Sie sind auf Seite 1von 6

KONINKLIJK

OUDHEIDKUNDIG GENOOTSCHAP
TE AMSTERDAM

JAARVERSLAG
IN DE

DRIE-EN-ZEVENTIGSTE ALGEMEENE VERGADERING


OP MAANDAG 18 MEI 1931
UITGEBRACHT DOOR DEN VOORZITTER

Prof. Dr. F. W. HUDIG


PENNINGEN BETREKKING HEBBENDE OP DE SALTZBURGER EMIGRANTEN
door W. K. F. ZWIERZINA
met 4 afbeeldingen

DE JACOBSSTAF"
door C. VISSER
met 2 afbeeldingen

EEN SCHILDERIJ VAN J. SMIES EN IETS OVER ZIJN MAKER


door J. KNOEF
met 1 afbeelding

Penningen betrekking hebbende op de


Saltzburger Emigranten.

1 OEN L e op o 1 d Anton baron von F i r m i a n in 1727 aartsbisschop


van Saltzburg werd, kwam een ein de aan de verdraagzaamheid van zijn voorganger en begon de vervolging der Evangelisch Lutherschen in zijn aartsbisdom, eindigende 31 Oktober 1731 met het bevel het land te verlaten, waar zij
nooit gemeenten of leeraars hadden bezeten, doch slechts underling den bijbel en
Luther's geschriften gelezen en elkander in de evangelische leer onderricht
hadden.
Meer dan 30,000 Saltzburgers verlieten hun land, waarvan er omstreeks 800
naar het land van den Vrije van Sluis togen: 9 Maart 1733 kwamen zij te Nieuwerhaven bij Breskens aan; met hen kwamen een predikant, ds G, J, Fischer, en 4
schoolmeesters mee, Ondanks alles wat men voor hen deed, was een groot deel der
bannelingen ontevreden, wederkeerig klaagden echter ook de inwoners over hen.
Velen stierven in den nazomer van 1733 door moeraskoortsen, 7 September van dat
jaar verlieten velen het land, slechts 220 bleven te Groede of in den omtrek gevestigd.
In 1739 kregen zij vergunning tot het bouwen eener eigen kerk, die nog bestaat;
18 Juni 1739 benoemde het Amsterdamsch Ev, Luth. Konsistorie de Kommissie van
de kerkelijke zaken in het land Cadzand", die nog steeds de gemeente Groede steunt,
tot Welke, zegt dr, P, de Kok (Cadsandria 1857, blz. 146) slechts zeer weinigen meer (behooren), die van de Saltzburgers afstammen",
De Nederlandsche stempelsnijder Mar t i n u s Holt z h e y vervaardigde
een zilveren penning op den uittocht der Saltzburgers, waarvan ons Genootschap
een exemplaar bezit wij zien hen in langen optocht, door een aanvoerder te paard
vcorafgegaan, hun land verlaten, terwijl een roomsch-katholieke priester vergeefsche
pogingen aanwendt, om hen tot terugkeer in den schoot zijner kerk te bewegen,
doch: Op God vertrouwen is de veiligste toevlucht, luidt het
randschrift; op de Kz, staan de woorden uit het Mattheus-evangelie, Cap. V, vers 11
en 12, vermeld: Zalig zyt gy, al s u de menschen om mynentwil smaa den en vervolgen en spreeken allerly
kwaad van U, is 't dat zy da araan liegen weest vrolyk
en blymoedig, 't zal u in den hemel wel beloont
w o r de n, Very, Van Loon no, 60. Dezelf de stempelsnijder gaf een drietal
penningen uit op de ontvangst der Saltzburgers hier te lande, De eerste toont
aan de Vz, de Nederlandsche Maagd, gez eten te midden der zinnebeelden van
koophandel, zeevaart, visscherij, landbouw en veeteelt; op de Kz, beschermt zij met
haar schild eenige emigranten. Godsdienst en Weldadigheid staan bij een altaar,
waarop de bijbel ligt, terwijl ons land door het randschrift wordt genoemd: Per -

