Sie sind auf Seite 1von 18

© Orde der Verdraagzamen Brochures

VERBORGEN BOEKEN

Wanneer wij zeggen "verborgen boeken", dan denken wij onwillekeurig aan die eigenaardige
en geheimzinnige boeken, waarvan wij in zovele soorten van filosofie en geloof horen; b.v. aan
het boek Dzyan, waarop een groot gedeelte van de theosofische filosofie berust. Er zijn echter
meer geheimzinnige werken en boeken. Zo is er b.v. het boek Atarod, waaruit later het boekje
Zirah is gedistilleerd, dat in de kabbalistiek nogal belangrijk is. Wij horen van een eigenaardig
verborgen boek met vele zegelen, waarin degene, die het visioen doormaakt, de openbaring
mag lezen. Toch blijft een deel van die boeken gesloten en wij horen steeds weer, dat zij niet
voor iedereen zijn bestemd. Natuurlijk zullen deze werken vanavond een zekere aandacht van
ons vragen, maar er zijn meer overleveringen, die we toch zeker ook moeten beschouwen als
een bron om ons betoog op te zetten.
Er wordt verteld, dat in de geheimzinnige grote bibliotheek van de Potala in Lhassa een groot
aantal op hout gegrifte boeken aanwezig was, waarvan vele in vroeg-Sanskrit. Daaronder
zouden geheimzinnige magische werken en overleveringen zijn. Daarnaast horen wij van
eigenaardige verborgen bibliotheken, die ergens onder het zand in een verborgen dal van de
Karakorum zouden liggen; van andere, die ergens in de Gobi (ook alweer woestijngebied)
zouden zijn verborgen of die - zoals dat soms wordt gesteld - zouden liggen in een fabuleuze
gouden stad, die als een luchtspiegeling ergens in de Sahara bestaat. Wat is hiervan waar? In
hoeverre kunnen wij dit als juist aannemen?
Wij moeten dan allereerst opmerken, dat in de oude tijd de priesters gewoon waren alle
schriftuur en alle gesproken woord te behouden en wel zoveel mogelijk in de oorspronkelijke
vorm. Het is bekend, dat zeer grote verzamelingen van werken in spijkerschrift zijn
teruggevonden in de ruines van steden als b.v. Ur en dergelijke. Wij horen van de grote
bibliotheek in Alexandrië, die door een brand een groot aantal onbetaalbare werken zag teloor
gaan, welke ten dele op hout, ten dele op klei en ook veel op papyrus of perkament waren
geschreven.
Het zal u duidelijk zijn, dat - als wij te maken hebben met een priesterstand, waar de
wetenschap werd beoefend - zeer veel van het oude werd behouden. Oorspronkelijk zal dit zijn
geschied uit eerbied voor het woord. Men meent dat het woord een eigen betekenis heeft en
men kan voorbeelden te over aanhalen van vroege en latere Godsdiensten, die dode en dus
niet meer gangbare en gesproken talen nog steeds gebruiken. Wanneer wij b.v. zoeken in
India, dan vinden wij daar bepaalde formulieren in vroeg-Sanskrit. Deze worden nu nog
precies zo opgedreund, ofschoon niemand weet wat ze betekenen. Deze eerbied voor het
woord bracht de mens ertoe om alles, wat van dat woord was neergelegd, te bewaren, ook al
begreep men niet wat het was.
Daardoor werd het mogelijk, dat wetenden later in die priesterlijke verzamelingen werken
aantroffen van buitengewoon groot belang, niet alleen voor de esoterie maar ook heel vaak
voor de wetenschap, magie, plantkunde en scheikunde. Zij hebben deze verzameld ten dele
door ze te kopiëren. En op den duur werd alles samengebracht in bepaalde centra. Deze centra
waren soms nu dode steden; een stad verlaten door de priesters, door de hovelingen, door de
vorsten, waarin misschien nog een paar bedelaars leven en waarin een klein aantal priesters
achterblijft in een tempel, die langzaam vervalt. Zo'n onopvallend schuiloord was daarvoor wel
zeer geschikt. Zover wij kunnen nagaan, zijn er dan ook twee bronnen die als eerste moeten
worden genoemd. De eerste is de z.g. Anhk-tempel in Kashmir, de tweede is gelegen in een
dode stad in de Gobi. Deze dode stad in de Gobi is inmiddels practisch verwaaid en misschien
dat men er wel eens iets van hoort. Ik meen, dat b.v. de onderzoeker Sven Hedin
overleveringen omtrent deze stad vernam en optekende, maar dat hij niet in staat was haar
zelf te bezoeken. Hier heeft u dan de grondslag, waarvan wij moeten uitgaan.
Wat houden deze boeken in?
In de tijd van het fabelachtige Atlantis was er een schriftsoort, die gebaseerd was op cirkel en
ellips. Dit soort schrift werd later het "bloemenschrift" genoemd, ofschoon in de tijd van
057 – VERBORGEN BOEKEN 1
Orde der Verdraagzamen

Atlantis bloemen van deze vorm zeker nog niet hebben bestaan. En het is de vraag of daar wel
bloemen geweest zijn, zoals u ze kent. Dit bloemenschrift nu, was over het algemeen gegrift
op tafelen van edel metaal. Men nam daarvoor gemakkelijk verwerkbare metalen, als b.v.
goud. Later legeringen van goud, brons en een soort germanium (een legering dus), waardoor
een bijzonder harde goudsoort ontstond. Deze tafelen werden indertijd meegenomen toen het
Atlantische rijk uiteen viel. Enkele daarvan zijn naar Ierland gebracht en zijn verloren gegaan.
Ze spelen daar nog wel een rol als de geheimzinnige geschriften van Brian Itachlen (?), Maar
dit is legende. De tafelen zijn nooit meer teruggevonden. Het andere deel daarvan verdween
waarschijnlijk met een trek van slavenvolken en Kelten langs de Middellandse Zeekust in de
richting van Turkije, werd van daaruit overgebracht naar Indië, door de Mongolen geroofd,
tenslotte opgeslagen als gewone buit en later gered. Deze tafelen bevinden zich in het Klosster
van de Drie Blinden, een bekend klooster aan de grenzen van Thibet en India, vlak bij de grote
passen. In deze tafelen staat veel wijsheid gegrift, maar er is nu niemand in staat het te lezen.
In al die duizenden jaren, die sindsdien zijn verlopen heeft men er slechts enkele delen van
kunnen ontcijferen. Er bestaat echter een overlevering: "Op de dag, dat de zee rood wordt, dat
er geen Dalai Lama meer zal wonen in de Potala, de dag dat er vuur is aan de hemelen en de
mensheid beeft, zal de betekenis van deze tekens worden geopenbaard." Bijgeloof,
ongetwijfeld.
Wat staat er in die tafelen o.m. te lezen? Ik wil er een paar onderwerpen van aanhalen.
In de eerste plaats: Een omschrijving dat de aarde rond is.
In de tweede plaats: Een poging om een aarddiameter te berekenen.
In de derde plaats: Een poging om te verklaren, hoe het leven is ontstaan, waarin echter
volgens onze huidige kennis schromelijke misvattingen zeker blijken te bestaan.
Bovendien een hele reeks wijsgerige beschouwingen, die zich hoofdzakelijk bezighouden met
de verhouding van de mens tot de geestenwereld. Er wordt daar een buitengewoon
gecompliceerde - ofschoon natuurlijke - hiërarchie opgebouwd, waarvan wij schaduwen vinden
bij latere denkers en magiërs als b.v. Johannes Reuchlin en die wij ook weerspiegeld vinden in
het alchemistische werkt het z.g. Evangelie van Cleopatra. In deze stellingen wordt de
verhouding mens - kosmos gedefinieerd als een van ondergeschiktheid. Er wordt gesproken
van een voortdurend leerlingschap van de mens en men kent hem de mogelijkheid toe om de
wereld der Goden te betreden en daar tenslotte als gelijk gerechtigde te leven. Het komt mij
voor, dat dit deel dus rond de Middellandse Zee bekend moet zijn geworden, omdat wij
heroën, die later een Goddelijke status verwerven, juist in deze gebieden zeer vaak aantreffen
en zelfs ook nog in de mythologie kunnen terugvinden.
Een tweede en zeer belangrijk werk is een studiewerk geweest, dat men noemde de
Sansavara. Het is een werk ongeveer in de stijl van de Bhagavad Gita. maar het heeft een nog
veel sterkere filosofische inslag en tracht de mens duidelijk te maken, hoe hij de sleutel kan
vinden tot zijn eigen persoonlijkheid. Delen van dit werk zijn wederom de basis van vele
leringen en filosofieën. Het werk zelf werd - naar men vertelt - op speciaal hout herhaaldelijk
gekopieerd en zo dat eens per honderd jaar een kopie werd vervaardigd. Men gaat daarmede
tot op heden toe door, geloof ik, ofschoon men een andere methode van vermenigvuldiging
gebruikt.
Dan zijn belangrijk de grote werken als b.v. de wetenschappelijke werken van Egypte. En wij
denken nu natuurlijk direct aan het geheimzinnige boek Thothi dat uit twee bladen of uit twee
delen zou bestaan. Maar daarnaast bestaan ook b.v. het boek van Osiris en het Geheim van
Isis, werken die daar zeker een tijdlang in de inwijdingstempels werden bewaard. Op het
ogenblik zijn ze als van de aarde verdwenen. Hun stellingen zijn weer gedeeltelijk tot de
moderne tijd doorgedrongen, maar de eigenlijke geheimen blijven verborgen.
Een groot gedeelte van deze en andere werken (of kopieën daarvan) zijn bewaard door een
genootschap, waarvan u alleen de naam "De Witte Broederschap" kent, maar dat op aarde ook
nog vele andere namen draagt. Deze mensen hebben zich n.l. ten doel gesteld om
voortdurend deze oude kennis in overeenstemming te brengen met de moderne wetenschap,
maar ook de moderne wetenschap te controleren aan de hand van deze werken. Onder
wetenschap verstaan zij ook de occulte wetenschap. Het zijn deze, die voortdurend weer met
deze boeken werken en daarvan soms delen ter beschikking stellen aan de mensheid. Typisch
is ook, dat wanneer de tijd komt en bevestigingen van oude overleveringen, van oud geloof of
2 057 – VERBORGEN BOEKEN
© Orde der Verdraagzamen Brochures

herzieningen daarvan noodzakelijk worden, boeken plotseling tevoorschijn komen. Denkt u


