie. - Het is belangrijk dat er in de meditatie een tegenstelling is. Deze tweeheid openbaart zich in de drieheid en deze drieheid kan tot vierheid worden.

HET TWAALFVOUDIG PINKSTERMYSTERIE

Vanavond houden wij voorlopig onze laatste avond en daarom moet ik eerst veel warmte, ja hartewarmte tot uitdrukking brengen aan onze gastvrouw. Het is heel belangrijk! Vandaag wil ik een pinkstervoordracht houden omdat het over twee dagen pinksterfeest is. Deze staat dus even los van ons werk. Daarna zullen wij pauzeren. Ik heb verschillende plannen. Ik zal u verschillende vragen stellen en ik zal bepaalde meditatieschetsen naar voren brengen. U krijgt dus tamelijk veel op deze laatste avond. Men moet dit verwerken, u heeft voor de hele zomer huiswerk! Ik wil uitgaan van de voorstelling van een kring van scheppende wezens die tezamen drager van het scheppende Woord zijn. Wij kunnen deze wezens uit de geestelijke makrokosmische wereld ook in een meer menselijke mikrokosmische wereld voorstellen. Wij kunnen ons ook verplaatsen in een ongelofelijk oude tijd, toen de wereld nog niet bestond. Het is gezond dat men door deze voorstelling tot het oerbegin komt. Dat is het oerpinksteren. Ik zal twaalf van dergelijke etappen met u bespreken. Er zijn twee etappen in de oertijden, dan zullen wij de tijd van Christus behandelen. In de na-christelijke tijd zijn ook enkele etappen, en wij zullen nog bespreken hoe deze in de toekomst zijn tot wij weer in het makrokosmische zijn aangekomen. Volgens mij is het heel gezond helemaal uit te ademen en zo groot mogelijk te worden om zoiets grandioos en majestueus te kunnen opnemen. In het oerbegin was de Vader door twaalf vlammen omringd. Er was toen nog geen materie. Deze vlammen kunnen wij de Serafische vlammen noemen. Het is altijd goed als men een naam vindt. Rudolf Steiner'-' noemt de eerste

11

hirarchie de Serafijnen. Zij begonnen in het oerbegin te werken. Het zijn geesten met een vlammende, vuurachtige liefde. Deze liefde is zo ongelofelijk brandend, scheppend en machtig dat wij deze nooit zouden kunnen verdragen. Deze Serafische vlammen zijn op een bepaalde wijze gerangschikt tot een harmonisch koor. Onder deze Serafische vlammen is een golf van het niet vuurachtige oerwater. Op aarde kennen wij dit als levenswater. Wij hebben dit tot onze beschikking als in een groep de ene mens zijn beste deel aan de ander schenkt. Het golft van hart tot hart en wordt altijd meer. Ieder van ons krijgt door dit levenswater nieuwe impulsen. De hogere golf spiegelt de vlammen en de lagere golf giet de genade van het levenswater in de diepte. In het teken van de waterman zijn twee golflijnen. De waterman was in het oerbegin, maar de verre toekomst staat ook in het teken van de waterman. Dan is de waterman de opstanding. De waterman is de opstanding van de hele kosmos. De Cherubijnen zijn de oerwaterman. Rudolf Steiner noemt de Cherubijnen de geesten van de harmonie, van het samenzingen. Het zijn de geesten die het stijgende en dalende in balans houden. Zoals wij de bloemen steun geven in een vaas, zo scheppen de geesten van het oerbegin uit hun eigen substantie een oerschaal. Zij bieden deze oerschaal aan. In het Grieks worden zij, heel juist, met de naam Thronen aangeduid. Wanneer men zich in dit beeld verdiept, kan men zeggen dat wij hier met het oerpinksteren te maken hebben. Temidden van deze ongelofelijke sferenharmonie kan men n toon horen, die zich van deze harmonie distantieert. Met een oneindig sterke roep wil deze oer-Lucifer een eigen toon openbaren. Deze oer-Lucifer is nog geen boze geest. Hij is een Cherubijn die een nieuw element in de harmonie brengt. Hij is de Cherubijn van het verzet om de evolutie boeiender te maken en om nieuwe mogelijkheden in de evolutie te scheppen. Deze oer-Lucifer wordt de oerAdelaar, n van de twaalf dierenriemkrachten, genoemd. De oer-Adelaar was eigenlijk het lievelingskind van de Vader. Hij was totaal in Hem. Daarom moeten wij de oerAdelaar verbinden met het oudste woord van God de Vader: "Der Weiten Geisten Hhen", de Wereldgeest van de hoogten. Toen de oer-Lucifer zich van het koor distantieerde, ontstond tegelijkertijd merkwaardigerwijs een scheuring. Er waren twaalf koren van Cherubijnen in een

12

kring. Ieder koor had een leider. Daarom zijn er later in het universum melkwegstelsels met ontzettend veel zonnesystemen ontstaan. Wij moeten de wereld niet zo klein zien. Het is ongelofelijk groot en uitgebreid. Wat zich in het oerbegin heeft afgespeeld, had konsequenties voor de hele wereld. Hoe dit precies in andere melkwegsystemen of zonnestelsels is gegaan, kunnen wij door analogie voorstellen. Wij kunnen een voorgevoel hebben dat overal een toon moest ontstaan-die zich van de rest moest individualiseren. Er zou anders geen ontwikkeling kunnen ontstaan en de materie zou zich niet kunnen verdichten. Het was dus onmisbaar, maar in dit onmisbare ligt een soort tragiek. Op het ogenblik dat dit koor anders ging zingen ontstond er een splitsing. Het ene deel van het koor zong te hoog en het andere deel te laag. Om de oneindig grote strijd van de Wereld met Zijn wijsheidsvolle liefde te kunnen omhullen heeft de Deus, de Wereldgeest van de hoogten, zich ook in de diepten geopenbaard. Broederschappen uit de middeleeuwen en ook andere groeperingen noemen de omgekeerde God de Vader, de Deus Inversus. Deze is als zaad, als garant voor de toekomst ontstaan. Hij liet zich in de wereld begraven, op dezelfde wijze zoals wij in de herfst, voor de winter, de zaden aan de aarde toevertrouwen. Wij weten dat in de lente nieuwe planten en bloemen zullen komen. Zo ontstond in de oerpinksterharmonie een toon die zich schijnbaar tegen de rest verzette om in de evolutie nieuwe mogelijkheden te brengen. Tegelijkertijd ontstond de splitsing en de Deus Inversus trad als garant voor de allerverste toekomst op. Ook ontstond de plaats waar het wereldonderbewustzijn terecht kwam. Hier vormde zich het pantser of de korst van de oerdraak. Het is de vorst van de duisternis. In vele legenden wordt hij de Satan of Oersatan genoemd. De Oersatan is als het ware de konsequentie van de daad van de oer-Lucifer. Deze is tegelijkertijd de uitdrager van alle andere scheppingeni Deze scheppingen zouden zich bezig moeten houden met het probleem van de betoverde diepte. De betoverde diepte moet onttoverd worden. Wat ik nu verteld heb, is het eerste aspekt van het oerpinksteren. Op aarde heeft zich dit in het laatste avond-

13

maal geprojekteerd. Christus was als dertiende met de twaalf apostelen verenigd. Judas krijgt als eerste de kommunie van Christus: een stuk brood in wijn gedrenkt. Dit was voor Judas tijdelijk de dood maar voor zijn wezen de opstanding. Het is ontzettend belangrijk om te weten wat Rudolf Steiner hierover heeft gezegd. Ik ben het totaal met deze beschouwing eens, namelijk dat de eerste grote kerkvader Augustinus identiek met Judas is. Judas heeft zich omstreeks het jaar 300 na Christus als Augustinus geopenbaard. Wanneer men zijn "Confessiones" en "De Doctrina Christiana" leest, beleeft men de afgrond van zijn gewetenswroegingen. Wij zullen de viervoudige liefde die Augustinus in zijn Doctrina Christiana beschrijft, nog behandelen. Vr Augustinus bestond deze vorm van liefde eigenlijk nog niet. De belangrijkste pinkstercongregatie was het laatste avondmaal. Wij komen daar straks nog op terug want het laatste avondmaal is pas het vijfde pinkstergebeuren. Het eerste oerpinksteren kan men verbinden met de Oude Saturnus. De tweede oeropenbaring van pinksteren is met de Oude Zon verbonden. In de Oude Saturnus ontstond de tegenstelling: "wat boven is, is beneden en wat beneden is, is boven". In de Oude Zon ontstond een wereldas. Het was een soort oer-Hermesstaf waarin de Logos het besluit nam om de wereld van de Vader te verlaten om zich trapsgewijs steeds dieper in de afgrond te begeven en zich op iedere etappe in elke hirarchie te openbaren. Het is ongelofelijk hoe op deze manier de passieweg van Christus begon. Christus, de Zoon, is in alle zonnestelsels en melkwegsystemen, terwijl de Vader zich in het oneindige teruggetrokken heeft. De Vader is in de afgrond van de wereld gedaald als garant voor de toekomst. Hij draagt de hele kosmos op zijn rug. Hij is helemaal stil en geduldig, zonder enige beweging, enige macht en invloed. Christus offerde zich door steeds te dalen. Hij schiep voortdurend nieuwe punten in de omtrek. Dit herhaalt zich nog altijd. Bij de bloemen is temidden van de bladeren ook een punt. De ene bloem heeft dit kelkachtige meer dan een andere bloem. De kelkformatie noemt men het offerlam. In het klein kennen wij dit als de Ajnachakra. Ajna betekent opdracht. De kosmische opdracht of Ajna ontstond in de Oude Zon, in alle zonnesystemen. In een bepaald punt ontstond iemand die de kracht had het

14

Woord te dragen. Met andere woorden: Hij schiep het brood. Hij was de representant van het brood, van materie met een bepaalde vorm. Hij gaf zich als brood dat zich voortdurend vermenigvuldigde. De brooddragers zijn tegelijkertijd ook woorddragers. Zij schenken hun substantie in de vorm van water,zowel in het midden als in de omtrek. Wij kunnen deze reeds ontstane strukturen vergelijken met een fontein. In het hoogste punt van de fontein valt het water naar alle kanten en wordt in een schaal opgevangen. Als deze schaal vol is, stroomt het in een lagere schaal en van deze lagere schaal stroomt het in een nog lagere schaal. Iedere schaal ontvangt water van een hogere schaal. Dit is de kosmische voetwassing van levenswater waardoor het mogelijk werd dat op alle etappen offers plaatsvonden. Men noemt het ook kosmische wijn. Kosmische wijn is niets anders dan offerkracht van wezens die zich voortdurend op lagere niveaus in de vorm van brood openbaren. Zij gaven zich als brood, als materie om opgegeven te worden. Zij gaven zich in kommunie. Zij waren drager van het woord van binnen. Het Woord wordt brood. Het offer was uit hun diepste wezen, de vuurachtige liefde van de offerkracht te laten stromen. Merkwaardigerwijs komt de impuls van het levenswater uit de levenswijn. Het levenswater zelf is geen wijn. Het is iets dat verkoelend moet werken. Het moet van etappe tot etappe genade en genezende krachten brengen. In het klein beleven wij dit als wij onze eigen kaars aansteken. Ons Ik ontvlamt om een offer te doen. Daardoor ontstaat de mogelijkheid dat wij dit water aan de medemens kunnen schenken. De materie is een spijziging voor ons, want in alle vormen van materie is het lichamelijke van de Goden aanwezig. Er is berhaupt geen materie die niet bezield is! Alles is bezield en de hele aarde is bezield. Wanneer wij iets van de aarde eten, is dit altijd een met leven bezielde materie. Het leven is het resultaat van de daad van het Woord, van de Logos. De Logos spreekt in de materie. Hij betovert de materie en onttovert haar niet. Hij maakt de spijziging mogelijk. Wij kunnen nu op aarde groente eten en bloemen zien. Wij ontvangen hierdoor een hele grote genade. Dit voltrekt zich etappe na etappe, door miljoenen jaren en eonen. Via de Oude Zon en Oude Maan komt het uiteinde-