30
f u g i u m M i s e r i s toevluchtsoord \icor verdrukten. Very. Van Loon no,
80, mijne Verz. De 2e en 3e zijn fraai van kompositie; Nederland wordt er op voorgesteld als een krijgsman met de zeven pij len in de rechterhand, blijkbaar geinspireerd door den beeldenaar der gouden dukaten, zijn schild beschermend uitgestrekt
over een groep van twee Saltzburger mannen, vrouw en kind; het randschrift luidt:
Hier vindt de waarheyt rust en vrede, Op de Kz, wordt een hoorn
van overvloed uit den hemel uitgestort in den schoot der Nederlandsche Maagd; op
den achtergrond het land van Cadzand en de Wester Schelde door den om der
geloofswille vervolgden een veilig toevlucht te verleenen, zal de hemel (zegt het
omschrift) haren zegen mededeelen". Very, Van Loon no, 81, Christian
w e r m u t h vertaalde de Hollandsche opschriften van dezen penning in het
Duitsch; de voorstellingen op de met Duitschen tekst geslagen penningen zijn volkomen gelijk aan die van de stukken met Hollandsche opschriften, Dirk s, Penningkundig Repertorium, III, no, 502, Mijne Verz,
Niet alleen naar de Nederlanden w eken de Saltzburgers uit, ook in Pruissen
werden zij door koning Friedrich Wilhelm I gastvrij ontvangen, waarvan
tal van penningen getuigen. Ons Genootschap bezit een fraaien schroefpenning: Vz.
een groep van vijf emigranten, twee mannen, twee vrouwen en een jongen, hun
vaderland verlatend; op den achtergrond rechts rijzen de Bergen, links wacht een
beladen wagen met paard, boven alles J a h w eh 's naam in driehoek, omgeven
door lichtstralen; Tangs den bovenrand banderol met het opschrift: Gehe aus deinem
Vatterland. (Als Vz, van den penning, be schreven in Dirks Penningkundig Repertorium, III, blz. 90, noot 2), Kz, Een groep van emigranten, twee mannen,
vrouw met kind op den arm en jongen, warden door den op zijn troon gezeten koning
ontvangen, die hen met zijn schepter hun nieuwe woonplaats wijst, Welke links
achter een balustrade zichtbaar is. Omschrift: Nach Preussen hat euch Gott gesandt.
In de binnenkanten van den penning zijn kaarten geplakt van het E r t z Stiff t
Saltzburg" en van het Hertzogth, Lithauen"; de penning bevat 17
gedrukte met de hand gekleurde plaatjes, waarvan de achterzijden op blauwen
grond een achtbladerige bloem vertoonen, het hart goud met zwarte stip, de bladeren
om beurten oranje en lichtpaars. De genii mmerde plaatjes dragen boven de voorstellingen een banderol met opschrift zoo als bij elk vermeld. L J e z u s als de
goede herder Ich babe Hoch an dereSchaffe; 2, De uittocht van Israel uit
Egypte, onder leiding van M o z e s en Aaron. Aus dem Dienst-Hause; 3. De
engel des Heeren opent de deur van de gevangenis der apostelen, (Hand, V, 19), Der
Herr hat Seinen Engeln befohl. iiber (v oor euch" was Been ruimte meer), 4, Een
geestelijke zit in zijn studeervertrek Luther s geschriften te lezen Offenbahrung der Warheit. 5, Een deputatie der Saltzburgers overhandigt den aartsbisschop
een smeekschrift in zake het H. Avondm aal Trincket alle daraus. 6. Rijkgekleede
R.K. edelen en hun vrouwen om het lijk van een onthoofden Lutherschen prediker;
op den achtergrond een brandstapel, Besiglung der Warheit. 7, Een Saltzburger
echtpaar leest een op de kerkdeur aangeslagen geschrift, aanvangende: Wir - Wolf!
- gang - Theod -Ertz - Bissch. Edict wider die Lu - theraner Anno 1588. 8. Een

31

man met hellebaard drijft een menigte S alzburgers weg, de achterblijvenden zien
dit met droefheid aan, Vatter and Mutter ver - lassen mich. 9. Bode, in Saltzburger dracht, een Sendbrief" in de hand. Zehle meine Flucht. 10, Voorlezing uit den
bijbel bij kaarslicht in een schuur. Suchet in der Schrifit. 11, Luthersche predikanten verbranden in tegenwoordigheid eener menigte Saltzburgers de R,K, misboeken. Verbrander brand im Herzen. 12, Geketende en in het blok gesloten
Saltzburgers biddend in hun kerker, Gedencket unserer - bande. 13, De uittocht, ongeveer als op den eerstbeschreven penning, doch zonder R,K, priester.
Zeige uns define - Wege. 14, De emigranten door Luthersche predikanten aan de
pruissische grens begroet. Wir segnen each im - Namen des Herrn. 15. Evangelie.
prediking in de open lucht, Du hast Wort des ewi - gen lebens. 16. Deputatie van
emigranten vcor een kollege, bestaande uit twee predikanten en twee wereldlijkei
raden, Seyd bereft zur Ver - antwortung 17. De Saltzburgers trekken een stad met
luthersche kerken binnen. Wie lieblich Sind dei - ne Wohnungen. Dit laatste
plaatje draagt den naam van den maker: Abraham Rens - hard, terwijl Tangs den
rand van het kaartje van Lithauen staat: Abraham Renshard excud. Aug. Vindel,
(Augusta Vindelicorum is de latijnsche naam van Augsburg).
Over den corsprong dezer penningen zou volgens Dirk s, Penningkundig
Repertorium, III, biz, 90, noot 2, iets te vinden zijn in Bijdragen tot de Oudheidkunde en Geschiedenis, inzonderheid van Zeeuwsch-Vlaanderen, doch bij raadpleging der aangehaalde deelen en bladzijden, vond ik slechts, dat de heer Cut s c h,
geleider en kommissaris der Saltzburger Emigranten blijkens de notulen aan het
Collegie 's lands van den Vrije vier medailles, alien divers, dezen aangaande, te
Neurenberg geslagen" aanbood met een vers dit laatste berust nog in de archieven,
de groote fraaye zilveren gedenkpenningen zijn echter en wien bevreemd dit?
verdwenen".
W. K, F, ZWIERZINA,
Januari 1931,

In afwijking van de gewoonte zijn, om technisch-typografische redenen, de om- en opschriften der


penningen niet in klein-kapitale letter, doch gespatieerd gedrukt.

M. HOLTZHEY

Uittocht der Saltzburgers

M. HOLTZHEY

Ontvangst der Saltzburgers in de Nederlanden

ABR. RENSHARD

Ontvangst der Saltzburgers in Pruisen


(Schroefpenning)

Das könnte Ihnen auch gefallen