eens aar de eigenaardige verschijning van een groot aantal oude rollen (de schrifturen dus van
de H. Schrift), waarmee kan worden gecontroleerd, hoe men rond Jezus' tijd en enkele
honderden jaren daarna geloofde en dacht en wat de heilige boeken toen zeiden. Iets wat wel
zeer noodzakelijk is in dagen, dat het Christendom aan het wankelen raakt en dat het
zichzelve dreigt te overleven.
Wij kunnen meer van die voorbeelden geven. Hoe zou het komen, denkt u, dat het boek Dzyan
geopenbaard wordt in een tijd, dat de mens naar een mystieke weg zoekt en daarvoor geen
voldoende leiding kan vinden? Helaas moet ik erbij voegen, dat de bewerking niet geheel vrij is
gebleven van vooroordelen, zodat de persoonlijke mening van de bewerker en de inhoud van
de oorspronkelijke lering hier en daar wel dooréénlopen. Maar goed, het kwam op een tijd dat
het noodzakelijk was. De verborgen werken zullen dus telkens dán naar voren komen,
wanneer het noodzakelijk is. Zij worden de mens gegéven, maar hij denkt dat hij ze ontdekt.
Zo is kort geleden weer een nieuwe reeks papyri aan het licht gebracht waarop oude
Egyptische stellingen staan geschreven. Verder zullen na niet al te lange tijd een aantal
gnostische geschriften uit de vroegchristelijk periode worden ontdekt, die ook weer een eigen
belichting zullen geven van hetgeen men op het ogenblik gelooft. Ik meen, dat ik met het
voorgaande als inleiding mijn bedoeling wel duidelijk heb gemaakt. Er bestaan - volgens mij
althans; of u het aanneemt, moet u zelf weten - op deze aarde bepaalde boekerijen, die door
een broederschap worden in stand gehouden. Deze boekerijen bevatten zeer vele werken, die
op het ogenblik op geen enkele andere wijze meer zijn te verwerven, ook al zijn het vaak
kopieën en geen originelen. Wanneer het noodzakelijk is, wordt aan de mensen van deze
werken of een deel daarvan inzage gegeven. En ten slotte, als het nodig is, krijgt de mens de
mogelijkheden om met hetgeen in deze werken staat vermeld, het beste voor zichzelf te doen
wat hij kan.
Nu echter, is nog een beeld, dat ik in mijn inleiding gebruikte, buiten beschouwing gebleven.
De ziener van de Openbaring Johannes, vertelt ons over het geheimzinnige boek, waarin hij
mag lezen. Over één deel mag hij spreken; over een ander deel mag hij dat niet; en een derde
deel mag hij niet lezen; het blijft gezegeld. Wanneer je dit nu zo voor het eerst verneemt, dan
denk je: Nu ja, dat hoort in het beeld. Maar degene, die met enige kennis van symboliek
ontleedt wat hier is neergeschreven, zegt: Hé, hier ontdekken wij zoveel symbolen, kennelijk
van Babylonisch-Perzische oorsprong, dat hier zeer waarschijnlijk moet worden teruggegrepen
naar een leer (een grondgedachte desnoods), welke uit die tijden, uit dat leven stamt en zeer
waarschijnlijk ook gezien de beelden, die worden gebruikt - een zekere inwijding of een
wetenschap - omtrent het paranormale bevat.
Nu bestaat er ook in Babylon een eigenaardige overlevering. Er was een boekwerk, dat aan de
eerste vorst werd gegeven, die de stad stichtte. Hij kreeg dit werk, toen hij beloofde een zeer
hoge Zigurat (een tempeltoren) te laten optrekken. Toen er echter strijd kwam over de Goden,
verloor hij dit boek; het werd door een vis verslonden. Dit boek nu bestond uit 7 delen, die
echter alle met 7 sloten verzegeld waren (typisch een symbolisch getal: 7). Van drie van die
delen was voor de vorst het lezen mogelijk. Door deze drie werken was hij in staat te weten
wat hij tegen zijn vijanden moest doen. Daardoor kon hij dus alles overzien, regeren en zijn
land en volk groot maken. Een dergelijke overlevering, vrienden, zal ongetwijfeld tot het rijk
der fabelen behoren. Het boek, zoals het wordt beschreven, kan practisch niet hebben
bestaan, omdat daar b.v. wordt gesproken van emaille-versieringen, die in die dagen niet
werden gebruikt en omdat de sloten werden beschreven op een wijze, die ons niet aan
Babylon doet denken maar eerder aan een periode in Egypte ca. 150 v. Chr. Het boek is er
echter geweest. Waarom nu dit eigenaardige boek met zijn 7 delen, met zijn symboliek en al
wat erbij hoort? Ook in de oudheid wist men, dat er een groot aantal boeken bestond, die
geheimen van oude volkeren, en lang-voorbije beschavingen behelzen. Soms zijn die
ontdekkingen door de wetenschap achterhaald, als b.v. een lange tijd onder de geheime
boeken gerangschikte verhandeling over de menselijke bloedsomloop. Hieruit blijkt, dat men
inderdaad het bloed als voor het leven gewichtig kende en dat men er wel een idee van had,
dat het stroomde. Maar hoe het stroomde, wist men niet en de theorie, die daar is opgebouwd,
is volgens de moderne wetenschap onmogelijk. Maar we vinden er ook b.v. de geheimen van
hypnose en van het "zien". (kristal-kijken, water-kijken, hydromancy). Al deze kennis in die
boeken beschreven wordt langzaam herontdekt. Wat Mesmer destijds probeerde, was een

057 – VERBORGEN BOEKEN 3


Orde der Verdraagzamen

geheim van de oudheid. Het maken van goud - en dan denk ik hier aan alchemistisch goud -
wordt in vele geheime of pseudo-geheime werken in de moderne tijd behandeld. Wanneer wij
echter de oude werken naslaan, blijkt het al bekend te zijn geweest. Nu ga ik niet zover als
sommigen, die beweren dat b.v. de grote pyramide van Gizeh, de pyramide van Cheops, een
boekwerk is, waarin het lot van de wereld als voorspelling is neergelegd. Dat lijkt me een
beetje overdreven. Maar dat men in die dagen in staat was, zeer wonderlijke waarnemingen te
doen met zeer beperkte middelen, dat men in staat was zeer veel omtrent het lot van de
wereld vast te leggen staat voor mij buiten twijfel vast.
En dan vraag ik u dit: Is het zo onmogelijk, dat men eens in een ver verleden, de spiraalgang
van het leven (ik gebruik precies de term, die in één van de werken staat) zodanig had
berekend, dat men in staat was de geestelijke ontwikkeling en een groot gedeelte van de
stoffelijke ontwikkelingen op aarde te overzien? Als wij dit bevestigend zouden beantwoorden
en m.i. moeten wij dat doen, vrienden, dan kan er worden gesteld. Er bestaat een boek,
waarin een zeer groot gedeelte van alles wat op de wereld zal gebeuren en binnen deze
spiraalgang gebeuren kan, inderdaad is vastgelegd. Dit is het geheime boek, waarvan men
leest in "Openbaringen". Dit is zeer waarschijnlijk het prototype van het geheime boek van
Thoth. Dit is het geheime boek dat menigeen zoekt: het geheim van het leven, het geheim van
de wereld.
Nu heeft het voor u weinig zin, als ik alleen spreek van hetgeen in de bibliotheken staat. Het
zou interessanter zijn om bepaalde theorieën en stellingen uit deze boekwerken aan te halen.
Voordat ik daarmede begin, moet ik met nadruk zeggen: Denk er wel om, ik sta lang niet
achter elke stelling, die ik u citeer. Ik ben het lang niet helemaal eens met alles, wat daar
beweerd wordt. Maar het is een erfdeel van de mensheid, een erfdeel waarin ongetwijfeld
elementen als openbaring en paranormale wetenschap een rol hebben gespeeld. Allereerst
noem ik: het z.g. Boek der Natuur.
"Men wete wel, dat het geheel der wereld in verschillende elementen kan worden
ondergebracht. Elk dezer elementen is verdeelbaar. Wanneer wij spreken over "aarde", dan
moeten wij wel beseffen, dat alle door ons gekende metalen en steensoorten hiertoe
behoren" (dat is nog logisch, maar) en dat al deze metalen en steensoorten bezield zijn. De
meer edele metalen, die hun uiteindelijke vorm op aarde vonden, staan in direct verband
met de grote geesten in de hemelen. De Goden kunnen zich door stenen en metalen aan
ons openbaren."
Een poging dus om de bezieling der natuur op een meer redelijk vlak te brengen. Ik zal
samenvatten, want als ik dit ga citeren, duurt het te lang. Wanneer wij weten, dat elk deel van
de aarde ondergeschikt is aan bepaalde heersers, dan moeten wij ook begrijpen, dat de wil
van die heersers zich op hun bezit doet gelden. De kennis van die heersers brengt ons tot een
kennis van eigenschappen. Dat wil zeggen dat alle metalen b.v. van een bepaalde heerser
eigenschappen kunnen verwerven die de bedoelingen van die heerser dienen. Stenen hebben
wonderlijke eigenschappen; maar sommige daarvan worden b.v. als kenners van vergif
aangeduid. Een geloof, dat we nog in de Middeleeuwen terugvinden. Het is echter, niet de
bedoeling dat hier sprake is van een werkelijk vergif, een materieel vergif, maar eerder van
geestelijke disharmonieën. Deze zouden tot uiting komen in vele stenen. We vinden
beschreven, hoe b.v. ijzer alle kwaliteiten kan verwerven, die men toekent aan een heerser,
die met Mars is. geassocieerd. We kunnen ontdekken, dat planten eveneens onder heersers
staan. En dat een plant, die b.v. veel ijzer in haar voeding zou opnemen, klaarblijkelijk
hoofdzakelijk onder Mars zou ressorteren, enz. enz.. Het is een zeer uitgebreid werk, waarin
belangrijke punten naar voren worden gebracht, niet alleen omtrent deze geestelijke
verhoudingen maar ook omtrent praktische wetten. Wanneer ik elementen samenbreng, baren
zij iets" dat er nog niet is geweest. Tegenwoordig zou men zeggen: Door kruising van rassen
kunnen nieuwe en betere typen ontstaan. We vinden er ideeën in als: "Onder nood verandert
de vorm snel." Aanvaardbaar. Maar we gaan een stap verder: "De mens, die zozeer in nood is,
dat hij deze nood erkennende en zichzelf meester zijnde een andere vorm begeert, zal deze
aannemen." Klaarblijkelijk is dit de basis van menig sprookje, waarin dergelijke veranderingen
voorkomen.
Dit wordt voorgesteld op een wijze, die wij het best autokinese kunnen noemen. In
tegenstelling tot telekinese waarbij we van ons afstoten. Autokinese zou dan betekenen: een