15

lijk op aarde. Wij kunnen dit het beste beschouwen zoals ik dit in mijn brochure-*' heb gedaan. Ik heb hier de zeven dragers van het Woord geschetst. De Ram is de eerste fontein. Dan stroomt het via de Stier, die met het strottenhoofd verbonden is, naar de Tweeling. Dan komt het via de Kreeft, die de in- en uitademing in spiraalvorm heeft, tot de Leeuw. De Leeuw brengt altijd nieuwe impulsen en vlammen in deze spiraalachtige adem. Daarna stroomt het via de Maagd, de moeder, tot in het laatste beeld, de Weegschaal. De Weegschaal is het Kruis van Golgotha. Het is de volle inkarnatie van de Logos in de drie-dimensionale wereld. Dit zijn de zeven dragers van de Jacobsladder. Iedere drager openbaart zich op een steeds lager niveau door het Woord tot brood. Zijn lichaam wordt als spijziging gegeten. Daarom zegt Christus "Eet, dit is Mijn lichaam"^. Dit mot men woordelijk opvatten. Christus staat als laatste van deze zeven dierenriemkrachten in de Weegschaal. De vijf andere dierenriemkrachten zijn de trappen van voetwassing, van het stromen van het water. Vanaf het teken van de Vissen, de eerste stroom, gaat het naar de Waterman. De Waterman openbaart de twee golven nu op een andere manier, want het is een andere openbaring van de Waterman. Daarna stroomt het meer tot vorm geworden water in de Steenbok, waarna het via de Schutter in Scorpio komt. In Scorpio raakt men van de andere kant de diepte. Door deze vijf dierenriemkrachten komt men tot het onderbewustzijn. Voor veel mensen is dit ongelofelijk moeilijk. Dat begrijp ik, want dan zou men begrijpen dat men een levensboom van zeven krachten is. De vijf genoemde dierenriemkrachten zijn naar buiten gericht, terwijl de zeven eerder genoemde dierenriemkrachten dragers zijn van scheppende impulsen die lagere etappes begieten. Ik weet dat deze indeling moeilijk te begrijpen is. De tweede etappe van pinksteren duurt miljoenen jaren. Het is een ander soort gemeenschap die niet op het gezegde "Wat boven is, is beneden en wat beneden is, is boven" gebouwd is. Deze gemeenschap is gebouwd op "Wat binnen is, is buiten en wat buiten is, is binnen". Dit is een heel andere situatie en bovendien in een ritme van de tijd. Rudolf Steiner geeft hier prachtige regels uit de grondsteenspreuk: "Denn es waltet der Christus-Wille im Umkreis In den Weltenrhythmen Seelen-begnadend"

16

Men kan berhaupt geen betere woorden bedenken voor deze voortdurende stroom van genade. Het tweede aspekt van pinksteren is het ontvangen van deze stroom van genade. Het begon in de Oude Zon en mondt in de aarde uit. De aarde ontwikkeling wordt nu mikrokosmisch. Christus is op aarde gekomen. Zijn eerste daad vindt plaats bij de bruiloft van Kana. Dit is de derde pinksteropenbaring.
. . . .
c.)

De mysterin van Dionysus^' waren ontaard- De mensheid was van binnen verbrand door geweldige vernietigende zielekrachten. De dionysische roes bracht begeerten in het leven. In de roesachtige dionysische mysterin verzamelt Christus een bepaalde pinkstergemeenschap van ongeveer vijftig mensen. Deze mensen vieren samen met een bruid en bruidegom de bruiloft te Kana. De bruidegom is de leider van deze gemeenschap. Deze mensen zijn echt een realiteit in Kana geweest. Zij hebben intussen vele inkarnaties gehad waarin ze veel dingen beleefd hebben. Het bewustzijn van deze mensen die een bruiloft vierden, was gewoon. Maar ineens is hun hele bewustzijn veranderd door de daad van Christus. De moeder bemiddelde, want Christus kon dit niet rechtstreeks doen. Hij kon het pas twee jaar later rechtstreeks doen. Eerst moest het mysterie van Golgotha worden voltrokken en Christus' bloed op de aarde gevallen zijn. Christus zegt ook, dat het zijn tijd nog niet is. De moeder brengt iets in de zielesfeer wat nog niet in de Ik-sfeer is ontstaan. Ondertussen komen de dienaren en tonen de zes kruiken. Dit is een gebruik van heilige riten. De zes kruiken betekenen de zes lotusbloemen van iedere mens, maar ook van deze gemeenschap. De zes kruiken of lotusbloemen worden direkt met levenswater gevuld. De ene mens kan de ander nu iets geven, waardoor hij nooit minder overhoudt, maar altijd meer ontvangt. Er ontstaat in deze broederschap van vijftig of zestig mensen een nieuwe gemeenschap die een kiem van het ware pinksteren is. Maar het is nog niet bewust in het Ware-Ik. Het Ik sliep nog. In een halve droom beleven deze mensen het levenswater als wijn. Zij beleven deze wijn als ware liefde en niet als het smeulende vuur van kundalini. De kundalini is intussen al ontstaan in het onderbewuste uit de bron van de draak. De liefde wordt echter van hart tot hart genoten. Deze mensen hebben de wijnkommunie ontvangen.

17

Het vierde pinkstermysterie is de brood kommunie. Het is de vermenigvuldiging van het brood. Ik wil er nu niet te veel over spreken omdat dit te ver zou voeren. In een volgende kursus zou ik er uitvoerig over willen spreken. Het zijn mysterin van de zintuigen. De vierduizenden en vijfduizenden zijn in de evangelin verschillend beschreven. Het is een thema op zich. Ik wil alleen onderstrepen dat Christus na de vermenigvuldiging van het brood tegen zijn leerlingen zegt: "Ik ben het brood des levens''^) . Hij openbaart zijn leerlingen het grootste mysterie van de kosmos. Wezens, die zich door offers inkarneren, geven hun lichamen, substanties en strukturen als voorwerp van spijziging. Deze wezens stralen krachten die anderen kunnen opnemen. Wij noemen dit eten, maar het is een opnemen . In het vijfde mysterie van de mikrokosmos van de aarde zegt Christus tijdens het laatste avondmaal: "Eet, dit is mijn lichaam", en "Drink, dit is mijn bloed"^). Tussen de bruiloft van Kana en het laatste avondmaal zijn twee jaren verlopen en tussen de bruiloft van Kana en de vermenigvuldiging van het brood n jaar. Dit zijn de etappen van het leven van de Logos op aarde. Het vijfde pinkstermysterie is een heel bijzonder moment. Het is een projektie van het eerste pinkstermysterie. Het getal vijf is de ware helft van twaalf. Het getal zes is nooit de helft van twaalf. De ware helft is het gedeelte waar de mens aktief is en dit is met het getal vijf verbonden. De rest van zeven wordt toegevoegd. Het is belangrijk omdat de ontmoeting met Judas tijdens het laatste avondmaal in het vijfde pinkstermysterie zo'n grote rol speelt. Er zijn nog twee andere pinkstermysteries die met Christus verbonden zijn. De zesde is heel intiem en naar binnen gericht. Dit zijn de Emmasgangers. Rembrandt'' beeft de Emmasgangers prachtig geschilderd. Het was eigenlijk de taak van Rembrandt om niets anders dan dit te schilderen. De Emmasgangers zijn n van de fundamenten van het Christendom. Het is ongelofelijk belangrijk! Het is ook de basis van de uitspraak "Waar twee of drie in Mijn Naam aanwezig zijn, daar ben Ik onder hen"'. Deze regel hebben wij hier al vaak besproken. Wanneer een man en een vrouw zich tot een huwelijk verbinden, is de engel van een eventueel kind, dat niet altijd hoeft te inkarneren, er altijd bij. Het kind hoeft niet hier te inkar-

18

neren, want het kan ook in een andere familie komen. In iedere relatie van mens tot mens is altijd een derde. Het Emmasgangers-pinksteren is de bouwsteen van alle gemeenschappen. Zonder de wet "Waar twee of drie in Mijn Naam aanwezig zijn, daar ben Ik onder hen" is geen enkele vergadering van mensen mogelijk, of dit nu twee, twaalf, vijftig of honderd mensen zijn. Wij nemen meestal geen groepen van enkele tientallen in aanmerking omdat dit geen groepen meer zijn, terwijl in het evangelie vijfduizend als grootste groep wordt genoemd.. Later zijn er andere wetten gekomen,maar in een bepaalde spanning kunnen twee mensen vaak representant van vijfduizend zijn.Het is altijd plaatsvervangend. Als in een grote vriendschap of huwelijk de ene vriend alles voor de ander doet en alles vergeeft, bouwen zij samen iets op waardoor Christus in de ziel van een kind, dat zich inkarneren wil, of door de engel, aanwezig is. Deze zesde vorm van pinksteren treedt na de opstanding op. Christus is al herrezen. Christus deelt brood en wijn met de twee Emmasgangers. Er zijn bepaalde mensen die karmisch met deze twee verbonden zijn. Zij zijn ongelofelijk belangrijk. Rembrandt was waarschijnlijk n van deze twee. In ieder geval was Rembrandt plaatsvervangend n van de twee Emmasgangers. Daarom kon Rembrandt dit zo schilderen. Dat is heel belangrijk. Het zevende pinksterfeest is het feest dat wij over twee dagen vieren. Het komt dus na Hemelvaart. Er zijn drie elementen. Als u de handelingen leest, komt er eerst een windstoot. Dit is het element van de Vader. Hij schept een soort chaos waar beweging in zit. Men werd in dit pneuma, in de geest, opgenomen. Individueel krijgen alle mensen de herinnering van het eerste pinksteren. De serafische vlammen hadden in het eerste pinksteren zo'n grote liefde dat wij deze berhaupt niet zouden verdragen. In het zevende pinksteren komt dit voor iedere individuele mens als miniatuur. De mensen zijn nu een gemeenschap geworden; Zij kunnen eikaars talen spreken en verstaan. Het is helemaal niet zo dat men plotseling Sanskriet of een dergelijke taal spreken kan, maar men krijgt de mogelijkheid om zich in de karmische stroom van de ander te verplaatsen omdat men de zieletaal van de ander verstaat. Dit mysterie van pinksteren is altijd aanwezig als we ons onbevangen verbinden met een groep die ons eigenlijk vreemd is en

