Sie sind auf Seite 1von 3

OGP3

Format voor sterkte-zwakte-analyse bij lesontwerp


Domein: Taal Rekenen/ wiskunde OJW BVO*
*omcirkel wat van toepassing is

B1. Leerdoelen
stellen
De student kiest in zijn
lesontwerp voor
passende leerdoelen
(proce- en prodcut) die
aansluiten bij leeriljnen
en het bestaande
onderwijsprogramma
van de stagegroep.

Wat ging goed?

Wat mag beter?

Ik vond het vrij makkelijk om de


leerdoelen voor deze les te benoemen.
Omdat dit een methode les was kon ik de
leerdoelen vanuit de methode overnemen.
Naast deze doelen heb ik nog extra doelen
aangepast en toegevoegd.

De leerdoelen
kunnen
misschien nog
beter SMART
geformuleerd
worden.

Ik heb vanuit Tule een kerndoel opgezocht


die aansloot bij het onderwerp van deze
les. De gekozen leerdoelen waren:
- De leerlingen oefenen met regelwoorden
(stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden),
weetwoorden (woorden met ch- of wr-) en
werkwoorden (vt. Van regelmatige
werkwoorden op ten en den).
- De leerlingen oefenen met woorden op
isch(e).
-De leerlingen hebben geoefend met het
samenwerken waarbij ze naar elkaar
hebben geluisterd en overlegd hebben
over de opdracht. Aankomende periode
gaan de leerlingen hier nog vaker mee
oefenen. (procesdoel)
- De leerlingen oefenen met het enkelvoud
en meervoud in zinnen.
De leerlingen zijn deze les bezig met
kerndoel 11: De leerlingen leren een
aantal taalkundige principes en regels. Zij
kunnen in een zin het onderwerp, het
werkwoordelijk gezegde en delen van dat
gezegde onderscheiden. De leerlingen
kennen:
- Regels voor het spellen van
werkwoorden
- Regels voor het spellen van andere

woorden dan werkwoorden


Regels voor het gebruik van
leestekens.

B3. Leeractiviteiten
begeleiden
De student toont aan
dat hij in staat is om in
de lesuitvoering
coperatieve
wervormen te
hanteren. De student
toont aan dat hij
leerilngen hulp biedt bij
het leerproces,
rekening houdend met
de kenmerken van de
groep. Hij bevordert de
samenwerking tussen
leerlingen en de
redzaamheid van
individuele leerlingen.

Ik heb ervoor gekozen om bij deze


rekenles een samenwerkingselement
eraan toe te voegen. Voor deze opdracht
heb ik tweetallen gemaakt aan de hand
van de zitplaatsen van de leerlingen. Ik
heb dit gedaan omdat dit een kleine
opstart opdracht was waardoor het qua
tijd niet goed uitkwam als iedereen nog
moest ruilen van plaatsen.

A3. Leiding geven


aan het
groepsproces
De student toont dat hij
samenwerking leren
tijdens de
onderwijsactiviteiten
bevordert en laat
expliciet zien dat hij
kinderen aanspreekt op
gedrag, hen positief
stimuleert en zicht
houdt op alle
groepjesleerlingen.

Tijdens het werken heb ik rondgelopen om


te kijken of iedereen goed aan het werk
was. Bij het samenwerken heb ik gekeken
naar hoe dit ging en heb ik de leerlingen
complimenten gegeven over het
samenwerken. Bij het opnoemen van de
woorden heb ik telkens de leerlingen
positieve feedback gegeven.

A4. Interactie
aangaan met de
groep
De student toont aan
dat hij vanuit een
onderzoekende
houding gesprekken
voert met de leerlingen
door actief te luisteren.

Ik heb de woorden van de opstart


opdracht met de leerlingen besproken en
hier positieve feedback op gegeven. Bij
het bespreken van de opdrachten en het
maken van de eerste en laatste zin van
opdracht 1 heb ik telkens aan de
leerlingen gevraagd of ze snapte wat ze
moesten doen. Tijdens het zelfstandig
werken heb ik rondgelopen en leerlingen

Na de opstart opdracht heb ik een


woordendictee gegeven. In het werkboek
heb ik de opdrachten met ze
doorgenomen. Bij sommige opdrachten
heb ik gezegd wat de leerlingen extra
moesten doen. De leerlingen hebben hier
goed aan gewerkt.

De volgende
keer wil ik het
dictee beter
geven. De
leerlingen waren
erg onrustig
waardoor het
dictee langzamer
ging dan
normaal. Ik wil
hier nog strenger
optreden.

Ik mag nog
strenger zijn
wanneer de
leerlingen teveel
praten en ik
ongewenst
gedrag zie.

Wanneer de leerlingen niet goed mee


deden heb ik hier iets van gezegd.

De student evalueert
de onderwijsactiviteiten
met kinderen en hij
geeft feedback aan
leerlingen op het
samenwerkingsproces
en/of op de gestelde
doelen.

geholpen waar nodig was.

B2 Leeractiviteiten
ontwerpen
De student toont in het
ontwerp aan dat hij
coperatieve
werkvormen hanteert.
De student maakt
zichtbaar dat hij voor
aanvang van de
lesactiviteiten
benodigde materialen
en leermiddelen klaar
zet.

Ik heb in deze methode les een extra


samenwerkingselement toegevoegd.
Normaal beginnen ze deze les met een
dictee. Door deze begin opdracht hebben
de leerlingen zowel samengewerkt als
geoefend met woorden die eindigen op
isch(e).

Ik heb de werkboeken waarin veel fouten


zaten samen met de betreffende
leerlingen besproken.

Ik heb gezorgd dat ik de les al op het bord


had klaarstaan. Tijdens de begin opdracht
heb ik de woorden van het dictee al op het
bord getypt zodat de leerlingen deze
meteen konden nakijken toen we klaar
waren met het dictee.
Ik heb ervoor gezorgd dat ik de
werkboeken van de leerlingen meteen kon
laten uitdelen door de hulpjes. Zo konden
we snel beginnen aan de les.

Das könnte Ihnen auch gefallen