4 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

verplaatsing van cellen in het eigen lichaam en een verandering van hun onderlinge werking
en verhoudingen door onze eigen geesteskracht. Dit wordt hier eenvoudig als een feit gesteld.
Transformatie en transmutatie worden daarbij als zeer -normale dingen genoemd.
Klaarblijkelijk bestond de kennis daarvan dus al zeer vroeg, want dit boek is naar schatting -
gezien het materiaal dat gebruikt is - van minstens 6000 v. Chr.
Vooral ook de methode, waarop het beeldschrift met tekeningen is verlucht, brengt mij tot de
veronderstelling, dat er mensen zijn geweest, die dat in die dagen al wisten. Wanneer deze
mensen dan zoveel feiten kenden, die voor u in de natuur eigenlijk wel zijn terug te vinden,
terwijl zij middelen hadden, die veel primitiever waren dan die van de huidige
wetenschapsmensen, ben je geneigd aan te nemen, dat al hetgeen zij zeggen omtrent de
mens zelf en zijn verhouding tot de kosmos ook wel eens waar zou kunnen zijn, nietwaar? Let
wel, ik probeer mijn onderwerp zo menselijk mogelijk te benaderen. Ik kan natuurlijk uit
mijzelve stellen: dit en dat weet ik. Maar ik heb liever dat u er zelf over nadenkt. Nu wordt er
dit gesteld: Elke mens wordt geboren onder een bepaalde heerser. Niet de heerser van een
sterrenteken (teken van de Dierenriem). Neen, van één van de planeten van het zonnestelsel.
Ofschoon wij dit tegenwoordig waarschijnlijk zo zouden zeggen, sprak men vroeger van de
zeven gekende heersers en van de duistere heersers, die dan klaarblijkelijk de toen nog niet
ontdekte planeten aanduidden.
"Wanneer hij onder een planeet is geboren, zullen de eigenschappen van die planeet zijn
leven voor een groot gedeelte verder bepalen. Met alles, wat onder de planeet ressorteert,
is hij harmonisch; met alles wat er niet onder ressorteert echter is hij disharmonisch of
daarvoor is hij onverschillig".
Men gaat dan verder en stippelt een hele levensweg voor zo'n mens uit. Men stelt, dat hij zijn
opbouw b.v. moet baseren op de planeet, die zijn heerser is; dat hij deze geest moet zien als
degene, die hem als meester, als inleider of inwijder op deze wereld is gegeven. Men stelt
daarnaast, dat zolang hij met deze meester in harmonie blijft voor hem practisch alles
mogelijk is. Een voor mij niet aanvaardbare stelling, die mogelijkerwijze later - ik vermoed zo
ongeveer 3500 v. Chr. - aan dit werk is toegevoegd, stelt dat ook de rassen oorspronkelijk
onder verschillende planeetheersers zijn geboren en dat zij de producten zijn van het verkeer
van Goden met vrouwen op aarde. Dit lijkt mij een beetje een dubieuze verklaring en een
terugkeer uit een zoeken in wetenschappelijke zin naar een soort mythologie.
Nu noem ik dit element. Maar als wij in de kabbala gaan zoeken, dan vinden we daar typisch
genoeg dezelfde wetenschap. Een horoscoopblok van de kabbala ziet er heel anders uit dan
een normale horoscoopkaart. In de eerste plaats verschilt al de indeling van de huizen en hun
onderlinge ligging: het zijn alle driehoeken die heel kunstig in een vierkant in elkaar zijn
gepast en in het midden ook weer een vierkant openlaten; en daarbij gaat het om een planeet.
Een typische overlevering.
Een ander boek, veel later geschreven en vermoedelijk vastgelegd - ja, het is
vroeg-Phoenicisch, laten we zeggen omstreeks 2000 voor Chr. spreekt over de taal der
sterren. En deze tale der sterren is niet, zoals u zou denken, astrologie en het is ook niet het
z.g. sterren- of hemel schrift, waar u later bij bepaalde astrologen en magiërs van zult horen,
neen, het is een vorm van eenheid met de sterren. Wanneer we het werkje nagaan, dan duidt
het - zij het in duistere termen - op een soort autohypnose of autosuggestie. In deze toestand
van autohypnose of autosuggestie komt men tot het verstaan van een vreemde taal. Deze taal
wordt gesproken door de sterren. Of het nu werkelijk sterren zijn, zullen we buiten
beschouwing laten. Ik voor mij ben geneigd hier te denken aan inwijders van die tijd, die op
een dergelijke wijze uit een niet-stoffelijke wereld de stof zouden kunnen bereiken. Wij weten,
dat meesters van een bepaalde periode deze methode heel dikwijls hebben gebruikt. Alles wat
je van die inwijders hoort, is eigenaardig genoeg volledig in overeenstemming met de
waarheid. Je leert jezelf kennen door deze geheimzinnige stem die in je spreekt. U weet, dat
ook de Grieken wel een dergelijke stelling hadden en ook aan een Daimon (een licht of een
God in hen) geloofden, die ook voor het "ik" zou spreken en zelfs profetische begaafdheden
zou verlenen. Verder echter worden er een paar heel eigenaardige, ik zou zelfs zeggen
ontstellende, dingen gezegd. Er zouden in een vurige wagen, getrokken door zeven
gevleugelde mannen, een man en een vrouw op de wereld zijn afgedaald. Let wel, dit wordt
beschreven als iets, dat men zelf heeft meegemaakt. Dit zou zijn geschied in de nabijheid van

057 – VERBORGEN BOEKEN 5


Orde der Verdraagzamen

een rivier in een verder practisch onbewoond gebied. Deze hebben aan de mens een paar
eigenaardige wapens gegeven (als we dat zo lezen, dan denken we aan een soort jachtmes
van ijzer of staal of een dergelijk hard metaal; het wordt daar als een grote bijzonderheid
vermeld), en bovendien zouden zij, toen zij met hun wagen terugkeerden naar de hemelen,
een aantal geheimzinnige boeken verloren hebben of hebben laten vallen. In die boeken
komen tekeningen voor. Sommige daarvan zijn zeer ingewikkeld en deze nu zijn blijkbaar niet
overgeleverd. Bij dit werkje – dat overigens op gewone door de zon gedroogde kleitafels is
geschreven – bevinden zich ook enkele in klei en andere op hout en zelfs enkele op een soort
perkament gegrifte tekeningen. Het typische is, dat deze tekeningen een soort
moleculair-structuur schijnen weer te geven. Dit zijn dan de geheimzinnige tekens, die vereerd
moeten worden. Nog eigenaardiger eigenlijk dan dit alles - het zou verklaarbaar zijn b.v. uit de
ruimtevaart - lijkt mij, dat in het gesprek een belangrijke raad werd gegeven nl; "Leer juist te
denken, dan zult gij ons altijd horen en wij zullen met onze wagen komen om u te halen, als
gij in nood verkeert." Het wordt tegen de held gezegd. Er staat nergens, dat de held erin
geslaagd is dit tot stand te brengen. En zoals u weet, is het vroeg-Phoenicisch niet rijk genoeg
aan termen en uitdrukkingsmogelijkheden om een volkomen klaar beeld te geven. Maar hieruit
wordt dan een leer afgeleid, die in korte artikelen is neergelegd. En die zou je in moderne
termen, zo kunnen vertalen:
"De mens, die zijn gedachten kan beheersen, is in staat met deze gedachten ook andere
stoffelijke wezens op te roepen en de Goden uit de hemelen. (Neem mijnentwege die Goden
met een korreltje zout, zeg er Marsmannetjes tegen als u dat wilt of denk aan de wereld van
de geest.) "Het is echter zeer belangrijk dit te doen, want alleen daardoor kan men alle
problemen oplossen." Typisch; de problemen oplossen.
In de latere geneeswijze maken wij een lange tijd de z.g. 'slangentempels" mee. De slang is al
zeer lang een genezend symbool en wordt ook door Mozes gebruikt. Deze slangentempels
brengen de mens tot de z.g. "maanslaap", een slaap onder invloed van een verdovende drank,
waarbij de zieken zich gezond dromen (dus de geneesmiddelen dromen, die zij nodig hebben),
een autodiagnose stellen en ongetwijfeld in vele gevallen innerlijke conflicten, die tot hun
ziekte aanleiding konden zijn, zouden kunnen oplossen. De overlevering van deze priesters
echter zegt wederom, dat de mens noodzakelijk afstand moet doen van zijn eigen wereld, al
was het voor een korte tijd en moet nadenken. Zij noemen hiervoor bepaalde
roesverwekkende middelen, waaronder afleidingen van hennep; en veel later vinden wij dat
weer bij de hashishin, de moordenaars dus die hashish aten, ook een hennepproduct dus. Hier
komt m.i. naar voren een kennis van het innerlijk van de mens plus een geloof, dat niet alleen
gebaseerd kan zijn op overleveringen zonder waarde of het nadenken van stoffelijke mensen,
omdat bij dit werk de geheiligde tekeningen moleculair structuren weergeven, overigens met
onleesbare krullen en tekens, die ontcijferd zeer waarschijnlijk de betekenissen van die tekens
verklaren. Ook dus weer een zeer eigenaardig element,
Ik zou kunnen voortgaan met u alles op te sommen wat in dergelijke verborgen werken staat
geschreven en ik zou u ongetwijfeld kunnen verbazen met alles, wat er van moderne
wetenschap in de oudheid bekend is geweest. Ik zou u zelfs kunnen vertellen, dat in de tijd
van Liu Tsiu, een Chinees denker, dichter en schrijver en naar zijn eigen verklaring ook een
geduchte drinkebroer, kennis heeft bestaan van bepaalde geheimen die ons doen denken aan
atoomexplosies. Maar wat dat betreft de wetenschap van vroeger moge dan al hebben
bestaan, heden ten dage is zij weinig waard.
In die verborgen werken echter moet meer liggen, want de innerlijke bewustwording van de
mens en zijn geestelijke ontwikkeling is in een materialistische fase als de huidige het
voornaamste. Welke esoterische lessen nu treffen wij aan? Er zijn er bij, die heel bekend
aandoen en ik ga ze even als slagzinnen citeren:
"Dat wat de mens niet kent, vreest hij. Dat wat de mens kent, kan hij overwinnen."
"Wat de mens in zichzelf vreest, doodt hem. Wanneer de mens niet vreest, leeft hij."
"De mens, die meester is over zijn gedachte, is meester over zichzelf."
"Wie in zichzelf doordringt, zal zevenmaal zichzelf hernieuwd moeten kennen, voor hij weet
wie hij is." Dit is waarschijnlijk weer een afleiding. Het getal 7 keert weer terug uit de oude
astrologie, de oude voorstelling van de kosmos.

6 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

"Alles wat de wil met uitschakeling van alle rede in het "ik" stelt, wordt vervuld."
"Het verstand (of het denken, verschillende vertalingen zijn mogelijk) is de rem op de daad en
de verklaring wanneer de daad volbracht is.”
"Om te weten moet men één-zijn. Eénheid wordt bereikt door de gedachte (of de ziel, beide
vertalingen zijn mogelijk), niet door de stof alleen."
"Waar zielen elkaar ontmoeten, bestaat een soort kosmisch huwelijk, waaruit een nieuwe
gedachte of een nieuwe ziel geboren kan worden." Een ander werkje stelt heel aardig:
"Er zijn duizend werelden (wij zouden zeggen: een oneindig aantal werelden). Op al deze
werelden leeft men (m.a.w.: mensen). Van wereld tot wereld gaan zij, die zichzelven niet
kennen. Zij, die zichzelven kennen, leven in alle werelden."
Een raadselachtige uitspraak, die later met allerhande legenden en gelijkenissen wordt
verklaard en er ten slotte op neer komt, dat het bewustzijn zich over vele individuen kan
verdelen en zeer sterk lijkt op de wetten van harmonische magie.
"Alles waarmee ik harmonisch ben, kan ik beheersen. Uit alles, waarmee ik harmonisch ben,
kan ik opnemen. En dus ken ik alles, wat ik met mijzelf harmonisch zie, als deel van mijzelf.”
Een zeer aardige stelling. Overigens niet één van de oudheid.
"Dood is een uitblussing." (Eigenaardig, dus niet een voortbestaan). "Want wie sterft, verliest
al wat hij is (of is geweest), maar hij wordt dat, wat hij was."
Weer een eigenaardige raadselspreuk, maar ook weer verklaarbaar van uit ons standpunt: Je
laat de stof achter je en de hele menselijke wereld valt weg; je bent uitgeblust en wat dan is,
kun je niet meer vergelijken met het stoffelijke. Zeer redelijk, maar helaas aanleiding tot het
verwerpen van een leven na de dood, door zeer vele tijdgenoten. Het is b.v. opvallend, dat de
vroeg-Israelietische leer niet aan een voortbestaan gelooft; later aan een opstanding nadat
God een rijk op de wereld heeft gevestigd en pas op het laatst ook wel aan een voortbestaan
direct na de dood geloofde. Vermoedelijk is dat uit dergelijke gedachtegangen afgeleid. Nog
een citaatje; ik mag u niet te lang bezighouden:
"Alle dingen zijn één. En uit één kunnen alle dingen worden gemaakt. Zo weet wat gij zijt en
gij zijt alles."
Dat wordt dan nog in een zeker metrum gezegd, het is nl. uit het sanskrit; De gedachtegang,
die hieraan ten grondslag ligt, kunnen wij weer begrijpen. Wij zouden zeggen: Wordt één met
God en u bent door God één met alle dingen.
Ik heb deze citaten aangehaald om u te overtuigen, dat ook de esoterie, de achtergrond van
het huidig menselijk, denken,in die oude werken wel degelijk is neergelegd en dikwijls zelfs de
grootste geheimen. De vormen, die men daarvoor gebruikte, zijn in deze tijd vaak
onaanvaardbaar. Wij vinden er b.v. een soort absurditeitentheorie, waarbij men dus op een
schijnbaar redelijke vraag een schijnbaar onredelijk, antwoord geeft, iets wat ook door de
Chinese leraren van 4000 tot ongeveer 1800 v. Chr. zeer gaarne werd gebruikt en later tot een
leersysteem werd ontwikkeld, een klassiek systeem.
We vinden er alles, wat ons hart begeert en vreemd genoeg in het bijzonder vaak geheimen,
die je alleen kunt begrijpen indien je een zekere basiskennis bezit. Iemand, die nooit iets heeft
geleerd van eenvoudige algebra, zal voor een formule die daaruit is afgeleid staan als een
ander voor een geheimschrift: hij kan er geen touw aan vastknopen. Degene echter, die de
vooropleiding heeft gehad, begrijpt haar.
En zo zal het u duidelijk worden, dat deze verborgen boeken niet alleen maar bewaard worden,
omdat ze zo oud of omdat ze zo interessant zijn, maar ook opdat mensen, die in hun tijd – of
dat nu de uwe is of een andere - voldoende hebben geleerd omtrent geest en stof, daarin
nieuwe formules kunnen vinden, nieuwe sleutels, die het hun mogelijk maken verder te gaan
op aarde en in de geest en meer te bereiken.
Onder deze schatten bevinden zich vele z.g. geopenbaarde of van andere werelden afkomstige
werken. We vinden daarin - althans in beginsel - alle mythen, legenden en sagen van de hele
wereld. De tijden van ongeveer 8 á 10.000 jaar v. Chr. tot heden worden erin weerspiegeld.
Telkens wordt een deel van zo'n werk aan de mensheid gegeven. De ene maal door een