19

waar wij eigenlijk niets mee te maken hebben. Dit mag namelijk niet. Wij ontwikkelen bepaalde krachten in de karmische stroom waar wij ons thuis voelen om ons met andere karmische stromen te verbinden waar wij ons niet in thuis voelen. Wanneer wij dit niet zouden overwinnen en niet voor anderen zouden openstaan zou de mensheid nooit n gezin worden. Kort nadat een bepaald hoogtepunt is gekomen in het stijgen van Christus naar de zonnesfeer n Zijn verbondenheid met de hele aarde, ontstaan twee belangrijke polaire aspekten van pinksteren op aarde. Aan de ene kant is dit de Arthur-ronde^ . Dit is het achtste pinksteren. De gemeenschap van koning Arthur met zijn twaalf ridders komt uit de keltische mysterin. Aan de andere kant staat de Graalsburcht als negende pinksteren. De Graalsburcht heeft drie elementen. De eerste is de zieke en zondige koning Amfortas. Hij is het objekt van genezing. Vervolgens komt de twijfelende en zoekende Parsifal'O' e n ^e derde is de Graal zelf. De Graal kan pas werken als Parsifal koning Amfortas echt ontmoet. Pas dan treedt genezing op. Dit werkt volgens de driehoek: "Waar twee of drie in Mijn Naam aanwezig zijn, daar ben Ik onder hen"'. Bij koning Arthur gaat het over hele andere zaken. De ronde van koning Arthur is niets anders dan een schaal van genade van de hoogste zonnewijsheid, die in de dapperheid van het alledaagse leven omgezet moet worden. Er zijn momenten dat de ridders als twaalfheid de hoogste zonnewijsheid van de keltische mysterin, waar Christus na de Hemelvaart nog aanwezig is, ontvangen. De ridders worden gespijzigd door Christus uit de hemelvaartsfeer. Zij zijn daarna vol dapperheid om in alle richtingen van Europa ridder-impulsen te brengen. De ridders ontmoeten barbaarse zielen, wringen zich door bossen, bouwen kleine tempels en brengen genezing. Zij verrichten ontzettend veel daden en dit is het wezen van de openbaring van het achtste pinksteren. Het zevende pinksteren heeft dus het achtste en negende pinksteren als polariteit. Nu komt het tiende pinksteren. Hier moet men werkelijk onbevangen zijn en het leven van Rudolf Steiner kennen om zonder enige twijfel te kunnen herkennen wat er gebeurde na de brand van het oude Goetheanum, tussen 1923 en 1924.

20

Toen heeft de zogenaamde kerstvergadering van ongeveer achthonderd mensen plaats gevonden. Het Ik van al deze mensen heeft een relatie met Christus en allen hebben minstens zeven inkarnaties, sinds Christus op aarde was, gehad. Deze mensen vergaderen onder leiding van Zarathoestra''^, de grootste ingewijde van de aarde. Zarathoestra leefde in de tijd van Christus op aarde en ontving Christus bij de doop in de Jordaan. Zarathoestra was de zogenaamde meester Jezus. Dit is in naam van alle ingewijden op aarde gebeurt. Rudolf Steiner brengt hier de mogelijkheid van een kultus. Hij houdt eerst een rede, die zowel op aarde als in de Hemel een echo vindt. Ik zal u er later een keer een uittreksel van geven, maar neemt u dit voorlopig als een vooropgezette gedachte. Enkelen van u kunnen het als een werkhypothese nemen. Rudolf Steiner legde hier de nieuwe "Liebes-stein" in de harten van de mensen. De Liebes-stein is de Pentagondodekader. Dit is een uitdrukking die de gewone mens berhaupt niet begrijpen kan. Hoe kan een mens plotseling aan achthonderd mensen het Graals-mysterie toevertrouwen? De Pentagondodekader is de vorm van de herrezen materie. Het is een nieuwe uitgekristalliseerde materie die niet sterven kan. Het is wel uit de oude materie geboren. Het is de kiem-materie van het Nieuwe Jeruzalem. Het Nieuwe Jeruzalem is niets anders dan de vermenigvuldiging van deze materie. Als de mens dit in zijn twaalfbladige lotusbloem ontvangen kan, is hij drager van de kiem van het Nieuwe Jeruzalem. Rudolf Steiner zegt nu in de grondsteenspreuk dat tussen "der Vater-Geist der Honen" en "Weltentiefen Sein-erzeugend" "Christus-Wille im Umkreis" is. Hij zegt dan wat ik net gezegd heb: ..."Christus-Wille im Umkreis In den Weltenrhythmen Seelen begnadend:" Daartussen is de ziel die zich aan de ene kant opheft: "Lasset aus den Tiefen erbitten, Was in den Hhen erhret wird." En aan de andere kant: "Lasset aus den Hhen erklingen, Was in den Tiefen das Echo findet". Het is een magische uitdrukking van witte magie. Het is een grote zich opheffende lemniscaat die de wereldbloedstroom tot uitdrukking brengt. In ons lichaam kennen wij

21

de kleine lemniscaat. De ene helft van de bloedsomloop is met zuurstofrijk bloed beladen, de andere helft bestaat uit het koolzuurrijke bloed dat zich louteren moet. De ware adem wordt gebracht. Het is een grote spreuk. Deze achthonderd mensen waren op 24 december 1923 in de Schreinerei van het Goetheanum te Dornach bijeengekomen. U moet zich voorstellen dat dit een provisorisch houten gebouw was. Hiertegenover stonden de oude verbrande resten van het eerste Goetheanum. Het eerste Goetheanum was weliswaar verbrand maar in de omtrek van de aarde herrezen. De mens die werkelijk ziet weet dat het ongelofelijke werk, dat al deze schilders en andere mensen met de grootste offers hebben opgebouwd, niet verdwenen is. Het is in de omtrek, onzichtbaar voor het gewone oog, blijven werken. Dit is het eerste plan voor het Nieuwe Jeruzalem. Sindsdien heeft de aarde een onzichtbare omtrek, waar de werken en gedachten van architekten en kunstenaars als het ware ingemetseld zijn. Dit zal tijdens de hele aarde-ontwikkeling zo blijven, totdat de materie zal verdwijnen. In deze omhulling zal het makrokosmische lichaam van Christus zich ontwikkelen, hetgeen het Nieuwe Jeruzalem, de nieuwe periode van de aarde zal zijn. Op dit moment, na de brand van het Goetheanum, is de eerste werkelijke mogelijkheid hiervoor geschapen. Dit was reeds met de Graalsburcht begonnen. De Graalsburcht was in de omtrek. De Graalsburcht is geen illusie, deze zal er verder ook zijn. De Graalsburcht is een punt dat steeds wisselt. Op bepaalde momenten is hij hier en dan weer ergens anders. Na de brand van het Goetheanum krijgt de Graalsburcht een omhulling, een omtrek, terwijl op aarde as, stukken steen en resten hout liggen. De vergadering van de achthonderd mensen vindt naast deze rune plaats. Deze ongelofelijke grote samenkomst is een versterking van pinksteren. Deze vergadering geeft aan de hele aarde-ontwikkeling een nieuwe impuls. Deze is niet door alle mensen even bewust gedragen, maar dat geeft helemaal niets. De mensen die dit bewust hebben opgenomen, dragen het plaatsvervangend. Nu zijn er nog twee pinkstermysteries. De elfde wordt als profetie in hoofdstuk 25 van het Matteus evangelie gegeven. Jezus heeft aan Zijn linkerkant de bokken en aan zijn rechterkant de schapen. Het is het zogenaamde laatste oordeel. Tot de schapen zegt Hij: "Ik heb honger

22

geleden en gij hebt Mij te eten gegeven, Ik heb dorst geleden en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt Mij gehuisvest, naakt en gij hebt Mij gekleed, ziek en gij hebt Mij bezocht; Ik ben in de gevangenis geweest en gij zijt tot Mij gekomen" ' . Het zijn zes daden van liefde. Hij zegt tot de schapen alsof zij dit gedaan hebben, maar de schapen zijn zeer verbaasd en vragen wanneer zij Hem in deze zes situaties gezien hebben. Dan zegt Christus: "Voorwaar, Ik zeg u, in zoverre gij dit aan n van mijn minste broeders hebt gedaan, hebt gij het Mij gedaan."'-*) Hij wordt objekt van zes daden van scheppende liefde. Deze zes zijn met de lotusbloemen verbonden, maar niet met de Sahaschara-chakra. Christus heeft de schapen als leerling aangenomen. De bokken, die aan de linkerkant zitten, hebben deze daden niet verricht. Zij worden door Christus afgewezen. Nu zegt de officile kerk dat door deze daad van Christus de hel gesticht is. Dat is helemaal niet waar! Het is de grootste domheid en zonde van de theologie om berhaupt op deze gedachte te komen. Het is niets anders dan een uitdaging voor de schapen. Want de bokken zijn nu natuurlijk de minsten geworden. Minder dan een bok kan men niet zijn. De bokken zijn immers door Jezus afgewezen. Het is toch heel duidelijk dat de schapen nu de taak hebben om zich met de minste broeders bezig te houden. Hij heeft hier de mogelijkheid van een nieuwe stroom geschapen. Deze komt uit het zogenaamde goede n maakt het goede beter! Het goede mag nooit statisch blijven, het moet altijd beter worden. Liefde is ook altijd iets dat groeit. Dit is een pinksteropenbaring die in alle gevallen begint waar wij in de heilpedagogie met moeilijk opvoedbare kinderen werken. Maar ook waar men met delinquenten, hashrokers en verslaafden werkt. Dit is het nieuwe pinksteren. Het is tegelijkertijd ook een profetie, want als het Nieuwe Jeruzalem komt, zal er ook een ziekenhuis gebouwd moeten worden waar alle zielen die hun zaligheid niet bereikt hebben, verpleegd kunnen worden. Door alle mogelijke redenen hebben zij de zaligheid niet bereikt, hetzij door traagheid of gedeeltelijk door een fout van de goeden. De goeden kunnen zich ook te vlug ontwikkelen waardoor zij de slechten een beetje verwaarlozen.

