Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Opvoeden: opvoeden is alle omgang tussen het ouder en het kind waarbij de
ouder gericht een relatie met het kind aangaat. In deze omgang bied de ouder
geborgenheid liefde, veiligheid , intimiteit, aandacht, grenzen, instructies,
ondersteuning en controle. Hierdoor zal het kind tot zelfontplooiing komen en
over het nodige zelfvertrouwen en de nodige zelfstandigheid en zelfredzaamheid
beschikken om richting te geven aan zijn verdere leven.
Pedagogische opvoeddoelen
iedere ouder voedt zijn kind op met een bepaalde doelen voor ogen en volgens
eigen ideen. Het voornaamste doel van de ouder is dat het kind opgroeit tot een
volwassen persoon die zich kan handhaven in de maatschappij.
De opvoeddoelen zijn:
De drie opvoeddoelen versterken elkaar: naarmate het kind meer zelf kan en
mag wordt het zelfstandiger en krijgt hierdoor meer zelfvertrouwen in wordt
zelfredzamer.
andere basale lichamelijke voorwaarden die nootzakelijkzijn voor het groei van
een kind.
Fysiologische zelfregulatie
Motorische ontwikkelingen
Veilige hechting
Exploratie: autonomie, individuatie
Ontwikkelingsopgave:
Representatieve vaardigheden
Constructief omgaan met leeftijdgenoten
Internalisatie van maatschappelijk eisen
Sekserol identificatie
Ontwikkelingsopgave:
Ontwikkelingsopgave:
Ontwikkelingsopgave:
Opvoed milieus
Het gezin
De school
De maatschappij
Gezinstype
Loszandgezin
Kluwgezin
Half-open/ half-gesloten gezin
Opvoedingsstijlen
Autoritaire opvoedstijl
Een hoge mate van controle en weinig responsiviteit van de ouder richting
het kind
Geen evenwicht tussen tusen de wensen van de ouder en de wens van het
kind
Het communicatiepatroon is dat van een bevelhuishouden, waarbij de
ouder geen tegenspraak duldt van het kind.
Autoritieve opvoedstijl
Verwaarloosde opvoedstijl
Gezinssamenstelling:
kluwe gezinssamenstelling
loszand gezinssamenstelling
half open gesloten gezinssamenstelling
meestal onbedoelde racisme door weglating, als er dus in een school of leefgroep enkel voor een
etnische en culturele groep referenties zijn geeft dit bedoeld of onbedoeld weer dat de wereld
homogeen hoort te zijn en dat er een (beste manier is)
kleurenblindheid
Deman Sparks antwoordt hierop dat niet de verschillen op zich een probleem veroorzaken ,maar de
manier waarop we met verschillen omgaan. om daar aan te werken is het ook nodig om diversiteit te
herkennen. de houding van opvoeders die geen of nauwelijks rekening houdt met diversiteit noemt
men colourblindness (kleurenblindheid)
fase 3 er wordt een nieuw evenwichtige praktijk ontwikkeld waar nieuwe inzichten getereerd
worden in de opvoeding
een dergelijke evolutie door de 3 fases kost tijd en is een lange reis.
Kostenwinnaarswereld
Rollen mannen en vrouwen
Invloed religie
Klassenmaatschappij
Opvoedtaak: vrouw
Referentiepunten: familie, buren
Eerste emancipatiegolf
Secularing
Klassenmaatschappij
Wereldbeeld: complex en dynamisch
Gezinssamenstelling
Opvoedtaak: taak man vrouw en professionele derde
Referentiepunten opvoeding familie boeken, internet
Opvoeddoelen meer individueel gericht maar ook statusgericht
Burgerschapsvorming
Hyperparenting
Hoe ouder zich tot het uiterste inspanningen om elke oneffenheid die het kind
tegenkomt, weg te poesten.
Hoe ouder zich druk maken om heel normale opvoedvragen.
Media opvoeding
Mastschappelijke ontwikkelingen
contact hypothese: De hypothese komt er op neer dat contact tussen groepen leidt tot afname van
vooroordelen en discriminatie. Met andere woorden kinderen van jongst af aan geconfronteerd
worden met de diversiteit, dan zullen zij beter met elkaar om kunnen gaan en krijgen vooroordelen
geen kans.
onderzoekster Ann Phoenix besluit dan ook dat de stelling vooroordelen enkel veroorzaakt worden
door onwetendheid en gebrek aan contact in ieder gevalfout is.
voorwaardes om vooroordelen tegen te kunnen gaan/voorkomen
gelijke status: een eerste voorwaarde opdat het contact positief effect zou hebben is dat de leden
van de verschillende groepen een en de zelfde status hebben. ongelijke status leidt tot superieur
gedrag van de groep met hogere status en wrok bij de andere en heeft dus een omgekeerd effect
fase 3 er wordt een nieuw evenwichtige praktijk ontwikkeld waar nieuwe inzichten getereerd
worden in de opvoeding
een dergelijke evolutie door de 3 fases kost tijd en is een lange reis.
0 en 0 perspectief
Transactionele ontwikkelingsmodel: Het transactionele ontwikkelingsmodel beschrijft de
ontwikkelingen van kinderen als een dynamische proces tussen kind ouder en gezinsfactoren. er is
sprake van een wisselwerking.
levensloop model: Het levensloop model gaat uit dat de ontwikkeling van baby tot volwassen
getypeerd kan worden als een proces van opeenvolgende taken of opgaven die volbracht moeten
worden.
balansmodel De begrippen draaglast en draaglast zijn van belang om de wisselwerking tussen
beschermende en risicofactoren, tussen ontwikkelingsopgaven en competenties, tussen de individuele
ontwikkeling en de sociale omgeving en tussen de verschillende socialisatiemilieus in kaart te
brengen.