Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Persoonlijk leerdoel:
Ik wil werken aan het consequent handelen en orde houden.
Dit heeft ook te maken met de effectieve leerkrachtcommunicatie. (Dit komt allen terug in mijn pop)
Ik ben bezig met mijn POP, waarin ik rekening houdt met het gedrag van leerlingen en het gedrag van de groep.
Ik wil voor mezelf rekening houden met de verschillen in niveaus. Ik wil hier op inspelen door rond te lopen en kinderen te helpen waar dit nodig is.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
Productdoel: Procesdoel:
-De kinderen kennen alle werkwoordsvormen. Dit zou herhaling moeten de leerlingen laten zien dat zij als groep samen kunnen werken aan de toepassing van
zijn. Alle werkwoordsvormen komen dit jaar aan de orde. verscheidene werkwoorden. Ik vraag aan de leerlingen:
-De kinderen kunnen alle werkwoordsvormen toepassen. -Hoe verliep de samenwerking?
-Was
6. Leerlingen vervoegen en spellen voltooid deelwoorden van werkwoorden dit leerzaam?
op ven/-fen en
zen/-sen (beloofd, gereisd). -Wat kon beter?
(Komt overeen met Cito werkwoordspelling E7,M8 categorie 3.2)
7. Leerlingen vervoegen en spellen werkwoorden op den in de tegenwoordige tijd bij inversie: persoonsvorm-
Productdoel:
onderwerp (word jij?, vind jij?, houdt u?). De leerlingen werken samen en komen zo tot het uiteindelijke product. De verwerking
(Komt overeen met Cito werkwoordspelling M8 categorie 1.3) Wordt volgens
hiervan referentieniveaus
wordt weergegeven verwacht 3F
door middel van een coperatieve werkvorm.
8. Leerlingen vervoegen en spellen bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoorden met dubbelvormen: vergrote-
vergrootte (de vergrote foto, het verlichte pad).
(Komt overeen met Cito werkwoordspelling,M8 categorie 4.2)
De leerlijnen van spelling in groep 8 volgens leerlijnsld.
Procesdoel
-De kinderen kunnen samenwerken tijdens een coperatieve werkvorm.
Beginsituatie:
Didactisch
De kinderen zouden in groep 8 alle werkwoordsvormen al moeten kunnen. Dit is in de vorige leerjaren al aan bod gekomen. In de bovenbouw komt dit aan bod. (groep
5,6, 7 en 8) In groep 8 is er dus vooral veel herhaling.
Dit haal ik uit het gesprek met mijn mentor.
Een aantal leerlingen zullen hier nog wel moeite mee hebben.
De groepsverhouding is als volgt. Er zitten 18 jongens en 13 meisjes in de klas.
P. zal moeite hebben met de werkwoordsvormen. Dit haal ik uit eerdere observaties.
Ook denk ik dat S. hier moeite mee zal hebben.
Volgens Tule slo:
Taalbeschouwing, waaronder strategien
Kerndoel 11
De leerlingen leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij kunnen in een zin het onderwerp, het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde
onderscheiden. De leerlingen kennen:
regels voor het spellen van werkwoorden;
regels voor het spellen van andere woorden dan werkwoorden;
regels voor het gebruik van leestekens.
Pedagogisch
De kinderen werken niet dagelijks in groepjes. De groepjes zijn op een heterogene manier samengesteld. Ik heb gekeken naar de sterkere leerlingen en de
zwakke. Ook heb ik de jongens en meisjes door elkaar gegooid. De leerlingen die opvallend vaak negatief zijn gekozen wil ik meer betrekken bij de groep. Dit ga ik
dus doen door heterogene groepen samen te stellen.
Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
5 minuten Ik wil de inleiding vooral interactief houden. De De leeractiviteit van de leerlingen in deze is dat ze meedoen Digibord
Interactieve allereerste vraag die ik voor de leerlingen heb met een interactieve les. De kinderen leren na te denken
les. Hoe zat luidt als volgt: wie kan mij een werkwoordsvorm over welke werkvoordsvormen er nu allemaal zijn. De
het ook noemen? kinderen die visueel ingesteld zijn zullen het gemakkelijk
alweer met Ik inventariseer de werkwoordsvormen die door vinden dat ik de vormen op het bord schrijf. Andere
de de leerlingen worden genoemd. Deze schrijf ik leerlingen luisteren en slaan op wat er gezegd wordt.
werkwoorde op het digibord.
n? Ik wil dat de kinderen niet te lang stilzitten, dus
ga hierna zo snel mogelijk aan de slag.
15 minuten Werkwoorde Ik vraag aan de leerlingen welke werkwoorden Digibord, vel A3
n verzinnen. we nu eens kunnen vervoegen? De De kinderen denken na over werkwoorden die zij kennen.