23

Het twaalfde pinksteren kent u allen. Het is het Nieuwe Jeruzalem waar de mensheid de bruid van Christus, de bruidegom, geworden is. Dit is het hoogste aspekt van pinksteren. Het heeft de twaalfheid als basis. Er zijn twaalf poorten, twaalf engelen, twaalf fundamenten en alle mogelijke twaalfheden. Wij hebben dan een makrokosmische twaalfbladige lotusbloem. Voorlopig heeft iedereen dit wel in zich, maar het zal moeten uitademen, uitbouwen en uitstralen. Het zal de schaal en de struktuur bouwen van hetgeen Christus met zijn wereldziel bezielen zal, wat de Logos met het woord doorklinken zal. De mensen worden dan pas werkelijk woorddragers, verbonden in een ware pinkstergemeenschap. Het is geen illusie. Dit wilde ik het eerste deel van onze avond naar voren brengen. U krijgt hier een korte syllabus '^' van. : Christus is uit de zonnesfeer naar de aarde gedaald. Betekent dat, dat Hij, vrdat Hij op aarde kwam, zich ook met een engel en een aartsengel verbonden heeft? Stefan Lubienski : Ah ja. Ja, ja! Het is heel goed wat u zegt; ik ben ongelofelijk blij. Natuurlijk, vanzelfsprekend heeft Christus voor Hij zich met een mens verbond, (Hij verbond zich in naam van alle mensen met Zarathoestra, de grootste ingewijde van de Perzische kuituur) zich met een engel verbonden. Het is een engel die de graad van aartsengel heeft. Men kan dit een aartsengel noemen omdat het intiemer is, de engel is meer periferisch. De aartsengel heeft drie keer zijn lichaam aan Christus geschonken. En keer in de oude lemurische tijd, de tweede keer ook in Lemuri en de derde keer in Atlantis. Door deze gebeurtenissen hebben wij berhaupt zintuigen. Dit is iets waarover wij uitvoerig moeten spreken, want dit zijn openbaringen van Rudolf Steiner die normaal nergens bekend zijn. Rudolf Steiner kwam direkt uit de bron van Zarathoestra. Men kan hem ermee vereenzelvigen. Of Rudolf Steiner Zarathoestra was en er totaal mee verbonden was, is een andere zaak. In ieder geval deelt Rudolf Steiner Zarathoestrische wijsheid mee. Dit is het hoogste en meest pure witte okkultisme dat berhaupt op aarde bestaat. Tombergl5) heeft beschouwingen aan de offers van Christus vr Golgotha gewijd. Men moet dit eigenlijk bij Tomberg Deelnemer A

24

lezen want dit is nog mooier en wijder beschreven dan Rudolf Steiner dit deed. Ik hoop dat dit nog vertaald zal worden. Het Nieuwe Testament van Tomberg is nu vertaald. Het wordt tijd dat "De zeven offers van Christus" vertaald worden. Ja zeker! : Was dat met name bij de keltische ingewijden vr Christus, die zagen dat Christus met een engel verbonden was? Stefan Lubienski : De keltische ingewijden hebben enkele honderden jaren vr de komst van Christus, geestelijk gezien hoe Christus de zon verliet. Christus was bezig de zon te verlaten. Hij schonk zijn hogere lichamen aan andere hirarchische wezens. De keltische ingewijden hebben dit waargenomen en in hun mysterin gevierd. Deze inwijding was zeer makrokosmisch en op Christus gericht. Deelnemer C : Ik begrijp niet helemaal dat Christus zich al in Lemuri met een engel heeft verbonden. Stefan Lubienski : Ja, maar dit heeft ook niet met de keltische mysterin te maken. Dit zijn feiten die alleen hirarchische wezens wisten. De ingewijden op aarde wisten dit waarschijnlijk ook niet, maar zij ondervonden wel de gevolgen. Wij danken bijvoorbeeld aan deze offers het feit, dat wij harmonieuze organen en zintuigen hebben. Deze zijn transparant. Wij hebben geen begeerte in de zintuigen. Deze gooien zich niet vol begeerte op bepaalde kleuren. Aan het laatste offer danken wij de harmonie tussen denken, voelen en willen. Wij zouden anders in een totale chaos komen. Het is een heel groot mysterie dat de offers van Christus inderdaad nodig waren. Het is de eerste keer in de mensheidsgeschiedenis dat hier iets voor het menselijk bewustzijn over wordt gezegd. Het is z hoogstaand van inhoud. Ik geloof niet dat er n mysterie op aarde geweest is, dat dit wist, en als men het wel wist, kon men er de woorden niet voor vinden. In ieder geval heeft Rudolf Steiner de verantwoordelijkheid op zich genomen deze dingen naar voren te brengen in naam van Zarathoestra. Daarom ben ik zo blij dat dit naar voren gebracht is. Het is ontzettend belangerijk. Deelnemer B

25

MEDITATIES OVER GEOMETRISCHE FIGUREN

Wat ongelofelijk belangrijk is en wat wij niet voldoende naar voren gebracht hebben, is dat men bij de koncentratie innerlijk een beeld (wat beweegt of juist niet beweegt) schept en ziet. De beelden moet men z kiezen, dat zij ten eerste niet te moeilijk zijn en ten tweede ontzettend veel inhoud hebben. Wij moeten deze beelden tweedimensionaal kunnen beleven, niet driedimensionaal. Dat is te moeilijk, dat kan niet. Wij stellen driedimensionale dingen voor in onze driedimensionale wereld en dit is de geestelijke wereld niet. In de geestelijke wereld is een dimensie minder. Deelnemer : Zou u dat nog een keertje willen uitleggen? Stefan Lubienski : Aan de hand van een voorbeeld zult u dat begrijpen. De geometrische figuren kan men in twee types verdelen. Het ene type bestaat uit drie vormen, namelijk golvende lijnen, spiraalachtige lijnen en een kring of lemniscaat. Het ronde kan natuurlijk ook ei- of ellipsvormig zijn. Bij het andere type geometrische figuren zijn de lijnen recht, strak en puntig. Het eenvoudigste is de driehoek, het kruis of de kubus. Maar het is niet onverschillig welke men kiest. Men kan bijvoorbeeld een figuur met alleen strakke lijnen nemen. Ik zal voorlopig iedereen adviseren dit in de eerste plaats goed te oefenen voor men een gekombineerd figuur van beide typen neemt. De tekening op de volgende bladzijde stelt een kombinatie van beide typen voor. Het getuigt van een ongelofelijke intutie, dat men dit beeld op zodanige wijze gekozen heeft. Hoe is dit bedoeld? De middelste twee driehoeken zijn puntig, maar wel open. Dat is heel belangrijk! De

26

golvende lijntjes aan beide kanten kunnen bewegen wanneer men dat imagineert, terwijl de rest van het figuur stil blijft staan. Het is de adem tussen de twee punten van de driehoek. Deze vormen een ruit, zoals dat op bepaalde kaarten voorkomt. Men kan dit midlevens den werkelijk rood beleven. water Waar de twee driehoeken elkaar kruisen, is het heel sterk rood. Deze twee zijn blauw kelkachtige formaties in een tweedimensionaliteit. Ze zijn niet echt een kelk maar duiden de houding van de ziel die zich enerzijds tot de hoogten opheft, ontvangt, en anderzijds het ontvangene gaat schenken. Er is intussentijd een brood-struktuur ontstaan, die onze ziel voedt. Daardoor is dit gesloten ding ontstaan. Wij beleven ons eigen Ik als rood. De golvende lijntjes pulseren ongeveer zoals onze pols. Ik heb dit voorbeeld genomen omdat het zo boeiend is, daarom is het gemakkelijk, maar het is niet het eenvoudigste. Een gesloten kubus is zo weinig boeiend, dat het haast moeilijk is zich hierop te koncentreren. Het is zeer persoonlijk wat ik nu naar voren breng, maar ik denk dat dit bij velen zo is. Wat is dus de bedoeling? Als u 's ochtends opstaat en helemaal fris en wakker bent, kunt u ontspannen op de vloer gaan liggen met een klein kussentje onder uw hoofd. U schept nu als oefening zo'n figuur voor uw geest. Voorlopig kunt u het zonder kleur voorstellen. Aan de ene kant beleeft men een gevoel van openheid en rust. Aan de andere kant van het figuur is een gevoel van schenken. Het midden is een intense zielewarmte die men in kleuren kan zien. U houdt dit figuur vijf minuten voor uw geest. Heeft u het te pakken en is het duidelijk?

27

: Ja, maar wat ik ook doe, het blijft vierdimensionaal. Het wordt echt niet tweedimensionaal. Stefan Lubienski : Ja, ja, maar de geestelijke tweedimensionaliteit is anders dan de driedimensionale. Het driedimensionale in de geest is niet hetzelfde als het cordinatenkruis. Het is niet plat, maar ook geen cordinatenkruis. Ja, je hebt gelijk. Je kan het ook vierdimensionaal noemen. Ofschoon vele okkultisten, niet alleen Rudolf Steiner, zeggen dat de meetbare wereld van het cordinatenkruis verdwijnen zal. Als wij ons iets tweedimensionaal voorstellen, wekt dit in ons een nieuwe dimensie. Wij zijn dan niet meer in ons lichaam. Eigenlijk zijn wij even heel kort dood. Het is een reuze ontspanning wanneer men voor een heel kort moment niet aan het lichaam gebonden is. Daarna komt men weer terug in zijn lichaam. Men is meester van de zaak en steunt op een figuur. De meditatie over geometrische figuren heb ik ondervonden als de gezondste die men zich kan voorstellen. Zij worden veroorzaakt door de werking van de Ajna-chakra. Het vult ons hele wezen. Wij worden een geometrische struktuur. In deze figuur is het rode punt niet ons hart. Het rode is de plexis, het kruis. Het maakt van de plexis een orgaan dat tegelijkertijd heel gekoncentreerd n ontzettend ontspannen is. Het is paraat om met handen en voeten de aarde aan te pakken, terwijl de ziel in de kosmos is. Deelnemer Als tegenstelling nemen wij de lemniscaatfiguur. Aan de i bovenkant zijn zeven pijltjes centripedaal gericht en aan de onderkant vijf centrifugaal. Het getal zeven is, normaal geoude saturnus ,'vulkanus sproken, het schenkende getal. Het getal toekomende t oude vijf is wat wij met venus \ zon dit geschenk doen. Wij stralen dus vijfvououde toekomende v >v "* maan ^/ jupiter dig uit wat wij zevenblauw v o u dig ontvangen hebaardei Aaarde rood ben. Als wij hierover mediteren, beleven wij kundalini dit als een bewegend

\^

28

H*

g c ro
3 h-

?r n> cu1
00 fD CL C U O 3* rt fD 3 !C O N Hl_i. 3 09 fD CL fa O rt fD

\ \ \ ) V . .^/
" N

s~

f
<
fD fD

O fD

3" 3
CL g Pt fD P ra 3 1-1 h-'OQ H fD CL fD i_i. 3 PU 3 C O ?r 1 (X M 3 O P| 3 [U fa CL fa H ' CL 00 fD fD fD rt 3 1 VI ?rtjQ en O* fD fD p H * 3 CL fD 3 Ui. 3 3 CL O fa O O O ra N g O proo H r t t _ j . T fD P 1 3 fD i C r r fD fD < g fD fD fD fD fD I - 1 fD 3 H - K Hh CL I - 1 0 9 F, r t D* n > e V fD g fD 3 FC O 00 fD fD rr