057 – VERBORGEN BOEKEN 7


Orde der Verdraagzamen

magiër; een andere maal door een of andere denker of filosoof. Het is alsof men uit de
verborgen boeken telkenmale iets geeft, opdat gij eens ál deze boeken zult kunnen lezen,
En dan rest mij alleen nog één vraag. Er zijn veel oude geschriften, die steeds weer worden
teruggevonden. De huidige tijd heeft de mensheid een groot aantal zeer oude werken, die
schijnbaar waren verloren gegaan of fragmenten daarvan in handen gespeeld. Zo vond men
o.a. onder een zeer droge theologische verhandeling op een palimpsest een aantal gegevens,
dat klaarblijkelijk de oude Griekse bouwkunde in formules weergeeft. We vinden in een
beschouwing over Aristoteles,- die dus betrekkelijk jong is, ik meen dat ze dateert uit 1600 -
ineens een aantal citaten, die misschien wel eens - men is het er nog niet over eens, ze
hebben een tijd in Berlijn berust en waar ze na de oorlog zijn terechtgekomen, weet ik helaas
niet - zeer waarschijnlijk een aanwijzing geven voor de methoden, die bij het bouwen van de
grote Nijltempels in Egypte worden toegepast. Steeds weer zijn het korrels van kennis.
Mijn betoog, vrienden, komt hierop neer: Er zijn verborgen boeken. Misschien zult u er ook op
een gegeven ogenblik een deel van machtig kunnen worden, wie weet. Misschien ook niet. U
kunt er echter zeker van zijn, dat het hervinden van oude waarheid van oude wijsheid, dat de
mogelijkheid geeft huidige stellingen met oudere te vergelijken, ook wanneer het een
schijnbaar toeval lijkt, althans voor een groot gedeelte wordt op de achtergrond zijn krachten,
die u de beschikking geven over deze verborgen werken. Er zijn - zou ik erbij willen zeggen -
in de geschiedenis van de mensheid bepaalde ogenblikken, zoals deze tijd dat zij plotseling
zeer veel van het oude kan herontdekken en waardoor zij zal kunnen vaststellen, dat het oude
en het nieuwe voor de mens, tenslotte gelijk blijft. Met deze korte en zeker niet alomvattende
inleiding, vrienden, zou ik u willen voorstellen voorlopig te eindigen.

DISCUSSIE

Is het mogelijk iets uit het boek "De Openbaringen van Cleopatra" te vertellen?
Dat kan ik natuurlijk wel doen. Maar het heet eigenlijk niet "Openbaringen", maar in zijn
oorspronkelijke vorm "Evangelium en commentaren van Cleopatra". Wanneer het woord
"openbaringen" in de titel wordt gebruikt, is dit niet juist en wordt waarschijnlijk hier een
afleiding bedoeld van een middeleeuwse heruitgave van dit geschrift, vermoedelijk
alchemistisch en misschien stammende uit de Parijse uitgave van l684, maar nog
waarschijnlijker een vertaling van de Duitse uitgave, die verschenen is in Neurenberg in het
jaar 1794. Wanneer wij dit boek inzien, dan valt ons in de eerste plaats een reeks
commentaren op over Jezus' leven. Wij vinden hierin een aantal esoterische gelijkenissen en ik
moet erbij zeggen: een reeks opvattingen, die zeer sterk afwijken van de gebruikelijke
eredienst. De gedachtegang is hier, dat een engel is neergedaald; en deze engel kan de
verlossing brengen. Er is een bepaalde groepering geweest, die deze éénwording stoffelijk
deed voorstellen en daaruit dus een verlossingskracht en gedachte wilde ontwikkelen. Men
ging over het algemeen uit van één centraal punt, dat dan genoemd kan worden: Goddelijke
Adem of Goddelijke Kracht of ook wel Eeuwige Jeugd. Aan beide zijden daarvan zijn
afleidingen aangegeven, die elk in een kleinere cirkel terecht komen en dan mannelijke en
vrouwelijke uiting worden genoemd. Door deze op de juiste wijze te verenigen kan het
kosmisch vuur worden gevonden, het eeuwig goud enz, waarbij dus typisch alchemistische
trekjes op een voor grond komen, zij het dat deze zeer waarschijnlijk eerder beschouwd en
worden als een koptisch-christelijke uitspraak dan als een zuiver alchemistische. In het boek
vinden wij verder een aantal zegels, tekeningen en voorstellingen, die hoofdzakelijk ten doel
hebben de éénwording der elementen weer te geven in de meest verschillende vormen. De
hoofdgedachte is m.i. de innerlijke verheffing door uiterlijke middelen met als doel éénwording
met grote geestelijke krachten, het verwerven van grootgeestelijke geheimen en van die
kennis, die men elders wel de Steen der Wijzen pleegt te noemen.
Zijn de zg. "gouden platen" van de Mormonen ook zeer oude boeken? Bevatten zij reeds
geopenbaarde waarheden?
De gouden platen van het boek Mormon bevatten oorspronkelijk geen leesbare openbaring
maar de weergave van een gecombineerd getal- en beeldschrift, dat ook is terug te vinden in
de Azteekse tijd. Deze taferelen zijn waarschijnlijk door de Yaquis verder naar het noorden
gebracht. De leer die daaraan werd vastgeknoopt wil ik liever niet als een directe openbaring

8 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

beschouwen, ook al gezien het gedrag en de wijze van optreden van de eerste verkondigers.
In de leer van het boek Mormon vinden wij vele prechristelijke elementen terug en zeker ook
een aantal delen van een zedenleer, die m.i. herleid kan worden tot de beginperiode, dat
Chinese invloeden in Zuid-Amerika merkbaar werden. De openbaringen op zichzelf zijn voor
mij even aanvaardbaar als elk ander geopenbaard of pseudo geopenbaard boek en hebben in
ieder geval het voor deel dat ze de mensen een aantal gedragsregels opleggen, die esoterische
en geestelijke scholing gemakkelijker maken. Ik denk hier b.v. aan onthouding van bepaalde
genotmiddelen als b.v. het roken. Het spijt mij, dat ik voor de figuur van Brigham Young niet
zoveel eerbied kan hebben als men misschien van mij zou verwachten of verlangen, aangezien
diens persoonlijk leven naar mijn idee nu, niet direct uitdrukking geeft aan hooggeestelijk
leven en een hooggeestelijke instelling, ook niet in de tijd dat hij als prediker werkzaam was.
Ten slotte heb ik wel enig bezwaar tegen de vermenging van christelijke elementen met die
van een oudere prechristelijke leer. De resultaten zijn hier en daar in mijn ogen wat
eigenaardig, maar ik kan hier ongetwijfeld bevooroordeeld zijn. Heeft iemand commentaar?
Wilt u er verder over vragen.
Hoe is het mogelijk dat men de hele zaak heeft ontcijferd, wanneer het Azteekse schrift
eigenlijk onleesbaar is.
Ja, daar krijgen we nu juist het eigenaardige. Die dingen zijn nl. niet ontcijferd, Zij zijn pas
ontcijferd, nadat men in de woestijn terecht was gekomen en daar een lange tijd - u kunt dat
in de historie nagaan - betrekkelijk vreedzaam heeft geleefd met verschillende Indianen. Van
een volledige vertaling van die tafelen is nooit sprake geweest. En de feitelijke tafelen zijn ook
niet overgeleverd en bewaard, ze zijn verborgen. De later geprepareerde tafelen na de dood
van Brigham Young zijn een kennelijke vervalsing; en afschriften daarvan zijn wel in omloop
en naar ik meen bestaan er ook kopieën van o.a. in Salt Lake City.
Wie was Mormon?
Mormon zou een engel geweest zijn, die deze openbaring gaf.
En dat zou dus geweest zijn in de tijd van de Azteken?
Neen, neen. Dit alles staat in verband mat de openbaringen die Brigham Young tijdens zijn
verscheidene dagen durende afzondering in een soort teepee, een indiaanse woning zou
hebben gekregen en de aanvulling daarvan, die hij later tezamen met een zijner broers zou
hebben gekregen in een hut, die ook alweer zeer afgelegen was. En nu moet ik eerlijk zeggen,
dat - Young en zijn gewoonten kennende - ik me wel eens afvraag, of dat niet ten dele het
resultaat is geweest van een overmatige dronkenschap. Ik zeg dat niet gaarne. Er zijn
mensen, die in hem werkelijk geloven en voor wie dit werk van de heilige in de laatste dagen
een levensroeping is geworden. Maar wanneer mijn mening wordt gevraagd, mag ik deze
geven, nietwaar? Dus laat ons zeggen, dat ongetwijfeld hierbij heel wat fantasie een rol heeft
gespeeld, waarbij de leer wel degelijk is aangepast aan hetgeen Young zelf gaarne in praktijk
wilde brengen.
Bevatten de rollen van de Essenen die men kortgeleden vond in grotten bij de Dode Zee,
ook punten, welke voor deze tijd van belang zijn?
Mijns inziens, ja. In de eerste plaats bevatten zij een bevestiging of althans een schijnbare
bevestiging van de Griekse vertaling van het Oude Testament, de z.g. Septuaginta. En als
zodanig zijn zij dus een bevestiging dat de vertaling juist geweest kan zijn. Bovendien zullen
zij bij verdere bestudering de mogelijkheid geven om daarin ook andere afleidingen te vinden,
waardoor dus een nieuwe reeks van herziene vertalingen ten slotte het licht zullen zien. Dit is
te danken aan het feit, dat slechts enkele van deze rollen in het Grieks zijn gesteld; de meeste
echter in het Hebreeuws of Aramees en zijn neergeschreven in Hebreeuws schrift. Zoals u
weet kent dit schrift wel 22 letters, maar buiten de aliph (de moederletter) geen enkele letter,
die een klinker is. Met als gevolg, dat vele woorden ook anders vertaald kunnen worden.
Verder zijn daarin ook enkele m.i. zeer interessante gegevens te ontdekken omtrent de denk-
en leefwijze van de Esseense gemeente, ofschoon niet al deze rollen op het ogenblik reeds
vertaald zijn en verwacht kan worden, dat aan de hand van een nieuwe oogst, die kort geleden
ontdekt is of binnen kort ontdekt zal worden (dat zou dan de 3e vondst zijn, u kunt dat
nagaan) dus ook duidelijk wordt welke incarnatieleer de Essenen volgden. Zij hadden n.l. een
zeer bepaalde gedachte over incarnatie en incarnatiemogelijkheden. En ik geloof, dat deze van
groot belang kan zijn voor de herziening van vele thans geldende opvattingen en stellingen in
de christelijke gemeenschap, vooral omdat ze - voor een groot gedeelte althans – direct met