Samenwerk werkwoorden die worden genoemd door de Ze zien al 4 werkwoorden op het bord staan. Ze gaan bij
end leren. leerlingen schrijf ik op het bord. Ik vertel de zichzelf na welke werkwoorden zij kennen. De kinderen
leerlingen dat ik 4 werkwoorden heb gedacht. steken hun vinger op wanneer zij het antwoord weten. Op
Placemat Welke werkwoorden kennen jullie? (dit kan ik deze manier zorg ik voor een interactieve les. Het woord
niet verwoorden in mijn lesvoorbereiding, omdat gaat van de leerkracht naar de leerling.
ik dus niet weet welke werkwoorden er door de
leerlingen worden genoemd. )
Werkwoordenlijstje
1. verkopen
2. verwerken
3. begrijpen
4. graven
Vooraf heb ik nagedacht over de groepen die ik
wil gaan maken. Deze worden heterogeen De leerlingen gaan zich opstellen in de opstelling die ik van
samengesteld. Deze groepen staan onderaan in ze vraag. Kinderen die visueel zijn ingesteld kunnen zien
de bijlage toegevoegd. Ik vertel wie bij wie hoort waar zij moeten gaan zitten. Net als de leerlingen die liever
en toon dit op het digibord. Ik vertel de luisteren. Hiervoor worden de namen opgelezen. In deze
leerlingen dat zij allemaal een nummer krijgen samenstelling kunnen de kinderen aan de slag gaan met
toegewezen. Elk kind wordt genummerd vanaf 1 samenwerkend leren. Ze stellen vragen wanneer de
t/m 4. Ik vertel de leerlingen dat ze nu een eigen opdracht niet duidelijk is.
rijtje krijgen toegewezen.
1 schrijft van alle 8 de werkwoorden de
tegenwoordige tijd op.
2 schrijft van alle 8 de werkwoorden de
verleden tijd op.
3 schrijft van alle 8 de werkwoorden het voltooid
deelwoord op.
4 schrijft van alle 8 de werkwoorden de infinitief
op.
Ik geef een teken wanneer elk kind klaar is. Nu Nadat het vel gedraaid is kijken de leerlingen elkaars werk
mag je het vel draaien. De volgende van de vier na. Het is de bedoeling dat ze het andere werk niet
heeft nu de kans om het werk van de ander na afkraken, maar op dit moment verbeteren en het er
te kijken. Ik benadruk dat ze de ander niet op naderhand met ze over hebben.
een fout moeten wijzen, maar uitleggen waarom
het anders kan.
Nadat n persoon jouw werk heeft nagekeken, De leerlingen discussiren met elkaar over wat de goede
volgt er een bespreking van de groep, zeg ik antwoorden zijn. Ze vragen zich af of er fouten zitten in het
tegen de leerlingen. werk van de ander. De kinderen krijgen tijd om elkaar te
helpen. Hoe kan het anders?
Ik vertel dat alle nummers 3 naar voren mogen
komen met hun placemat. Ik laat n voor n De leerlingen bespreken samen met de leerkracht en de
de rijtjes met werkwoorden zien. Zo kunnen ze klas de opdracht.
bekijken hoe de groep dit samen heeft
uitgevoerd. Dit is als het ware de coperatieve
werkvorm bordwerk.
15 minuten Ik vertel de leerlingen dat ze nu de verwerking De kinderen maken de verwerking zelfstandig op de tablet. Snappet
op snappet mogen maken, die aansluit bij
werkwoordspelling. (zelfstandig)
Ik heb tijdens mijn instructie een nieuwe werkvorm gentroduceerd. Ik vind dat de leerlingen dit goed hebben opgepakt. De leerlingen zijn
actief aan de slag gegaan met de werkwoorden. Ik heb gemerkt dat voor sommige kinderen dit nog erg lastig is. De kinderen hebben naar
mijn idee op een positieve manier kennis gemaakt met de coperatieve werkvorm. Zij hebben dit in heterogene groepen uitgevoerd. Ik liep
rond voor vragen. Ik was de begeleider van de leerlingen. Ik wilde de kinderen zelfstandigheid geven en hierna overleg laten plaatsvinden.
9 30
21 29
23 19
27 5
11 13
10 3
2 4 26
14 22 31
Bijlage 2 Format Toelichting lesontwerp
Klas: PEHVC16
Toelichting/ onderbouwing van keuzes
Welke keuzes heb
ik gemaakt? (denk hierbij met
name kernbegrippen uit (vak-) specifieke
theorie)
Pedagogisch: Er is in de Om het pedagogisch klimaat zo sfeervol
Kennis over (kinderen in) de groep is beginsituatie rekening mogelijk te houden. Wil ik heterogene
nadrukkelijk verwerkt in de gehouden met de groepen samenstellen. Die allen met
omschrijving van de beginsituatie van samenstelling van de groepen. elkaar op een gangbare manier om
de groep, zowel in pedagogische zin Dit is op een heterogene kunnen gaan. Deze groepssamenstelling
(gedrag, groepsverhoudingen, manier. De groepsverhouding is gericht op het betrekken van alle
groepsdynamiek) als in didactische zin ligt zo, dat veel jongens leerlingen bij de groep. Gekeken naar het
(vakspecifieke beginsituatie). aangeven niet graag met sociogram zijn de negatief gekozen
meisjes samen te werken. Ook leerlingen bij positief opvallende
weet ik dat R. vaak negatief leerlingen neergezet. Over de groepen is
wordt gekozen. Met haar, J. en dus nagedacht.