3 rt
rr fD C A

n < (U fD
H-

0) CL

< FfD 3

CO fD I-J .

t - 1 CL O fD (a O 3 3 P< CL ?r fD Cu cr H- C U 3 3 3 CL CL co CL fD rr 0> Pt O* r r fD fD 25 fD fD fD fD fD CL 3 3

g o oo

>-
('
?r

& >
S

g g

H . 0

fD rt

?r 3
H - fD i-1 g fD

cc c 3

<

cr

s g 3 fD fD n s ?r co
rt fD

< fD
H 1

C U fa

3 3 O fD XI O H O rr rr 1

3
n >

3 3

(0 fD

5>r ca ?r H rr fa r l C T) Pt
H* (0 C O

TT P< X> C fD H- 3 C O O 3* fD r t 00 fD O fD t-h co C I-1 fD l' O fD O CL fD l' r t fD fD fD rt 3 1 tn r t H- O p< O 00 N C H fD o* fD O 3 CL 3' O fD fD I-i H fD ( _ l . C U fD fD g OQ 3 0 0 fD g 3 H> 7? et r r fD O 3 3 ?r 00 g 3 * fD co i-S - fD H fD 3 H - H C O C O 3 P( i' H ' ra N co vfD 3 3 i H> C L - d HfD fD fD g r t r-( N Pt fD H ' 3 g c o CL C _ l . CL Ca fD 3 fD fD H fD N fD i co fD fD 3 ?r Pt fD fD 1 3 * i - O ra h-' O fD 3 fD r t CL fD rr CL rt> ra r t ra 00 r t fD 3 3 0 0 CL 0 0 7T CL fD r t 3 * H H N rt fD C Hco 7T 0 0 O fD H l C fD H' 00 3 CO CL

CL O fD 3 -t HCL CL H - fD rr 3 rt

o SE
fD rr

n -ft c H
C O C O fD rr 00 fD

?r

cr

c :

3 ru ?r ?r
I_i.

fD l1 H'

e >

?r co Pt
fD

< ra
3 Cu 1' h-1 fD

5
cr

< :

< ^

c s:
fD fD H C

(-

<

ra 3 3

2
1

g fD
rt

3 * CL O H- HPt fD H CL ra 1 CL f h- r t fD CL H O O 1 3 g O fD 3 * C 0 0 H ?r rt fD fa fD r t K-1 N fD fD fD H H r r r t 3 3 3 fD H - H - T> O CL r t 3 M 3 fD O N fD O D fD fD O l O H- 3 C fD 1i. rr rt t 0 0 o ru CL < O 3 C U ro o 3 O Cu fD C 3 r t CL 3 g n co r t 3 0 0 Cu r-t fD cu g Cu rt rt H' r- 1 Pt h- 1 3 1 H' OC t - fD 3 (_i. H- O Cu 3 H> fD H CL 3 CL 7T C O 3 fD 3 H ' co 3 co co CL N g l- 1 - H fD C H H r t CC g ( _ i . l _ i . w r t 3 cr co co 1' rt H ' rt CL fD CL H ' r r fD O fD Cu ro S ZT 3 O M 3 rt !- j3 g XJ 3 rt rt r t ro u . . CL H H' 3 3 3 Hi 3 Hi*a M ' CL 3 Cu r t CL H fD TJ H ' H' fD H - CU 0 0 t, o 3 00 fD fD r t 0 0 H ' H - 3 ru r t l_i. (_j. rt rt C U fD Cu 3 Cu H - 0 0 "t 3 0 0 3* 3 fD CL C U CU 00 Pt t, Cu fD 3 Cu r r O i- 3 CL 3 CL Pt C U cr g <J H fD O o CLT)1 g rfD C f< 3 ro t' H - fD P C Pt h- 3 CU cr i M Cu fD rt 3 r t cu 3 CL r t 0 0 g CL fD fD 3 co H' 00 Z N 3 3 3 i Hrt Pt ro H 3 rt 3 t_i. fD O

cr g S

^ ro

t-* (u O t-> t-> rt i O

ro ?r

c ro co cr ?r
i' fa ro

O 3 3 ro
3

rt

' M < < er H C O ro ro h^ 3 ro 3 CL N ro ro O H ' o ro < X ) co ro rt 3 cr ro <: * O H 3 ro M l O CL i

g g

H - ro CL ro CL P|

ro 3 H
7? o

3 3 cu r t CL C O ro r t

< r-ti O HO OO

P(
O

< C

< CL ro ro O ro o < -t PI ro o (_>. o ro g 3 o ro < ro ro < ro 0 0 CL o < ro ro < ro !- rt ro ro ro ro ro co Cu <a ro ro ro rt rt =:2 H' ro ro ro o ro ro ro H ' ro 3 o < co o ** c rt o o ro TT r t ro ro iro ro n ro ro < ro ro O ro i O ro < ro 3 ro ro ro ro S ro ro cr 3 ro Hro s' ro ro ro H ro ro < ro roO ro ro H' 3 n ro CL C O ro ro ro ro 3 CL ro rt < ro ro ro cr H ro N i ac ro ro M ro o H ' ro ro ro ro 1 ro ro co <
o
i> <-i.
1

ro

l_i.

t_i.

Cu i-1 O 00 r t p( r t C O XJ H U p{ H - C l _ i . 00 3 H CL 3 r t ?r p H- CL CL H- w Pt F - CC M CL H' oo ro ro r t p U co p C N Cu Pt 3 pt c r r t H> 3 O 3* 3* 5C rt CL N 3 3 CU1 H CL C O h- 3 Kt> O ro pt Hn ro 3 CL PI Cu h*> O p pt Pt N C O C U X) H3 C O 3 3 X) 00 N rt N 3 CL r t H 3 !_i. e N rr C C 3 co 3 * ra ?T r t X I Pt t r t CL CL 3 O CL 3 H O C0 X 3 H - CL < rt C O O t 3 N rt 00 r r ro M ' M 3 0 0 CU N ro cr l _ i . Pt ra O 3 *-> 3 pt O r t 3 C U CL CL 3 r t N C O H H - ru H 0 0 fa 33 c_i. ro pt Hooo l_i. CL N h- 1 rr 3 1

ro fa XJ cr ro N 3 ro ro CO rooo 3
o o o

n c

O 3 CL 0 0 C U ro

g cu (- cu
rt CL ro

c Pt

3 N
ro ro R 00 3

CO

cr o PI
N

ro

cr

ro

ro o 3

o g

?r co ro oo ro rt rr g CL ro cr cr CO 3 l-". ro
N

rt ro 3 H-

ro
ro

i-1

i* c ro cu ro ro

cr
00 H0Q

ro t ro

p{ 0 0

3 < co cu < X ) CU H' H- cr 3 ro C O P{ 3 r t Y-* cu cu cr Pt CU CL e o ro cu ro h-1 ro S < i-' 7T g cu ro o H ra - O 3 3 F C U 3 cr cr co 3 c

pr co Cu O C U C U B ro oo r t C rt H i h ro pr 3 0 0 3 0 0 ro o ro pt> CL g

< ro ro

ro 3 ro

r t H' H - co O O 0Q 3 < 3 * 00 rt ro co rt rt rt ro

ro CL
rt

FPt

ro ro s ?r

C u M

r t f ro . (_.. Pt

cu s ro

< O

H-

1 ro cr ro 3 ro ro w s: ro 3 pj ro 00 3* 3 Fro co rt O 3
M

2 3 B

o Pt
rt

00

ro

starrend. Het heeft geen inhoud en men komt er niet verder mee. Men beleeft dit niet. Men heeft dan op de een of andere manier een spijker in het lichaam gezet. Er moet leven in deze dingen zijn terwijl het lichaam ontspannen op de grond ligt. De eenvoudigste manier is als het lichaam plat op de grond ligt, maar Oscar Hinze spreekt over het zitten op een kruk. Er zijn mensen die zonder moeite in de lotushouding kunnen zitten. U kunt dat ook doen, waarom niet. Bij de meditatie over het kruis heeft men de mogelijkheid om achter het kruis een uitdijende en samentrekkende kring te beleven. Dit is de ziel van het kruis. Deze ademt door uit te dijen, te verdwijnen en ineens weer terug te komen. Het bestaat uit vele kleuren. De hele regenboog is hierin. Er zijn ook zeven rozen in deze kring. Ik adviseer niet om deze zeven rozen achter het kruis zo realistisch mogelijk voor te stellen. Rudolf Steiner zegt, dat men dit wel kan doen, maar ik vind het zeer moeilijk en misschien niet zo vruchtbaar. Het leeft niet. De zeven rozen of zeven chakra's staan trouwens niet in een kring. Zij zijn wel als zevenheid tesamen maar niet in deze zeven punten. De zeven rozen ademen, het zijn de zeven regenboogkleuren waarop het kruis verschijnt. Men kan dit oefenen nadat men een tijdlang over het kruis zonder regenboog gemediteerd heeft. Men heeft dan de moed om zijn eigen kruis te dragen. Deelnemer : Is bij de regenboog het rood aan de buitenkant?* Stefan Lubienski : Ja, het hangt er vanaf waar u het aksent op legt. Het rood is buiten als de aktiviteit buiten is. Het hangt van de situatie van uw ziel af. Als u zich sterk offert is het rood buiten en de andere kleuren van de regenboog zijn binnen. Maar wanneer men ontvangend is, is het blauw buiten. Het hangt er dus vanaf waar het aksent ligt. De Davidsster is moeilijker. Ik heb trouwens altijd de neiging om nooit een gesloten, maar een open driehoek te nemen. Het is een driehoek waarvan beide armen tot in het oneindige gaan:\ /.Bij de andere driehoek gaan de V armen naar A beneden: / \ . Dan heeft het meer leven. De naar boven gerichte armen ontvangen en de naar beneden ge-

30

richte armen buigen zich met een gevoel van verantwoordelijkheid over de diepten. Het is de echte Tao, boven is yang en beneden yin. Bij de Japanners heb ik geleerd om altijd een open driehoek te nemen'" . Men noemt dit saganku. De armen van de driehoek verdwijnen in het oneindige. De twee driehoeken kruisen elkaar en zijn in evenwicht. Het is het geest-zoekende en het diepstedienende. Het Salomonsteken is een heel heilig teken. Het is met de Swadistana chakra verbonden. Ja, ik weet dat dit een zeer labiel terrein is. Daarom heb ik dit nooit gegeven want het kan in dogmatisme en verstarring ontaarden. Ik ben geen goeroe. Ik kan niemand direkt helpen. Ik probeer alleen de mensen te animeren om zoiets te beoefenen. Ik heb het toch maar gezegd omdat ik een bepaalde lijn volg. Ik voel dat ik geen vergissing zal maken, wanneer ik u dit vanavond als afscheid geef. In de meditatie zijn dus twee typen beelden. Het ene beeld is strak en helemaal zwart. Het andere is een bewegend beeld. Het bewegende beeld is in kleur. Ik zal u er enkele gedichten bij geven. Alle gedichten zijn een inleiding tot meditatie. Men mag een gedicht nooit meditatie noemen. Het gedicht dat ik u nu geef, is hoofdzakelijk om de tegenstelling van het rood en de sneeuw aan te duiden. Dit gedicht is nodig om het oneindige mysterie van enkele druppels bloed in de sneeuw in u op te wekken. Op een bepaald moment dat Parsifal mediteert, vallen er drie druppels bloed. Deze zijn afkomstig van een paar zwanen die door een roofvogel zijn aangevallen. Parsifal zit onbewogen op zijn paard. Er komen mensen naar hem toe en vragen wat er gebeurd is. Parsifal beleeft het grote mysterie van sneeuw en enkele druppels bloed. Dit is n van de grootste mensheidsmysterin. Men kan er geen woorden voor vinden. Nu heb ik een gedicht gemaakt dat een inleiding voor dit mysterie is: DER OPFERPFAD In Wolkenhhen, im schneeigen Reich Klimmt unzuganglich, gezwungen in Eis Ein Pfad, - einem schlanken KREUZE gleich Ueber dem Erdgrat, untastbar weiss.