057 – VERBORGEN BOEKEN 9


Orde der Verdraagzamen

de christelijke gedachte en zeker met de Evangeliën in overeenstemming zijn. Ik geloof dus


wel, dat we deze rollen moeten zien als een begin van een herziening van het Christendom.
Daarnaast zullen waarschijnlijk ontdekkingen in verschillende kloosters o.a. dat van Sinaï en
publicaties van geschriften uit de halfvergane boekerijen op de berg Athos e.d. mijns inziens
ook bijdragen tot een herzien o.m. van de huidige theologie. En dat is altijd een begin.
Wanneer de grondstellingen hun starheid eenmaal gaan verliezen, dan is het mogelijk dat het
Christendom weer tot een meer aanvaardbare vorm van leven en denken terugkeert. Dus ik
acht het wel van belang.
Er is een tegenstelling, tenminste voor mijn begrip. U zegt: Het is een schijnbare
bevestiging van de Griekse vertaling. Maar als je het leest kom je tot andere inzichten
omtrent de juistheid van de vertaling.
Dat is toch heel logisch. Je kunt de joodse woorden vertalen, zoals men het in de Septuaginta
heeft gedaan, maar het is niet noodzakelijk ze zo te vertalen. Aan de hand van enkele
bijkomstige geschriften en commentaren - zoals u weet zijn er op het ogenblik al 12 of 13
rollen gevonden met commentaren - zal men ertoe moeten overgaan om de vertaling van
bepaalde woorden te herzien. En daarmee zou men dus de betekenis van enkele belangrijke
teksten ook wijzigen. Vandaar dit "schijnbaar".
Er wordt in die teksten ook gesproken van de "Grote Rechtvaardige". Die zou in een der
kloosters van die tijd (ik meen 150 jaar v. Chr.) een overweldigende rol hebben gespeeld
t.a.v. de inzichten, de mores van de menden in die tijd. De commentator die ik las, bracht
het in verband met de figuur van Jezus, in die zin dat de Grote Rechtvaardige eigenlijk de
persoon van Jezus zou zijn.
Neen, dat is niet juist. De z.g. Rechtvaardigen, ook wel Engelen genoemd in de Esseense
gemeenschap, zijn de z.g. vaders van hoge geesten. Zij hebben dus aanleiding gegeven tot
een herzien van de Esseense gewoonten, die hier en daar wel erg sober waren; en wel door
deze in een vast schema samen te voegen, waardoor de geboorte van lichamen voor hoge
geesten of zelfs bezieling door engelen mogelijk zou worden. Vandaar dat een viertal leraren
achtereen (waarvan een de Rechtvaardige is waarover u spreekt; als ik me niet vergis is dat
geweest de abt van het klooster dat bij de Dode Zee heeft gelegen; en zijn voorganger is
geweest uit de Egyptische nederzetting), dat dezen dus getracht hebben een soort teeltkeus
uit te oefenen; dus bewust te werken aan een veredeling van het menselijk ras door het
scheppen van lichamen, die niet in de eerste plaats sterk zijn, maar die in de eerste plaats zo
begaafd zijn, dat de geestelijke kwaliteiten op aarde bijzonder duidelijk geuit kunnen worden.
Dat is dus wel iets anders dan de figuur van Jezus. Maar ik kan mij een dergelijke
samentrekking wel begrijpen. Vooral omdat er voor de Christen nu eenmaal niemand bestaat,
die belangrijker is dan Jezus. Maar laten we niet vergeten, dat Jezus van uit een joods
standpunt beschouwd een onbelangrijke profeet was, één uit velen. Dit ziet men tegenwoordig
over het hoofd. En men is daarom geneigd alles, wat in de richting van de messiaanse
gedachte lijkt te voeren tot Jezus terug te brengen. En dat is zeker nietwaar.
Dat neemt toch niet weg, dat wij de persoonlijkheid van Jezus zeker niet mogen kleineren;
dat hij toch voor de Christenen de persoon is, die - hoewel zijn leer op het ogenblik
volkomen verminkt is - de grote figuur is geweest, die heeft getracht voor het Westen de
juiste leer te brengen.
Ik geloof niet, dat ik iets heb gezegd, wat daarmede in strijd is. Als ik u vertel dat ze in
Rusland spreken over de koningin van Nederland als een dame, die de hele dag niets doet dan
te leven op kosten van haar onderdanen, dan geef ik daarmee een Russisch standpunt weer.
Dan zeg ik niets, dat de koningin in feite schaadt of beledigt. In deze zin maak ik u erop attent
dat - gezien de joodse opvatting, dus ook van de Essenen - Jezus niets bijzonders was. Ik heb
het volste recht dit te zeggen, zonder dat ik ook maar iets af of toe doe aan de waarde die de
figuur Jezus heeft voor de Christenheid.
Uit welke tijd dateren die rollen?
De meeste van die rollen dateren uit tijden van ongeveer 70 á 80 tot 300 jaar na Chr.; en ik
meen, dat er in de tweede vondst ook een aantal rollen zijn, die nog aanmerkelijk later zijn
geschreven, zeg ongeveer 450 na Chr.
En de rollen, die o.a. aan een zekere Jesaja worden toegeschreven, zijn die dan niet ouder?
Neen. Dat zijn geschriften, die onder de naam Jesaja misschien zijn geschreven of - wat
althans van 2 rollen nu zeker vaststaat - de weergave zijn van werk van de profeet Jesaja, die

10 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

op zichzelf ook weer een samengestelde persoonlijkheid is; dat is dus ook niet één profeet,
maar: er zijn meer profeten onder deze naam samengebracht in één boek. Dus die rollen zijn
inderdaad niet ouder.
U zei dat er commentaren zijn.
Er zijn commentaren. Dat wil dus zeggen dat er op het ogenblik zover mij bekend een aantal
van z.g. 12 rollen is, waarbij ofwel grote stukken commentaar zijn ingevoegd, dan wel alleen
commentaren worden gegeven op bepaalde spreuken en bepaalde stellingen.
Is dat boek Jesaja waar u het overhad, niet een herziene vertaling van het oorspronkelijke
boek?
Ik geloof, dat die rollen geen herziene vertaling bevatten maar een poging om de
oorspronkelijke weergave zo goed mogelijk te benaderen. Voor de Christenheid is dit
interessant en belangrijk, omdat deze geschriften dichter staan bij Jezus' tijd en dus ook
dichter bij de periode van het Oude Testament dan alle tot nu toe bekende schrifturen. Dus
door hun ouderdom staat ze daar dichterbij, ook al bevatten zij kopieën enz. enz.. Ze maken
dus aannemelijk, dat in die tijd die uitspraken ook al zo werden gelezen, gedacht en gezien.
Zijn ze dan niet oorspronkelijk de grondslag voor de tegenwoordige bijbel?
Neen. Integendeel, ze zijn uit het bijbelgeloof voortgevloeid en zijn daarvoor dus als wetsrollen
waarschijnlijk en schriftrollen oorspronkelijk geschreven. Het is dan ook lang niet zeker, dat
zoals men aanneemt die rollen tijdens een vlucht verborgen werden, omdat - zoals u bekend is
- de gewoonte bestond om schriftrollen, die men niet meer gebruikte in ere te begraven. Het is
zeer wel mogelijk, dat een deel van de gevonden rollen dus op een dergelijke wijze zijn
begraven. Dat zij in kruiken zijn opgeborgen zou daarvoor kunnen pleiten, daar het
gebruikelijk was om een heilige rol in lijkwaad gehuld in een urn of kruik te begraven in of bij
de plaats van een bedehuis,
Zijn die rollen begraven, omdat ze zijn achterhaald?
Neen, niet omdat die rollen zijn achterhaald, maar doodgewoon omdat ze nieuwe rollen
hadden.
De Joden zeggen dat ze heilig zijn.
Inderdaad.
Kunt u mij zeggen op welke punten de Bijbel herzien kan worden?
Nu, die herziening zal in de eerste plaats belangrijk zijn voor de z.g. voorspellingen van de
komende Messias waarin inderdaad door andere interpretatie vele wijzigingen mogelijk zouden
zijn, ook aan de hand van commentaren. In de tweede plaats m.i. ook wel doordat van de
joodse samenleving en het joods geloof in die dagen, althans zo als dit binnen bepaalde sekten
en gemeenschappen bestond, een ander beeld wordt gegeven, dan men op het ogenblik
daarvan nog heeft. Dit zijn dus twee punten, die voor een herziening belangrijk zouden zijn.
Jezus heeft een tijd onder de Essenen geleefd. Zou dit misschien een nadere verklaring zijn
voor de woorden en vergelijkingen, die hij gebruikt heeft en die wij dus in de Bijbel
terugvinden?
Ja. Een deel van de beeldspraak, die gebruikt wordt en de wijze van werken is inderdaad m.i.
wel verwant aan de Esseense gedachtegang van die dagen.
Er wordt gezegd, dat een 5e Evangelie in een klooster in Tibet bewaard wordt. Is dat zo?
Ja, er worden heel wat Evangeliën bewaard. Wanneer u de Potala bedoelt, daar worden een
zevental Evangeliën bewaard, waaronder een zeer vroeg afschrift van het z.g. Evangelie van
Thomas. Daarnaast bestaat het z.g. Evangelium van Barabbas. Het is de vraag, of dit de
moordenaar is die werd vrijgelaten of een andere figuur, die zich deze naam heeft
toegeëigend. Er zijn dus wel een aantal dergelijke geschriften bewaard in de Potala en in het
Klooster der Negen Wijzen, het Klooster van de Zilveren Draak en het Klooster van de Vele
Demonen. Er worden dergelijke schrifturen ook van christelijke overleveringen bewaard, maar
meestal geïnterpreteerd als een leraarschap of als een incarnatie van iemand, die later b.v. als
abt of meester is opgetreden in boeddhistische of lamaïstische gemeenschappen.
Het Evangelie van de H. Twaalf is dat ook niet uit Tibet afkomstig?
Het Evangelie der H. Twaalf is oorspronkelijk afkomstig uit de buurt van Syracuse en zou m.i.
dus eerder Syrisch genoemd kunnen worden dan Tibetaans. Dat misschien ook daarvan in