S. heb ik rekening gehouden
met de samenstelling van de
groepen.
De lesdoelen zijn afgestemd op de De lesdoelen sluiten aan bij de De lesdoelen zijn vrij logisch te
beginsituatie. In de formulering ervan beginsituatie. Dit zie je eerder verklaren. Voordat de leerlingen de
wordt zichtbaar dat kennis in de verantwoording al school verlaten zouden zij alle
van vakdidactiek en leerlijnen op een terugkomen. De leerlijn hoort werkwoordsvormen moeten kennen en
logische manier is verwerkt. bij het spellen van kunnen toepassen. Niet elke leerling kan
werkwoorden. De kinderen dit op een bepaald niveau. Dat is de
zouden deze regels moeten reden waarom hierin wordt
beheersen. In de verwerking opgedifferentieerd. De een krijgt
snappet werken kinderen dus makkelijkere zinnen dan de ander.
op hun eigen niveau. Op deze
manier wordt er gemakkelijk
gedifferentieerd.
Ik heb een samenwerkende Op deze manier kan ik een sfeervol
Werk- en groeperingsvormen zijn vorm gebruikt om de leerlingen pedagogisch klimaat creren. Leerlingen
afgestemd op specifieke kenmerken in heterogene groepen aan de zijn met elkaar bezig en leren van elkaar.
van de groep n op specifieke slag te laten gaan. Deze
kenmerken van vakdidactiek. samenwerkende/copertieve Ook de leerlingen die negatief opvallen
werkvorm wordt beschreven in worden zo juist weer bij de groep
de lesvoorbereiding. Het wordt betrokken. Ik wil een groepsgevoel
placemat genoemd. Ze kunnen creren met de gehele klas. Dit is te
van elkaar leren en zijn ook realiseren door steeds andere
constant met elkaar bezig. heterogene groepen samen te stellen. Op
Ieder heeft zijn/haar eigen deze manier zien leerlingen wat zij aan
inbreng. elkaar hebben en hoe een ander te werk
gaat.
Bij de groep zijn er een aantal
leerlingen die negatief worden
gekozen door de groep. Nog
eens op een rijtje. S., R., J., W.
en V. Ik houd rekening met de
samenstelling en probeer ook
hen, vooral R. en J. er positief
bij te betrekken. Zij zijn degene
die het vaakst negatief werden
gekozen. Ook zij moeten
betrokken worden en
samenwerken met de rest van
de groep.
Voor het behalen van mijn De werkvorm sluit aan bij het g-i-p-s
Werk- en groeperingsvormen zijn lesdoelen heb ik gekozen voor principe.
functioneel ondersteunend bij het een samenwerkende vorm. Dit
behalen van de lesdoelen. is functioneel voor het behalen
Gelijke deelname.
van het lesdoel. De leerlingenIndividuele aanspreekbaarheid.
moeten aan het einde van de Positieve wederzijdse afhankelijkheid.
les alle werkwoordsvormen Simultane interactie.
kennen/kunnen toepassen. Door elkaars werk na te kijken kunnen
leerlingen van elkaar leren. Zij denken na
over hun eigen verwerking maar ook dat
van de ander. Zij proberen een ander te
helpen.
Differentiatie is een woord dat aansluit bij
het werken op eigen niveau. Waarom is
dit belangrijk? Dit is erg belangrijk omdat
Eveneens de latere verwerking
niet elke leerling het hoogste niveau
van de werkwoorden op
aankan. Hetzelfde geldt omgekeerd. De
snappet. Leerlingen kunnen
ene leerling heeft meer uitdaging nodig
hier op hun eigen niveau
dan de ander. Snappet is een goede
verder werken aan de
manier van zelfstandige verwerking. Voor
opdrachten.
eventuele vragen ben ik er altijd om te
helpen. Deze verwerking en coperatieve
werkvorm gekoppeld levert een optimaal
resultaat op. De leerlingen leren van
elkaar, maar werken hierna alsnog op
eigen niveau.
t.t hij/zijvorm
v.t. ik vorm
tegenwoordig deelwoord
voltooid deelwoord
Literatuur:
Paus, H. et al. (2014). Portaal. Bussum: Coutinho. (hoofdstuk 6, pag. 274-336).