31

Und niemand pilgert nach den kalten Firnen, Umgiert von Zacken aus Granit und Eis, Auf jenem Weg zu fernen Nachtgestirnen, Nur dort wo der Pfad zum Gipfel sich kehrt Leuchtet im Schnee eine rote Spur - Wie eine Ros auf blankem Schwert, Erblht im Schnee ... ein Tropfen Blut. Ik heb dit gedicht 20 of 25 jaar geleden geschreven. Ik heb in mijn leven maar n gedicht geschreven en dat is dit gedicht. In mijn memoires 18 ' schrijf ik dat dit gedicht de geboorte van iets ontzettends belangrijks is. De Poolse woorden zijn natuurlijk veel beter. Iemand heeft dit gedicht voor mij vertaald en het is niet slecht vertaald. Het is de ontzettende eenzaamheid van de bergen die helemaal wit zijn. Daarachter is de oneindige zwartviolet-blauw-achtige sterrenhemel. Er is een heel smal pad. Het is de weg van inwijding. De omgeving is ontastbaar wijd en totaal wit. Dit betekent dat het helemaal rein is: "Und niemand pilgert nach den kalten Firnen/ Umgiert von Zacken aus Granit und Eis / Auf jenem Weg zu fernen Nachtgestirnen". Plotseling: "Nur dort wo der Pfad zum Gipfel sich kehrt / Leuchtet im Schnee eine rote Spur - -". Dit is geen roos, maar lijkt op een roos. Dan wordt in de op n na laatste regel het woord "Schwert" gebruikt. In het Pools is het geen zwaard maar een kruis. Het is de kruisvormige handgreep van een zwaard. "... zum Gipfel sich kehrt / Wie eine Ros auf blankem Schwert". Het is een kompromis en dat is niet zo slecht. Er moet ook ritme en rijm in een gedicht zijn. "Erblht im Schnee..." is als een bloem, een druppel bloed in de sneeuw. Dit zijn dezelfde druppels bloed die Parsifal ziet, maar nu is het toegelicht. Men kan de inhoud van een dergelijk gedicht in zich opnemen en over het resultaat mediteren. Alle woorden zijn nu weggevallen, terwijl het mysterie van offerbloed en sneeuw gebleven is. In de meditatie moet altijd een tegenstelling van twee elementen aanwezig zijn. Deze moet zo eenvoudig mogelijk zijn. Het werkt op onze ziel als een ferment waardoor de ziel een veranderingsproces ondergaat.

32

Ik heb dit meteen met Rudolf Steiners ochtendmeditatie vergeleken: In den reinen Strahlen des Lichtes erglanzt die Gottheit der Welt In der reinen Liebe zu allen Wesen erstrahlt die Gttlichkeit meiner Seele Ich ruhe in der Gottheit der Welt Ich werde mich selbst finden in der Gottheit der Welt Deelnemer : Zou u nog iets willen zeggen over de opmerking dat in de meditatie een tegenstelling moet zijn. Stefan Lubienski: Ja, er moet een tegenstelling zijn zoals bijvoorbeeld sneeuw en bloed. Deze tegenstelling werkt als een spanningsveld. Men kan het triviaal met elektriciteit vergelijken: er ontstaat nooit licht als er geen positieve en negatieve pool is. Men kan niet mediteren als er geen polariteit in ons werkt. Men moet de twee polen in verbinding brengen. Er ontstaat dan een drieheid en de derde is de openbaring. Deze openbaring is telkens anders. Hoe kan men anders uitleggen dat Parsifal vanaf zijn paard in de drie druppels bloed en de witte winterse omgeving, de hele wereld ziet? Men kan ook "Des pas sur la Neige" van Debussyl9) als voorbeeld nemen. Deze muziek bestaat uit maar twee tonen die zich altijd herhalen. Het is een antwoord op hetgeen Parsifal ziet. Bij Rudolf Steiner is het een licht dat helemaal niet fysiek is: "In den reinen Strahlen des Lichtes erglanzt die Gottheit der Welt In der reinen Liebe zu allen Wesen erstrahlt die Gttlichkeit meiner Seele". Dit is de grootste tegenstelling. Het eerste is het licht en de tweede is warmte. "Die Gttlichkeit meiner Seele" begint liefde en zielewarmte uit te stralen. De mens is geen ster. Hij kan geen wijsheid stralen, gelijk de ware zon. Het is nog onwijsheid, maar "In der reinen Liebe zu allen Wesen" is de mens rein en dan "erstrahlt die Gttlichkeit meiner Seele". "Ich ruhe in der Gottheit der Welt" is het resultaat van

33

deze twee. En als laatste "Ich werde mich selbst finden in der Gottheit der Welt". Deze spreuk bestaat dus uit vier gedachten. De eerste twee gedachten zijn tegenstellingen die tot een derde komen. Dan wordt een vierde gedachte toegevoegd. Dat is ook een methode. Het is volmaakter omdat wij in de vierde manvantara leven. De Oude Saturnus, de Oude Zon en Oude Maan zijn al geweest en het is dan beter er een vierde aspekt bij te vinden. In de vierde wereldontwikkeling is ons Ik ontstaan: "Ich werde mich selbst finden in der Gottheit der Welt". Deze gedachte is ook naar de toekomst gericht, want wij hebben onszelf nog niet gevonden, maar wij weten dat wij onszelf zullen vinden. Deelnemer : Is dat het bewust worden? Stefan Lubienski : Ja, dit is het bewust worden. Dit is het zich verenigen met God. Het is nog veel meer dan bewust worden. Het is de Unio Mystica, niet in de zin van het verleden, maar in de zin van de toekomst. De Unio Mystica is toekomst gericht. Ja, het is eigenlijk de Geest-mens; het is nog veel meer Buddhi of Levensgeest, wanneer men dit met deze begrippen wil bijspijkeren. Maar dit alles moet op losse schroeven staan. Men moet zo min mogelijk bijspijkeren. Ik kan te veel begrippen niet verdragen. Daarom gebruik ik begrippen als bewustzijnsziel helemaal niet. Toen Rudolf Steiner leefde, was dit nodig. Dit is geen kritiek op Rudolf Steiner. De moderne mens is veel vloeibaarder en soepeler. Het Geest-zelf of Manas is een heel interessant begrip om over te spreken. Anderen noemen dit Maria of Sophia. Er zijn zoveel namen voor het Geest-zelf. Hoe meer namen, hoe beter want dan vallen de begrippen helemaal weg. Door veel namen doodt men het begrip. Dit is nodig, want het is met de hersenen verbonden. Nu wil ik nog een andere ochtendspreuk van Rudolf Steiner naar voren brengen: "Ich trage Ruhe in mir, und fhlen will ich wie Ruhe sich ergiesst durch all mein Sein". Dit is het eenvoudigste om te doen. Ik denk dat niemand zich mens mag noemen, die dit niet beoefent. Dit moet men gewoon doen. Men moet zich iedere ochtend met rust begieten en het is onbelangrijk of men dit staande of liggende doet. Dit is het minimum dat de mens moet doen. De mens probeert deze rust niet te verliezen. Men heeft

34

C O S U

3
O

3
09 co rt

ta- O co o 3 ?r rr

m n m
3

fD

< o

3 2 * o 3 c fD 0 9 C A
rt fD JU ( rt p.

m
rt

o 3 o*
CL

3 09

< C O
3

fD

PT? 3 * co O p - fD O 3 -t r r O TT a N

C U 3* C U N tu fD p-> p i 3 CO t - J . 3

<

ro

fD 0 9 r t (U

fD rt

Ui

N , U O C C U * s: P 1 TT P co itj <_i. P C 3 fD 3 O 33 3 ft 3 CT fD 3 fD pf r t 3" fD 3 n > CD p> O 3 O fD fD fD fD 3 rt 3 r t PT Ou 00 fD fD 3 f0 O fD1 N P ' pj fD 3 n > f- P - P - - r t O fD i_>. c u 3 3 * H l CL CL C 3 fD N CL fD fD P - 09 3 fD fD CO (U co C O co p * pt r t fD Po CD O 3 3*09 fD 3 p- pM 3 (U CO CL r t 3 co 3 " p fD fD 3 C CL fD cr i-h O P* n > fD er 3 * fD fD p{ 3 fD fD P T3 3 cr P * s : fD i co cr P - H - 3 fD ( _ i . ( _ i . <t> (u

<-i fD 3 N r| r t O i' n > ( <-t P 3 3 09 O CL 00. r t co 3* 03 ( r t 0) i E K fD 09

=r n > rt

r t 09 N fD fD

< fD

3 O O 09 1 3
N 09 fD C U C U N 3 p-> P"

09 fD 3

(_>. TT
fD rt O rt CU p-1 fD CL O 3* fD P-

ro ro

<

ro

O*

3
3

fD

3 o

fD rt

p fD C O 3

7?