057 – VERBORGEN BOEKEN 11


Orde der Verdraagzamen

Tibet kopieën bestaan, wil ik graag toegeven. Het is mij niet met zekerheid als een verborgen
geschrift bekend. Wanneer het van daar naar Europa is gekomen, ben ik zo vrij aan te nemen,
dat bet waarschijnlijk in de Indische gebieden en zeer waarschijnlijk in een uithoek van de
Punjab oorspronkelijk wederom aan het licht is gekomen en niet noordelijker.
Is de verspreiding het gevolg van de Nestorianen?
Het heeft met de Nestorianen op zichzelf niet zo buitengewoon veel te maken. Maar de
verspreiding van dergelijke evangeliën is een methode geweest, waardoor men heeft getracht
een verandering in de christelijke visie en leefwijze te krijgen. Er zijn in de laatste 40 jaar drie
z.g. hoofdevangeliën (kerkelijk worden zij niet als zodanig erkend) gepubliceerd en daarnaast
zijn er nog een groot aantal z.g. evangelische geschriften in omloop gebracht. Ik kan niet
zeggen, dat al deze geschriften op mij de indruk maken van volkomen authentiek te zijn, maar
het Evangelie der H. Twaalf is in zijn oorspronkelijke vorm zeker niet ouder dan 200 na Chr.
Het Evangelie van Thomas kan gesteld worden op ongeveer 80 na Chr.
Dat wijkt wel af van het Evangelie der H. Twaalf.
Inderdaad. Maar wist u dat er onder de Evangeliën die op het Concilium van Nicea werden
verworpen, er 30 á 40 evangeliën waren, die niet gelijkluidend zijn met de huidige? Weet u,
dat ongeveer 150 na Chr. het aantal verschillende evangeliën die toen in omloop waren de 100
overtrof? Over het algemeen waren zij fragmentarisch, dat geef ik graag toe. Het Evangelie
van de H. Twaalf is juist samenhangend én volledig. Het Evangelie van de H. Twaalf heeft het
grote voordeel dat het ook spreekt over die jaren van Jezus' leven, waar anderen niet over ge-
sproken hebben, dat geef ik toe.
Zijn de Egyptische geheime boeken door de "rode priesters" geïnspireerd? Zo ja, dan zijn
ze dus min of meer dubieus.
Mag ik vragen wat u onder de "rode priesters" verstaat?
De rode priesters van Atlantis.
Volgens mij zijn de heilige boeken van Egypte niet door de rode priesters geïnspireerd, maar
zijn zij een samenvatting van ten dele zuiver witte ten dele rode geschriften die later zonder
onderscheid werden samengevat. Als zodanig is een deel van de oude Egyptische wijsheid
ongetwijfeld wat dubieus, daar zij zich leent voor zwartmagische praktijken. Vandaar dat
Egypte dus eigenlijk zo sterk is geweest in de zwarte magie naast de normale magie. Maar
wanneer ik u een elektrische geleider geef, waardoor stroom loopt met een voltage zodat u de
geleider gemakkelijk kunt vastpakken én met een voltage dat dodelijk kan zijn, dan doet dit
niets af of toe aan het feit, dat er een elektrische stroom aanwezig is, die gebruikt kan worden.
Mijns inziens kan ook van elk wit geschrift een zwart magisch gebruik worden gemaakt. Terwijl
omgekeerd alle zwartmagische publicaties ten slotte tot een inzicht kunnen voeren, dat in de
witte magie bruikbaar is. Want de wetten, die in de magie worden gehanteerd zijn altijd gelijk,
onverschillig of ze nu wit of zwart worden toegepast. En daarom zou ik zeggen, dat de heilige
boeken van Egypte ongetwijfeld vele belangrijke gegevens bevatten, maar daarbij ook
gegevens en leringen, die eenvoudig toe te passen zijn en die in de handen van de huidige
mensheid zeer gevaarlijk zouden kunnen worden.
Het Boek van Thoth dat u hebt genoemd in uw inleiding, van wanneer dateert dat ongeveer
en vanwaar komt het oorspronkelijk?
Het Boek Thoth is een overlevering; het is dus geen feitelijk boek. Wanneer wij het terug
willen volgen tot zijn oorsprong, dan denk ik dat - als wij de overlevering willen nagaan - we
op ruim 20.000 v. Chr. terechtkomen. Ja, dat is nog niet zo gek. Voor sommige gegevens
kunnen we zelf, tot 80.000 v. Chr. teruggaan, ofschoon het er maar enkele zijn. Nu zou ik dit
willen stellen: Het Boek Thoth is dus voor een groot gedeelte een overlevering. Het feitelijke
Boek Thoth bestaat echter uit twee delen, die meestal niet onder deze naam bekend zijn. Het
zijn twee tamelijk dikke papyrusrollen geweest, die een samenvatting inhielden van kosmische
maar ook van de chemische en plantkundige kennis van die tijd plus een reeks magische
wetten. Van dit boek wordt gezegd, dat degene die het eerste blad heeft gelezen de krachten
der natuur beheerst, de taal der dieren spreekt, de winden beveelt enz.; en wie het tweede
blad heeft gelezen in staat is om zowel de wereld der doden te bevelen als de wereld der de-
monen en der levenden, hij kan scheppen en vernietigen. Met andere woorden; hier komt het
scheppingswoord op de voorgrond. Maar dit scheppingswoord wordt in het oorspronkelijke
boek niet genoemd; later wordt het vermeld als een verfraaiing van het geheel. Het
oorspronkelijke boek was bedoeld als een inwijdingsleergang voor de hoogste priesters en

12 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

bevatte naast kennis (zelfs bepaalde mathematische en astrologische kennis) alle andere
eenvoudige stoffelijke wetenschappen tot geneeskunde toe, waarvan de voornaamste principes
werden aangeduid; en vervolgens de methode, die men gebruiken kon om zich geestelijk te
ontwikkelen tot een hoogte waarbij men in staat was zowel uit zichzelf te treden en de sferen
te bereiken en eigen wereld uit niet-lichamelijk standpunt waar te nemen, dan wel in zichzelf
kon opgaan en tot contacten kon komen met de hoogste krachten. Aangezien dit in zijn geheel
moest worden omgezet volgens het geloof van de drie voertuigen, zoals de Egyptenaren dat
hadden, is het duidelijk dat men tot allerhande verwarringen kwamen tenslotte heeft
gemeend, dat het het scheppingsgeheim zelve bevatte. Het is overigens practisch identiek met
de legende omtrent de hermetische tafelen. Het hermetisch geheim is nl. practisch hetzelfde
als dat van Thoth en, wij kunnen zelfs door vergelijking van figuren vaststellen, dat zeer
waarschijnlijk de toeschrijving ervan aan Hermes (en niet alleen aan Hermes Trismegistus,
denkt u er wel om) door de afleiding Hermes uit Thoth mogelijk is, zodat hermetische
wetenschap waarschijnlijk een voortzetting is geweest van het Boek Thoth.
Het boek, dat we z.g. "Brenger naar het Licht" noemen, "Per A-em rheil" is dat een deel
van het Boek Thoth?
Ik zou het niet graag direct een deel daarvan noemen, ofschoon het berust op gegevens uit
het Boek Thoth. Het geeft dus een aantal esoterisch magische aanwijzingen waardoor de
innerlijke bewustwording mogelijk wordt, maar wijkt hier en daar - vooral door zijn
uitvoerigheid - dan toch wel af van de eenvoudige grondwetten en regelen, die in het
oorspronkelijke Boek Thoth werden genoemd.
Gaarne zou ik iets willen weten van: de Autogenes (de uit zichzelf Geborene of
Ongeschapene) zie, het systeem der Barbilioten; de Monogenes der Koptische Gnosis: de
Codex Brucianus.
Kort gezegd dit: In zichzelf éénzijnde kan men door uiting of bewustwording geborene zijn.
Zichzelve voort te brengen door het bewustzijn uit zichzelf naar buiten te verplaatsen brengt
de Goddelijke scheppingskracht voort. En ten tweede kun je zeggen: Wanneer de uiting
eenmaal is geschied, zal in die uiting een splitsing kunnen plaatsvinden, waarbij de beide
elkaar aanvullende delen, die uit één geheel zijn ontstaan, beide tot dit éne geheel kunnen
terugvloeien, maar ook elk voor zich als afzonderlijke eenheid volledig actief kunnen zijn. Dat
is heel in het kort gezegd wat daar zo mee samenhangt.
Wordt in de Verborgen Boeken ook de witte en de zwarte magie genoemd en was deze
toen in een reeds vergevorderd stadium?
Er is een tijd geweest, dat de magie practisch de gehele wereld beheerste. Zij was meer
omvattend dan alle wereldGodsdiensten op het ogenblik; zij vormde daarnaast de wetenschap
van die wereld. En de praktijk van de magie kan in de plaats worden gesteld van een groot
gedeelte van wat de huidige techniek heeft bereikt. Ofschoon de wereldbevolking in die dagen
veel kleiner was, kan toch worden gesteld, dat witte én zwarte magie practisch van het
ogenblik af, dat de mens zijn beheerst worden door de natuur doorbreekt en als zelfstandig
denkend weten optreedt, de mensheid heeft vervuld. Het onderscheid zwart en wit vloeit voort
– ik zeg het er nogmaals bij - uit de wijze waarop deze krachten en mogelijkheden worden
gebruikt, niet uit hun bestaan zelf. U kunt dus begrijpen, dat het zelfs in de oudste werken een
rol speelt.
Het boek der Sibyllën, dat keizer Augustus mocht openen en daarna weer verborg (of
vernietigde) wordt als belangrijk beschouwd. Is dit inderdaad het geval of mogen wij
hieraan voorbijgaan?
Het z.g. sibyllijns geheim bestond uit een aantal prognoses omtrent het verloop van de
geschiedenis van Rome en bevatte vele spreuken die als orakel konden worden gebruikt,
wanneer men een beslissing moest nemen. Daar degene, die inzage had van dit boek, ook kon
weten wat de politiek van Rome zou zijn, werd het natuurlijk altijd verborgen gehouden. Het is
zover mij bekend nimmer vernietigd, maar is iets ten noorden van Rome in een graf bijgezet.
Het graf was overigens - als ik mij niet vergis - niet Romeins maar Etruskisch.
Zal het nog eens worden teruggevonden, denkt u?
De mogelijkheid is niet uitgesloten. Opgravingen zijn op het ogenblik de mode. In geestelijk
opzicht echter lijkt me dit boek niet van belang. Het bestaat uit een aantal orakels en kan b.v.
worden vergeleken met de voorspellingen van Nostradamus. Vergeet niet dat Rome gedurende