<

P fD fD p CL 3 fD fD fD N N fD 3 fD P r1 P C fD O c o* y-"0 pfD fD N 3 C U rt 3 C O P* O 3 * CL Cu ?r p r t fD Cu rr N p U TT E fD C K p-1 p * 3 C fD 09 3 p" 3 C O 3 fD fD fD r t fD fD 3 3 3 Pt p cr C O fD O r* fD c fD CL pj cr P C O rt p e CO o rt fD 3 fD 3" P 3 3 * fD O rr 3 fD P C P fD 7? g CL 3 CL p pV fD 3 O 09 N CC < S N P - cr fD fD O r r P< c fD p> P* p> I_I. U c p C co 3 Ml 09 3 b rt O O fD C fD fD r r 0 9 Cu C O p 3 o Pr r p> fD fD fD rt fD 3 fD co H 3 3 pTT fD 09

WJ rt fD Ml Cu 3

3 cu Cu 7? rt

< fD

fD p- N fD fD P 3 CL PC U 3 09 09 3 <D O fD CL Pt 3 n P CL 3* "C n rr 3" 3* pr r 3 fD C O fD r t r t fD

09 fD CL P3* O fD 3 * Pt r t

3
3

-s
<:

P-* O 3 fD fD p P 3 CL 0 9 0 9 r r fD fD fD 3 O 3" C fD r t N r t fD P p-1 l _ i . O P- 3 Pt ( _ i . Pti TT rt fD fD fD Pt P - fD Pi fD CL P" C U CL rr 7? U 3* C fD 3 rt CL P' fD r r Pt cr O Co 3 rt 3 CL 0 9 pCu M l CU rt 3 fD 09 3 fD fD Mi O rr prr rr C 09 co fD co CL fD p 3 O 3* 3 * rr fD rt

rr p - fD fD ? r rr o p. rt C U ?r co o rr 3 3* pO 3 c 09 CL fD fD 3

<

O 3* Pt PC O rt C co

3
pfD rt Cu
P
1

rr
P*

p" fD fD

fD CL

o 3
O 3

3
PO p- C 3 3 CL O fD O

co fD 3 CL fD

>

<

(_.. C

(-" rr

<

<

P - CL p ( co fD Cu rr Cu fD 3 P 1 fD C O Cu rr t-j. O fD r t fD 3 Cu CL 3 rr Hp- p- O 3 fD 3 * rr 09 N fD 0 9 fD 3 1 fD P cr M l N PPC l_i. tu o 3 3* O r r o CL

fD M 09 fD P" Pl_i. 7? fD 3

<

<

fD rr 3* fD rt

CS 3 pL u . CL fD N P> fD l_i. 3 3 09 fD 1 3 P pfD rt s: pO i_i. 3 co K p-

P co CU C O Cu cr 3 co 09 fD 09 fD

o 3

(D

a
C U C U p{

< fD
3
fD

o o

7C 3*

3 S C fD
p- rt
t_i.

TT O O1 pN C

fD P 1 N fD p- 3 rt O

cr

P>

3
N fD

Ph Pti fD Pt fD

O 3* Pt P C O rt co rr
P1

M O p( fD p I_J. rr ? r fD fD TT

**

p<

co Cu p- 1 rr PCL

sr
C U fD C U rr pj

cr
fD CL

rt p r r

;** o 3
i

C U CL p- 1 O 3 O 3* 3 fD N CL fD fD

fD CL

P fD rt

3
C U

P tu co H . tu rt TT fDV rt f D \ 0 9 3 fD CL N p < PC U o (_>. 3 3" 3 rr CL X fD < C U fD r t 09 3 P. P- O 3 C O O o M P{ fD C O 09 fD r t fD 3 fD 3 co O W rt pf fD fD C U CL l-< C U P- 3 P-" O co 3 " H o r r co 3 * fD tu 3 O 3 c u P-" CL r t P- N 3 fD fD rt fD rr C : rr CT fD a* fD 3 P-" p( CL o 3* fD cu cr CL C fD T3 p> r r Cu 3 P ' O 09 rr O P{ p- pp r t _i. C O TT 09 fD 1 UJ fD rr

a O C C
P.

rr O P- 3* co rr p i - Pt CL fD 3 3 Cu: O

Cu co co

2 O

p> rt Ml fD pp> 3 fD O fD C C O fD ra c p> co C U


1 O p-1

fD

c:

3
Ml

Pt P 1 rr c =r CU M r r 3 fD C O p C O Ti 3* O 3 CL C O rt fD 1 M 3 H CU cr C U 0 9 pj U 0 9 fD C fD 3 CL

Z O U tu C O o co 3* 3* Cu p< 1 pa P C O fD p * rt p. 3 co fD fD 3 P' O

> P-
co Pt fD 3* rr fD

M O 3* 3* fD fD

09 fD fD Ph P7? C

r> <r

3
P

O
rt
P>

cr

P fD P-

U W1 C C rt pfD co

3
fD

fD 3 po S U

C U 3* P1 C fD M co rr

ES 3

3* C U P1 fD

CL

< fD
Pt p* O P

3" O fD P' rt PC 09 3 fD fD CL P P 3 O 3* a: r r fD Pt U N C 3 fD 3 O 3 3" O M p| P > C O rr pC U

<

fD/ p - N 3 co P O CL 3 3 * fD C U 3 fD\ Pt fD fD\ P1 3 c C O prt L a . TT co TT fD fD C cr fD Pt co fD rr 3 3 fD tu co r t 3 rt e P <r Pt O C fD C rt C O N CU r r P> 3 M cr !_.. 3 P ' fD fD 0 9 rt O rt S fD O fD a> (t) 3

? r CL C U C U C U o CL 3* rt O fD 3
PI

<*.
CL fD H

3
p 09 fD 3 co rt fD rt 3 ro

S o

09 fD

rt>
3

co rt N P rr O P1 3" p rt fD Ml rt

^^

fD 09 p PX 13 fD

cr

'

o * CL fD Cu 09 3 P' fD rt fD c: 3 co rt

2?

is. Wij kunnen dat ontspannen. Het is het rood in de tekening. Iedereen die een weg gaat heeft er last van, zonder uitzondering. Het middel tegen angst is de hulp van de engel. Men moet alleen nooit allopathische medicijnen gebruiken. Dan wordt alles verstoord. De engel kan niets wegnemen als wij allopathische middelen gebruiken. Slaapmiddelen moet men absoluut nooit gebruiken. Kruiden zijn altijd goed, bijvoorbeeld lindebloesem. Dit is onze laatste avond en jullie hebben veel huiswerk. Op zijn vroegst beginnen wij weer op 10 oktober. Het hangt er vanaf of jullie dat willen n of ik nog leef. Ik kan ook sterven. Dat weet ik niet. Ik kan dit ook helemaal niet weten. Het is het grootste mysterie. Mijn engel weet het uur van mijn dood ook niet. Ik kan alleen maar garanderen dat ik met beide benen op de grond sta. Dat betekent dat ik gezond ben; dat wel!

36

SYLLABUS VAN DE PINKSTERBESCHOUWING

1) Oerpinkster: Twaalf koren van Cherubijnen als kring om de Troon van de Vader, in hun midden als 13e kracht: het scheppende, vurige wereld-woord van de Zoon. Een harmonische samenklank van alle twaalf oer-tonen van de Logos, overkoepeld door het koor van Serafijnen (Geesten van de alles omvattende Liefde). En van de twaalf, die later "Adelaar" wordt genoemd, zingt zijn eigen "lied"dat de rest overstemt. In zijn koor ontstaat een splitsing (een oersplitsing) die aan ons later als de tegenstelling Adelaar-Skorpio wordt geopenbaard. Het eeuwige en het tijdelijke wordt getoond: Deus en Deus-inversus, die de tijd in zijn zevenvoudige ritme baart. Het zaad voor de verste toekomst wordt gelegd: de eersten zullen de laatsten zijn in hun verlossing en opstanding. Wat beneden is, is boven, wat boven is beneden. 2) De kosmische zieleruimte ontstaat: De Logos wordt tot Offer-lam. Hij begint zijn passieweg: het dalen van de zeven ^*"~ ) -^"X trappen van de hirarchische ladder f f' ~\ f \\ (die later de Jakobs-ladder wordt ^ V^ i V) ^^ genoemd). Deze zeven, de Ram (lam), (\ Stier, Tweeling, Kreeft, Leeuw, ^ Maagd en Weegschaal (zoals ze later bekend worden) zijn de dragers van het Woord(brood). Zij zijn bezield door hun Offer-kracht (Wijn)en stralen deze kracht om zich heen, inde omtrek("Christus-Wille _ im Umkreis in Weltenrhythmen Seelen be*FP gnadend" Rudolf Steiner"). Er ontstaat ^^ een soort kosmische voetwassing: levens^^ water. Wat binnen is is buiten, wat buiten is binnen De zieleruimte kosmische Adem.

IL

37

3) In de sfeer van de aarde, in de menselijke mikrokosmos komt nu de realisatie van de twee oer-pinksterimpuls en, namelijk de bruiloft te Kana.Door de bemiddeling van de Moeder geneest Christus de roes van de dionysische mysterin (ziekte door misbruik van kundalini), laat de 6 lotusbloemen van ons lichaam met levenswater vullen en de nieuwe wijn ontstaan, echter nog niet als bewuste impuls in het Ik want Zijn uur is nog niet gekomen. Zijn offer-Bloed is nog niet gevallen op de aarde . Dat zijn de lotusbloemen of chakra's; het voorhoofd (Ram), strottehoofd (Stier) etc.maar nog niet tot en met de Weegschaal, tot het bewust gebruik van de ruggegraat. De levensboom wordt nog onttrokken. Geboorte van de liefde. 4) Vermenigvuldigen van het Brood; het zich ontrouwen van de' Hart-Lotusbloem als orgaan van kommunie met de natuur, het lichaam van Christus in kiem. Dageraad van Pinksteren. 5) Laatste Avondmaal, een soort van herhaling van het "Oerpinksteren" (zie nr. 1). En van de twaalf gaat een negatieve weg. In de mikrokosmos neemt Judas deze taakop zich. Hij ontvangt van Christus Jezus de kommunie(brood gedrenkt in wijn) wat voor hem de dood betekent. Later in zijn inkarnatie als Augustinus 2) komt in zijn ziel een machtige kracht van wroegingen (zie "Confessiones" en "De doctrina Christiana" ). Het is de leer van de viervoudige Liefde: a) tot het hogere; b) tot het lagere; c) tot de omtrek; d) tot zijn eigen ware goddelijke wezen.Goethe 21) verduidelijkt in band 1 van Wilhelm Meister Paedagogische Provinz, deze viervoudige liefde of Ehrfurcht, die een vorm van de pinksterimpuls is. 6) Emmas-gangers: de intieme ontmoeting met Christus; een maaltijd met hem, ook kommunie. Wanneer twee of drie in Mijn naam bijeenkomen, dan is Christus de derde. Sindsdien is dat de vorm van alle sociale verhoudingen. Ook moeder, vader en engel.van het kind. 7) De twaalf apostelen en de moeder als dertiende. Een driedelige impuls: 1) "Wind" van de geest, 2) de Vlammen op de individuele hoofden, 3) de gemeenschappelijke taal. 8) Koning Arthur-ronde. Een gemeenschap op de twaalfheid gebaseerd (Genade). 38

9) Graalsburcht met de zieke Amfortas, de zoekende Par sifal , 0 ) en de "Graal" als derde. 10) "Weihnachtstagung" na de brand van Goetheanum 1923/ 1924 in Dornach met de grondsteenspreuk als uitgangspunt en basis. Rudolf Steiner de grote inaugurator. 11) Mattes 25; Scheiden van schapen en bokken als profetie van het laatste oordeel, als de roeping voor het Nieuwe Jeruzalem.Het kosmisch ziekenhuis dat de taak zal hebben de "bokken" te genezen. Christus wijst daarom de "bokken" af, om ze aan de zorg van de "schapen" toe te vertrouwen. Hun "goedheid" moet de gelegenheid hebben om beter te worden. Het Goede is zoals de liefde niet statisch, maar dynamisch, moet altijd groeien. "Ik was dorstig", "ik was hongerig", etc.'^J, zijn zes zielesituaties, die Christus plaatsvervangend op zich neemt. De zes handelingen van Liefde (spijzigen, te drinken geven, in hart opnemen, omhullen of kleden, genezen en in de gevangenis bezoeken) hebben te maken met stralingen van de zes lotusbloemen (de zevende op de top van het hoofd is de behuizing van onze engel).Zij zijn de grondslag van de witte magie en openbaren het 11e aspekt van de pinkster-impuls. De Hel wordt afgeschaft. 12)Het hoogste aspekt van het pinkster-feest is de "bruiloft" tussen Christus de bruidegom en de mensheid als bruid(zie de hoofdstukken 21 en 22 van de Apokalypse van het Joh. evangelie waar 12 poorten, 12 engelen, 12 fundamenten en paarlen zijn).Dit is het opstandingslichaam van Christus makrokosmisch gezien.De mensheid heeft dit lichaam gebouwd(zie voordrachten van Rudolf Steiner: "Christus und seine Hullen" (Kln 8 mei 1912); "Die Mission der Erde" uit der Zyklus "Der irdische und der kosmischer Mensch" (Berlin IA mei 1912) en de derde voordracht 30 mei 1912 Norrkping (Zyklus "Theosofische Moral")). Wij,als mensen zijn verantwoordelijk voor de toekomst van de aarde. De figuur pentagon dodeakaeder noemt Rudolf Steiner "Liebes-stein", die hij in de harten legt als inleiding van de Weihnachtstagung. Onze hartlotusbloem is in dialoog met het wereldhart.

39

TOELICHTINGEN

1) Rudolf Steiner 1861-1925 grondlegger van de Anthroposofie 2) Aurelius Augustinus 354-430 kerkvader 3) "Het innerlijke oor; de innerlijke en uiterlijke twaalfvoudigheid"; Stefan Lubienski, Driebergen 1972 4) Mattes evangelie 26:26 5) Dionysus, Griekse god van de wijn 6) Johannes evangelie 6:35,48 7) Rembrandt van Rijn 1606-1669 8) Mattes evangelie 18:20 9) Koning Arthur legendarische keltische koning uit de 9e eeuw 10) Parsifal; de middeleeuwse graalsage is beschreven door Chrtien de Troyes (franse versie) en door Wolfram von Eschenbach (duitse versie) 11) Zarathoestra, perzisch ingewijde +_ 5000 voor Christus; onder dezelfde naam werkte hij in een latere inkarnatie + _ 600 voor Christus ook in

Perzi
12) 13) 14) 15) 16) 17) 18) Mattes evangelie 25:35,36 Mattes evangelie 25:40 Deze syllabus is in dit boek opgenomen Dr. Valentin Tomberg 27 febr. 1900 - 24 febr. 1973 Oscar Marcel Hinze 1933 Stefan Lubienski verbleef van 1921 tot 1926 in Japan "Vor der Schwelle, Lebenserzahlung eines polnischen Knstlers und Suchers"; Stefan Lubienski, Driebergen 1974; nederlandse bewerking: "30 beroepen en 1 roeping" Uitgeverij Westerkappel, Gorkum.3ewerkt door Vincent P. Loosjes. 19) Claude Debussy 1862-1918

40

Frans componist. "Des pas sur la Neige" is de zesde prelude uit de eerste bundel preludes. 20) Christian Morgenstern 1871-1914 Duitse dichter 21) Johann Wolfgang von Goethe 1749-1832

41

WERKEN VAN STEFAN LUBIENSKI

TONEELSTUKKEN: PRZEDPROZE - (Voor de Drempel); Dramatische trilogie, toneelspel met muziek; Miejsce Piastowe 1937. - Ueber die Schwelle; idem, duitse bewerking Gerd Knoche Berlijn 1937. - Przed Czasem (In het Begin der Tijden); idem versie van 1917. - Zaproze (Op de Drempel); idem versie van 1930. - Op de Drempel, vertaling door Hila Teernstra-Lubienski Amstelveen 1983

ZMARTWYCHWSTANIE - (Opstanding); mysteriespel met muziek in drie delen. Miejsce Piastowe, 1939 (oplage vernietigd). - Auferstehung; idem duitse bewerking Gerd Knoche Berlijn 1939 (oplage waarschijnlijk vernietigd). - Wskrzeszenie (Overwinning van de Dood); idem, latere versie. SWIT - (Morgenrood); tragedie met muziek; Warschau 1935 (Gebethner und Wolff) - MorgenrBte; idem duitse bewerking Gerd Knoche 1935

CZARNY RYBAK / NA MORZA I ZIEMI RUBIEZY (De Zwarte Visser / Tussen Land en Zee); toneelballade in de stijl van een Japans No-drama, met muziek en eurythmie; Warschau 1936 (Gebethner und Wolff). - Tussen Zee en Land, vertaling door Mila Teernstra-Lubienski, Amstelveen 1932 42

- Le Pcheur Noir / Entre la Terre et les Eaux; idem franse versie; Amsterdam 1966. WYZWOLENIE - (Bevrijding); inhoud vgl. "Morgenrood", Driebergen 1964. - Befreing; idem duitse bewerking Rudolf Walliser, EckwMlden 1964.

Voorts zijn er twee niet vermenigvuldigde eenakters, te weten "Ahasverus"; vgl. gelijknamige tweede deel van "Opstanding"; hollands, frans en duits en "Offerweg"; vgl. het gedicht "Der Opferpfad".

ANDERE PUBLICATIES: MIEDZY WSCHODEM I ZACHODEM (Tussen Oost en West); Japan, zijn kunst, muziek en het No-theater; Warschau 1927 (Gebethner und Wolff). VOM DENKEN ZUM SCHAUEN; Amsterdam 1949. HET NIEUWE TESTAMENT EN DE MODERNE MENS; Doorn 1949, Witte Molenreeks nr. 5 VAN MENS TOT MENSHEID AAN DE HAND VAN HET NIEUWE TESTAMENT Doorn 1949; Witte Molenreeks nr. 7 POLENS GEISTIGE BESTIMMUNG; Basel 1959 (BlUtter fUr Anthroposofie) DIE ZWEI GESTALTEN DES ST-CHRISTOPHORUS; Basel 1964 (BlStter fur Anthroposofie) DER MENSCH ALS TRAEGER DES 12-FACHEN WELTENWORTES Driebergen 1964 HET INNERLIJKE OOR; Driebergen 1972 VOR DER SCHWELLE, LEBENSERZAEHLUNG EINES POLNISCHEN KUENSTLERS UND SUCHERS; Driebergen 1974 HET PAASMYSTERIE Driebergen 1974

43

EIN NORDISCHES MAERCHEN; Driebergen 1974 WITEK, LUSIA EN GRIMBAARD DE WOLF; Driebergen 1975 Ook gepubliceerd in Lemuria nr. 10 DE WARE ANTHROPOS TUSSEN GELOOF EN HOOP; Driebergen 1975 WIEDERVERKOERPERUNG ALS ENTSCHLUSS; Driebergen 1975 GRAJEK VLICZNY (De straatvedelaar van Toledo); nederlandse vertaling: M. TeernstraLubienski; Driebergen 1976 30 BEROEPEN EN 1 ROEPING; Nederlandse bewerking van "Vor der Schwelle, LevenserzHhlung" door Vincent P. Loosjes; Uitgeverij Westerkappel, Gorinchem 1981. DE LIEFDE VOOR HET ONVOLMAAKTE; voordracht gehouden te Den Haag in 1969. Uitgegeven door de Stichting Stefan Lubienski, 1982. HET WEZEN VAN DE WARE ONTMOETING; cyclus van 6 voordrachten gehouden in het voorjaar van 1975 te Amsterdam. In voorbereiding bij de Stichting Stefan Lubienski,

DE MENS ALS KRUISDRAGER OP ZOEK NAAR DE ZIN VAN HET LEVEN; DE TWAALF ZINTUIGEN. Cyclus"van 6 voordrachten gehouden in het voorjaar van 1974 te Amsterdam. Uitgegeven door de Stichting Stefan Lubienski, 1983. Bijna alle gedrukte en vermenigvuldigde werken zijn in drie staatsbibliotheken aanwezig: 1) Jagiello-Bibliothek te Krakau (Polen) 2) Polnische Bibliothek; 6 Quai d'Orlans, Paris VI 3) British Library,"Gr. Russelstr. London W.C. Het archief van de nagelaten werken van Stefan Lubienski wordt beheerd door mevrouw Mila Teernstra-Lubienski, Van Heuven Goedhartlaan 576, 1181 LN Amstelveen. Telefoon 020-418271. Het archief is toegankelijk na telefonische afspraak.

44

De Stichting Stefan Lubienski heeft als eerste doel het verbreiden en uitgeven van de filosofische, literaire en muzikale werken van Stefan Lubienski. Er zijn diverse publicaties in voorbereiding. De uitgaven van de Stichting Stefan Lubienski zijn te bestellen op onderstaand adres: De Stichting Stefan Lubienski Noordswegje 5 7986 PN Diever Tel. 05219-8222 Postgironr.: 5390996 Banknr. : 341867837 (Rabobank Meppel) t.n.v. de Stichting Stefan Lubienski

45

Uitgever

: De Stichting Stefan Lubienski 1984

Houtsnede op de omslag: S. Mrozewski Foto Stefan Lubienski : Wacek Sledziewski Samenstelling Typewerk Druk : Cecile van Spronsen-Sytstra : Marrigje 'Riemens-Dijksma : Racmo Meppel

Alle rechten voorbehouden

46

Stefan Lubienski 1893 - 1976

Het twaalfvoudig pinkstermysterie; meditaties over geometrische figuren


In dit bock worden heden, verleden en toekomst van a a r d e en kosmos in s a m e n h a n g met hel pinkstermysterie uitgewerkt. Verschillende meditatie-oefeningen worden d a a r n a a s t uitvoerig besproken. Hef werk van Stefan Lubienski berust enerzijds op a u t h e n t i e k e spirituele ervaringen en anderzijds op o m v a t t e n d e studies v a n verscheidene esoterische stromingen. Centraal s t a a t hierin zijn originele en creatieve uitwerking van Anthroposofie van Rudolf Steiner. Ook in deze voordracht getuigt Stefan Lubienski v a n een groot universeel inzicht: door ons onbevangen te verbinden met de medemens, tot welke stroming hij ook behoort, kunnen wij de innerlijke taal v a n de a n d e r leren spreken. Het mysterie van pinksteren is de herkenning v a n de innerlijke ontwikkeling en mogelijkheden van de ander. ISBN 90 - 70865 - 03 - -'5
Ken nilKv<' vim de stichting Stefan I.uhicnski

Das könnte Ihnen auch gefallen