057 – VERBORGEN BOEKEN 13


Orde der Verdraagzamen

lange tijd door het orakel werd geregeerd; dat wichelaars heel wat meer invloed hadden dan u
zich nu kunt voorstellen. Wichelaar zijn was wel een verantwoordelijk beroep, want als je een
vergissing maakte met het orakel, dan was je niet alleen orakel-af maar ook ex-mens.
Wat zijn de bronnen van de Rig Veda?
De Veda's en ook de Rig Veda, zullen we waarschijnlijk moeten herleiden tot die periode in
India dat er een contact bestond enerzijds met het Westen (die wijsheid is dus voor een deel
uit het Westen gekomen), ofschoon men anderzijds in het verleden toch ook met landen over
de oceaan betrekkingen had. En ik meen, dat althans een deel moet worden toegeschreven
aan vroeg Chinese denkers, een ander deel aan vroeg Brahmaanse wijsheid en tenslotte en
misschien niet het onbelangrijkste deel aan een thans verdwenen beschaving, die in midden
Afrika bestond. In alle zijn m.i. ook nog weer Atlantische invloeden merkbaar. Maar wanneer ik
deze bronnen noem, mag ik zeker ook niet uit het oog verliezen, dat dergelijke werken over
het algemeen ten dele op openbaringen berusten. Dat wil zeggen; ze zijn inspiratief ontstaan
en zijn vaak samenvattingen van leringen van grote leraren of geïnspireerden.
In die Rig Veda's komen hymnen voor, die bepaalde samenspraken kort weergeven. Men
veronderstelt, dat deze hymnen weergaven zijn van riten, die in de oudheid werden
opgevoerd.
Ja, ik weet dat die veronderstelling bestaat, Maar men vergeet één ding, dat is nl. dit: men
was vroeger geneigd om elke onderrichting, in een samenspraakvorm te brengen. Delen
daarvan kunnen mogelijk later wel eens opgevoerd zijn, maar erg waarschijnlijk acht ik het
niet, omdat nl. de Rig Veden behoorden tot de z.g. hogere leer. Ik vermoed dus niet, dat hier
sprake is geweest van werkelijke mysteriespelen, zoals u bedoelt, maar eerder zoals ik dus
heb gezegd: weergaven (samenvattingen vaak) van geïnspireerden en ook van meesters en
hun leerlingen.
En hoe denkt u dat die verzameling het eerst gecompileerd is? Hoe lang zou dat geleden
zijn, 3000 v. Chr. of nog langer?
Ja, als u de huidige vorm neemt, dan zult u waarschijnlijk wat dichter bij huis moeten blijven.
Dan denk ik dat 800 v. Chr. ongeveer de tijd is dat de huidige vorm - tenminste de nu bijna
nog bestaande vorm - bereikt werd. Als u het ontstaan zelf wilt zoeken, dan zult u waarschijn-
lijk terug kunnen gaan tot 6000 á 7000 v. Chr.
Boeken worden ons geopenbaard als de tijd rijp is, zei u. Maar het Boek der Openbaringen
is dunkt mij voor de hele Christengemeente volkomen duistere taal, ook 2000 jaar na de te
boekstelling. Wat heeft het voor zin gehad de mensheid al die gruwelen voor te houden?
Heeft het ook enige invloed ten goede gehad?
Ik zou gaarne willen opmerken dat het Christendom veel van zijn belangrijkste bezit heeft
getracht uit te roeien. Wanneer ik denk aan de bestrijding van het vrije denken, het esoterisch
en magisch denken o.a. tot uiting komend in grote vervolgingen, niet alleen b.v. tegen de Albi-
genzen maar ook tegen bepaalde esoterische denkers, de begrenzing van de mogelijkheden
van de alchemisten, de bestrijding van als tovenaars gebrandmerkte, wat vrijer denkende
filosofen. Het Christendom had deze termen wel degelijk kunnen kennen en begrijpen. Een
groot gedeelte van de in de Openbaringen voorkomende symbolen zijn n.l. nog terug te
vinden, zelfs nu, in een aantal hermetische beschouwingen omtrent de alchemie. Enrico del Pi-
sano is een van de eersten geweest, die gepoogd heeft daarover geschriften te publiceren, is
daarvoor o.a. in Florence gevangen gehouden en moest zelfs heel nederig later zijn eigen
geschriften ten dele bestrijden. Er zijn er natuurlijk nog meer te noemen. Maar over het
algemeen genomen was die kennis er wel; deze symbolen waren wel bekend. De Christenheid
echter zag zodra zij de macht kreeg, in het behoud van deze symbolen ook het behouden van
bepaalde kennis omtrent oude riten, ander denken en ander geloof. Op het ogenblik, dat het
Vaticaan een staat kreeg en er sprake was van een kerkstaat, begon men deze dingen te
bestrijden. Er zijn perioden geweest, b.v. tussen 1400 en zeg 1470, dat het koninkrijk Napels
een soort vrijhaven was voor dergelijke denkers. Er is ook een periode geweest in 1600 - nl.
van 1620 tot 1650, dat in Milaan en Florence in een soort concurrentie dergelijke dingen door
sommigen nog wel werden bevorderd. Over het algemeen werd deze kennis uitgeroeid, want
deze symbolen waren heidens. En daarom liet men deze symbolen liever worden tot een
onbegrepen iets en een onbegrepen geheel dan toe te staan, dat door deze openbaring iets
van anders denken en andere filosofieën in het Christendom zou voortleven. De bedreigingen,
die in deze openbaringen tot uiting kwamen, waren bovendien erg belangrijk en prettig, want
men kon daardoor steeds opnieuw tot een heilige oorlog oproepen. Zo komt het dus, dat op
14 057 – VERBORGEN BOEKEN
© Orde der Verdraagzamen Brochures

het ogenblik bijna niemand meer begrijpt, waar het over gaat buiten degenen, die in de
Perzische filosofieën, de Babylonische leer en symboliek thuis zijn. Die kunnen dat nl. nog wél
begrijpen. Maar die zijn niet zeker meer, omdat er zo veel tijd is verlopen en men soms de
symbolen wel kent maar niet hun juiste betekenis. Dus toen het werd geschreven, had het wel
degelijk zin. Maar het is, zoals zoveel in de christelijke leer, zinloos gemaakt door het
dogmatisme zonder zin.
Zijn er ook niet door de oude drukkers de geheime symbolen weergegeven in het
watermerk in het papier?
Nu, dat deden de drukkers dan niet. De drukkers maakten het papier niet. Maar er zijn
inderdaad bepaalde papieren met een merk geproduceerd, waarin dus b.v. zegels
voorkwamen. Er is een watermerk gebruikt voor folianten in ongeveer 1500 in Frankrijk,
waarin een zegel voorkomt, dat zeer sterk doet denken aan het z.g. latere zegel van Faustus.
Daar staat n.l. in het Hebreeuws een bepaalde spreuk in. We vinden elders een zegel, waarin
bepaalde symbolen, die een beetje doen denken aan de Vrijmetselarij van heden. Wij vinden
daar n.l. een winkelhaak in, een passer en bovendien een slang. En je zou dus kunnen zeggen
dat dit een gnostische ontwikkeling is van een vroegere geheimschool. Er zijn meer van die
voorbeelden te noemen. Dit laatste teken is overigens in Engeland verschonen; en dat is
handgeschept papier, dat gemaakt is ik meen aan de grens van Zuid-Wales indertijd voor een
abdij die van Glastonbury. En het ironische is, dat enkele bestrijdingen van heidense stellingen
door vlijtige monniken werden neergepend op een papier dat een zegel in zich droeg, waarin al
de bestreden stellingen waren aangeduid en gesymboliseerd.
Hebben deze openbaringen een toekomst? Worden ze een keer tot werkelijkheid?
Elke openbaring is altijd een werkelijkheid. Maar er zijn heel veel dingen, die de mensen niet
begrijpen. Om u een voorbeeld te geven, uit de Openbaringen van Johannes: de mens denkt
dat Armageddon in een bepaalde tijd valt. Hij begrijpt niet, dat Armageddon de strijd is buiten
de tijd tussen de twee tegenpolen: goed en kwaad, die terugzoeken naar éénwording. En als
verschijnsel van deze strijd zijn dus Gog en Magog beiden voortdurend in de wereld
vertegenwoordigd en is de strijd een blijvende en voortdurende, zelfs tot de overwinning toe,
die in de mens te allen tijde kan worden behaald n.l. op het ogenblik dat hij zich van de
eenheid in zichzelf bewust wordt. Zo zijn er meer van die dingen. Maar ja, je moet het kunnen
interpreteren, je moet weten wat het eigenlijk betekent. En zodra je dus naar een te uiterlijke
verklaring zoekt loop je vast.
In enkele boeddhistische geschriften vinden wij de namen van boeddha’s die aan
Siddhartha Gautama vooraf gingen. Waar komt die wetenschap vandaan? Kunt u daarover
iets zeggen?
Ik acht het geen wetenschap, tenzij u de namen wilt gaan vertalen; dan geven zij n.l. tezamen
een ontwikkelingsgang weer, die voor elke mens kan gelden. Het is n.l. niet mogelijk dat men
alle voorgaand fasen van een bepaalde boeddha kent. Deze kent hij alleen zelf, maar pas
nadat hij de status van boeddha, van verhevene en ontrukte dus, heeft bereikt. En op dat
ogenblik ziet hij dat als een eenheid en is dus de afzonderlijke fase voor hem niet meer
belangrijk en wordt ze door hem niet genoemd. Laat ons echter niet vergeten, dat de
Boeddhisten evenals de Christenen lijden onder een soort theologie en dat gezien de grote ver-
schillen in beschaving en leeropvatting. Zij hebben gezorgd voor een veel groter aantal
geschriften, veronderstellingen en filosofische bouwsels dan in het Christendom het geval is
geweest. Zij hebben er ten slotte iets meer tijd voor gehad, want voor de Boeddha was er
reeds een Boeddhisme, al werd het nog niet zo genoemd. Ik hoop u daarmee duidelijk te
hebben gemaakt, dat deze reeksen, zoals vele werken van de Boeddhisten, heel voorzichtig
moeten worden gelezen en eigenlijk ofwel in de eigen taal volledig moeten worden begrepen,
dan wel niet naar de woordkeus alleen en de woordgelijkheid maar ook naar de mogelijke
woordinhoud - dus sommige woorden met 2 á 3 betekenissen – zouden moeten worden
vertaald. Alleen dan zou je tot een werkelijk juiste interpretatie daarvan kunnen komen. Dat is
ook één van de redenen, waarom de verborgen boeken niet aan de eerste de beste gegeven
zullen kunnen worden en men dergelijke boeken dikwijls ofwel, onder leiding van een meester
mag inzien, als men zover komt, die dan zorgt voor de kennis, zodat je het kunt lezen, dan wel
een lange scholing daaraan voorafgaat. Twee mogelijkheden.

057 – VERBORGEN BOEKEN 15


Orde der Verdraagzamen

Die namen wijzen er dus in het geheel niet op, dat er vroeger manifestaties als die van de
Boeddha zijn geweest, die een soortgelijke leer hebben gegeven, welke men tot in verre
oudheid kan vervolgen.
Neen. Ze wijzen er wel op dat er in de mensheid een bepaalde ontwikkeling van een standpunt
is geweest in de richting van de leer van de Gautama Siddharthan
Gezien het feit, dat de geschiedenis en cultuur van China zo oud zijn, zijn er daar geen
verborgen boeken, of zijn deze alle verdwenen bij de beruchte boekenverbranding?
Het jammere voor China is dit, dat het schrift in China en vooral een behoorlijke
schriftbeheersing altijd het voorrecht is geweest van bepaalde klassen; en dat die klassen
altijd aan het heersend gezag onderdanig waren. Het gevolg daarvan is geweest, dat er in
China maar zeer weinig werkelijk verborgen werken zijn geschreven. Een van de belangrijkste
was een zuiver magisch werk: Het boek der Twee Draken. Het gaat hierin dus over de
tegenstelling tussen de Witte Draak en de Rode Draak een geeft dus eigenlijk aan: hemellicht
tegen chaossfeer en alle tussenliggende verschijnselen. Dit behoort inderdaad tot de verborgen
boeken en is op het ogenblik niet meer zo te krijgen. Je zou het niet te pakken kunnen krijgen,
zelfs al zou je die kopieën kunnen bemachtigen. Een dergelijk boek kan worden geschat op een
leeftijd van 3500 á 3600 jaar. Dus dat is nog niet zo heel gek lang geleden. Van de vroegere
leerstellingen is practisch niets bewaard, omdat China eigenlijk altijd ontzettend veel te lijden
heeft gehad van de trekken de bevolking aan zijn grenzen. Wij kennen China wel als een groot
en machtig rijk, maar we moeten niet vergeten, dat dit China zich pas rond 1200 voor Chr. als
een werkelijk groot en machtig rijk begon te vestigen. Dáár voor was er zeer grote
verdeeldheid. En het zijn ten slotte de Mansjoe's geweest, die China maakten tot wat het was
tot in uw dagen; het grote ene keizerrijk. Daarmede moet u rekening houden.
Jaren geleden heb ik een boek in handen gehad, dat heette het Oera Linda Boek. Daar
werden aanhalingen gedaan, die een beetje verwezen naar de grote vloed van Atlantis. Is
daar een werkelijke achtergrond of is het een mystificatie?
Achter het Oera Linda Boek is wel meer. Maar het is wel een typische samenvoeging van
fragmenten door mensenhanden. En we zouden het eigenlijk moeten beschouwen als een
vervalsing, als men pretendeert dat het zo onnoemelijk oud is. Het is een samenvoeging van
bepaalde oude leringen en gegevens. Dat is inderdaad waar. Maar het samenvoegen is, ik zou
haast zeggen, ook weer menselijk en willekeurig geschied en de publicatie in deze vorm van
het Oera Linda Boek doet mij eigenlijk denken aan wat ook wel eens is gebeurd in de 16e en
17e eeuw. Toen werden er brieven van Jezus aan zijn moeder verkocht en die schreef heel
goed engels. U moet me niet kwalijk nemen, dat ik het precies zeg, zoals het is. In deze
dingen zit heel vaak een grond van waarheid; er zitten heel belangrijke ware punten en
gegevens is, Maar wanneer het menselijk element als samenstelling optreedt dan krijgen wij te
maken met een menselijk interpretatie; en vooral waar sprake is van fragmenten, die dus op
verschillende wijze gerangschikt kunnen worden, is vaak de menselijke rangschikking op
zichzelf al fout. Wij hebben dat heel vaak gezien. En er zijn boeken, waarin grote en goede
leringen staan en die toch eigenlijk in zekere zin als een vervalsing moeten worden aangeduid,
omdat zij in bepaalde delen zelfs onjuist of gewild sensationeel zijn ofwel gebruikt worden om
een zeer bepaald iets bewijzen. Dat is altijd fout.
Zijn er nog verboden boeken? Boeken die niet gepubliceerd zijn?
De index wordt voortdurend herzien. Er staan boeken op de index, omdat er iets in geschreven
wordt over een dame, die niet veel minder liet zien, dan men tegenwoordig in avondtoilet
doet. Maar deze index geeft dus niet direct iets vrij, waarvan je kunt zeggen: Nu ja, dat is zo
groot, zo belangrijk. Die werken zijn, als ze enigszins van belang zijn of sensationeel toch wel
te krijgen. Neen, het wordt alleen belangrijk, wanneer men eens een keer opening zou geven
van de z.g. 3e bibliotheek in het Vaticaan, de afgesloten bibliotheek. Daar bevinden zich een
aantal zeer oude folianten en verhandelingen, die allerhande interessante belichtingen geven,
zelfs van de wijze, waarop bepaalde dogmata tot stand kwamen en ook omtrent afwijkende
interpretatie van bepaalde evangelische uitspraken. Wij vinden er zelfs een aantal kopieën in
van z.g. afgekeurde Apocrieven, dus Evangeliën die apocrief worden beschouwd, die gevaarlijk
voor het geloof worden genoemd.
Over autogenese heeft u verteld van cellen, die veranderen, waardoor een mens ook kon
veranderen. Nu heb ik daar ook nog bijstaan de monogenese. Is dat iets anders? Het ene is
van de Barbilioten en de andere is van de koptische gnosis. Is daartussen nog verschil?

16 057 – VERBORGEN BOEKEN


© Orde der Verdraagzamen Brochures

Ja, daartussen is inderdaad een verschil, omdat men bij de monogenese uitgaat van een grote
kracht, één grote scheppende, hervormende kracht. Terwijl men bij de autogenese uitgaat van
het innerlijk “ik". Ik hoop, dat de termen begrijpelijk zijn. Volgens mij ligt daarin wel degelijk
een verschil, omdat monogenese wel kan worden bereikt door een innerlijke afstemming op de
Godheid b.v. en een weerkaatsing is van het ontstaan van de schepping, terwijl de autogenese
de zelfvoortbrenging maar ook de zelfdeling inhoudt. Dus autogenese wil zeggen, dat men in
zichzelf a.h.w. ook tegendelen en daardoor de nieuwe mogelijkheid tot leven schept. Het "zelf"
lijkt mij hier toch wel het verschilpunt te vormen en als zodanig zou ik beide - mogelijkerwijs
in werking gelijk - dan toch in bron en zeker in uitlegging wel verschillend achten.
Het is zo: ik heb die autogenese en monogenese gekoppeld aan een gedachte, die ik
ondertussen ook op schrift heb gezet. Mijn gedachte is deze. Het gaat over de zelfmaking
van God. En het handelt over de fouten van het Christendom. De fouten, die volgens mij te
wijten zijn aan de geestelijke instelling van het joodse volk in die tijd. De Joden stuurde het
lam beladen met de zonden van het volk de woestijn in om een vertoornde God tevreden te
stellen. Jezus moest aan het kruis genageld worden om God, - Die eigenlijk de mensen
moest verdoemen doordat de mensen zo zondig waren – tot erbarming te brengen. En dat
heb ik van jongs af aan fout gevonden en ik heb ook van jongs af aan gedacht: Daar zit
iets verkeerds in het huidige christelijke geloof.
Ik kan u dit zeggen: Uw stelling, dat de instelling van de Joden verkeerd is, is natuurlijk
eigenlijk niet juist. En wel, omdat het Jodendom niet gebaseerd was - zoals men algemeen
aanneemt - op een werkelijk monotheïsme, maar in feite twee Goden kende; Dit blijkt o.m. uit
de wijding wanneer het lot getrokken is van de ene bok aan Jehovah (Jahweh) en de tweede
bok aan Ades(?); vandaar dat hij de zondebok wordt. En deze Ades is de vertoornde God. Dat
is heel typisch. Het is nl. een God van de semietische woestijnstammen, die indertijd in de
woestijn levende met Mozes samen de bevrijding, de uittocht hebben mogelijk gemaakt. De
gedachte aan twee Goden (een goede en een kwade) is in het Christendom niet aanwezig in
Jezus' leer, maar is overgenomen door de Christenen, vooral wel onder invloed - als ik mij niet
vergis - van Paulus. De Paulinische beschouwingen hebben het Christendom m.i. vaak
vervalst. Ik ben het met u eens, dat de huidige maatschappij verkeerd staat. En ik zou zelfs
verder willen gaan dan u deed. Ik zou nl. dit willen zeggen: Zoals God in Zich de Eeuwige is,
maar Zich uitend Zichzelve wordt (dus het kenbare ik), zo kan de mens ditzelfde doen. Het is
juist hierin, dat het woord in de bijbel "geschapen naar Gods beeld en gelijkenis" bijzonder
scherp tot uiting komt. Wanneer Hij in Zichzelve echter tot openbaring is gekomen en zo tot
uiting, zo zal Hij niet kunnen volstaan met alleen te Zijn. Elke openbaring in zichzelf, elke
uiting, vraagt handeling. Elke handeling impliceert twee tegengestelden, plus het tijdsverloop.
Dat wil zeggen - om het nu heel eenvoudig te stellen - dat de bewuste en volmaakte mens in
zich een kosmos wordt. Ik geloof, dat u wel begrijpt dat ik hier en daar voor de duidelijkheid
iets citeer. Wanneer we dit nu stellen, dan kunnen wij nog verder gaan natuurlijk dan alleen
die kosmos. Want wanneer ik kosmos ben en ik vind in het kosmische, volmaaktheid, dan
ontstaat wat wij noemen een perfecte eenheid van trilling of harmonie waardoor het totaal van
het "ik" volkomen gelijk vibreert met het totaal van de Goddelijke uiting. En dan houden de
eigen tegenstellingen op en worden vervangen door de Goddelijke begrenzingen alleen,
waarbij de verantwoordelijkheid van het "ik" in de eigen kosmos a.h.w. wordt opgelost in de
Goddelijke verantwoordelijkheid voor de Goddelijke kosmos. En van daaruit is dan de perfecte
inkeer mogelijk, waarbij de uiting dus sterft (de Hindoe zegt: nacht van Brahma. Wij zouden
zeggen het Einde der tijden). En in dit einde der tijden bewust zijnde en blijvende, kan men
zelf dus weer de schepper zijn. Dat wil zeggen. elk element dat dit punt bereikt heeft, kan als
vertegenwoordiger van de totale schepping in zichzelf een eigen kosmisch beeld in de materie
uiten en weer uitstuwen, zodat de nieuwe kosmos met bewustwordingsmogelijkheid ontstaat
voor datgene, wat heeft gesluimerd d.w.z. wat niet in zichzelf kosmisch bewust was. Dat is
eigenlijk het hele beeld. Een zeer interessant beeld. Vooral omdat dit beeld niet alleen op
bepaalde - laten we zeggen - meer christelijke leer en dergelijke teruggaat, maar terug kan
worden gevonden zelfs in die oudste hindoegeschriften.
Overkoepeld. Als het nog mag, dan wilde ik graag nog dit zeggen. Ik zie deze wereld, deze
kosmos als een kosmos die eeuwig heeft bestaan en eeuwig zal blijven bestaan en oneindig
is, omdat God, de absolute God, eeuwig en oneindig is en omdat Hij Zijn zelfmaking weer
voltrekt. En die zelfmaking voltrekt in wezens gelijk wij zijn, niet alleen op deze aarde maar
ook ver weg in een oerlang verleden. Vandaar dat er al hiërarchieën bestaan en mensen

057 – VERBORGEN BOEKEN 17


Orde der Verdraagzamen

zijn, die volkomen ééngeworden zijn met de Vader. Want ik zie tussen de absolute God,
Die in rust verkeert, nog een andere die werkt. En dat noem ik God, de Vader, de
Schepper. God, de Schepper, die is álles. Je kunt hier dus niet van een getal preken, zoals:
er is maar een God; je kunt ook niet zeggen: er zijn maar twee Goden. Neen. God is alles.
Dat heeft met mathematica niets te maken. Ja, tot op zekere hoogte. Je hebt natuurlijk
mystieke getallen, maar dan gaat het weer een andere richting uit. En nu is het in ons, wij
die de vonk van God de Vader dragen, moeten die vonk tot leven brengen. Die vonk moet
aangewakkerd worden. En wanneer het zover is, dat wij kunnen zeggen; zoals Jezus
Christus heeft gezegd; "Ik en de Vader zijn één." dan kunnen wij in God de Vader treden
en dan zijn wij ook volkomen één met Hem. Tenzij wij een taak krijgen om de mensheid te
leiden.
Ik kan alleen dit zeggen - ik hoop dat de aanwezigen het met mij eens zijn -. Ik heb het
prettig gevonden om eens niet alleen te moeten doceren maar ook te mogen luisteren. Ik kan
zeggen, dat uw stelling als geheel, zoals u haar hier naar voren brengt, m.i. juist is. We
zouden de formulering van sommige punten ongetwijfeld kunnen strijden maar als kernidee,
ja, die is m.i. juist. En hoe we dit formuleren lijkt van minder belang. Ik mag dus wel zeggen
dat ik erg blij ben dat u deze vraag naar voren hebt gebracht, aan het einde juist van dit
onderwerp, Want, vrienden, wanneer wij goed nadenken, dan vinden wij in deze these, die nu
even besproken wordt alles in de wereld terug; al deze verborgen werken, al deze magische
kracht. Want al die leringen berusten op hetzelfde principe: nl. het ín je scheppen van een
bepaalde waarde en het via deze waarde (éénworden met de Vader) puntsgewijs harmonisch
worden met de grootkosmische Kracht om daarin op te gaan. Waar dit het doel is geweest van
alle inwijdingswerken, lijkt me dit uit het oude voortkomende in een moderne samenvatting
toch wel een waardig slot.
En dan wil ik nu sluiten met een citaat uit een heel oud werk.
"Indien gij zijt, zo ken uw wezen. Doch wie zijn wezen kent, kent nog zichzelf niet, tenzij hij
in zichzelf het eeuwig leven en het eeuwig wezen ziet en weet: ik heb in 't kosmisch streven
mijzelf ontmoet en ben nu met mijzelf versmolten."
"Ga, gij die reist. En als de zon u zingt en als de maan u spreekt en sterren u hun tale
geven en drinkt ín ....het is levend licht. Wie al slechts in zich draagt en leven kan daarmee,
hij vindt het einddoel. In hem is niet slechts alle kracht en macht gelegen, doch het weten,
dat de tijd omvaamt en al in één weer waar doet worden."
Het is een zeer vrije vertaling. Ik zou het natuurlijk in het oorspronkelijke hebben kunnen
zeggen, dan is het misschien veel aantrekkelijker. Maar ja, dat is voor u minder verstaanbaar.
Ik hoop echter, dat u dit slotwoord wilt zien als een soort dedicatie voor de avond en voor het
streven, dat wij kennen. Laten we hopen, dat dit ook in u leeft. Ik ben u dankbaar voor uw
vragen. Ik hoop, dat u het met mij eens bent, dat als geheel de avond vruchtbaar mag worden
genoemd.

18 057 – VERBORGEN BOEKEN

Das könnte Ihnen auch gefallen