Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
Persoonlijk leerdoel:
- Ik ken de namen van de kinderen in de klas.
- Ik heb de klas onder controle (dit is de een van de eerste les die ik geef in deze les, dus ik wil zien of dat ik dat ook in deze klas kan). Dit is doormiddel van het
waarschuwen van kinderen en zorgen dat het rustig is als ik instructie geef.
Met de tussendoelen:
- De kinderen kunnen seconden en minuten omrekenen.
- De kinderen kunnen oppervlakten uitrekenen.
- De kinderen overleggen tijdens het zelfstandig werken op een
rustige manier.
Beginsituatie:
De klas bestaat uit 26 kinderen waarvan twee kinderen dyslexie hebben. Deze kinderen worden vaak geholpen bij het voorlezen van bepaalde opdrachten. De groep is
gewend om samen te werken, maar ik wil ervoor zorgen dat de groep nog beter gaat samenwerken. Dit ga ik doen door elke keer als ze samenwerken ze met andere
kinderen te laten samenwerken. Sommige kinderen voelen zich namelijk alleen en dit is omdat er kliekjes zijn in de klas. Ik wil er dus voor zorgen dat er minder kliekjes
ontstaan doordat ze met alle kinderen leren samenwerken (ze leren elkaar beter kennen). Dit is allemaal beschreven in mijn typering en overdenking.
De Schalm werkt met Snappet, dit betekend dat de kinderen al hun opgaves maken op de tablet. De methode die ze gebruiken is wereld in getallen.
De kinderen hebben allemaal een flashbordje in hun laadje liggen, deze worden vaak gebruikt tijdens de rekenles. Mijn mentor vind het belangrijk dat de kinderen niet
alleen maar de dingen zien op het digibord maar ook in het klaslokaal. Zo gebruikt ze maatbekers, magneetbreuken, een klok etc. om de lessen interessanter te
maken. Ze zijn hiervoor heel erg bezig geweest met breuken en ze zijn ook heel erg bezig met cijferen.
Bij rekenen werken ze met een sterrensysteem, een ster is voor de kinderen die moeite hebben met kinderen, 2 voor de kinderen die het goed doen bij rekenen en 3
voor de kinderen waarbij het rekenen ze heel makkelijk af gaat. Tijdens de uitleg mogen de kinderen met 3 sterren na een korte uitleg zelfstandig verder werken als ze
het snappen. De kinderen met 1 ster krijgen na de instructie nog extra uitleg voor aan de instructietafel. De verschillende stergroepen moeten ook verschillende
opdrachten maken. Bij rekenen zijn er ook kinderen die als ze klaar zijn met de les verder mogen werken aan andere rekenwerkjes, dit is dan Kien of een groen
rekenboekje (dit zijn moeilijkere opdrachten). Een keer in de week neemt de andere docent uit groep 6 alle kinderen die het groene boekje hebben mee voor vragen en
uitleg en Kien wordt ook een keer in de week besproken.
Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
10 minuten Start Met flashbordjes (mapjes met stift). - De leerlingen luisteren. Digibord
Hoe vaak past een half uur in een uur? - De leerlingen schrijven op de flashbordjes. Wiskaartjes (mapje waar
Hoe vaak past een kwartier in een uur? - De leerlingen doen mee met de opdracht. ze op kunnen schrijven).
En hoeveel minuten is dit? - De leerlingen maken opgave 1. Stift
Hoeveel minuten zitten er in een uur? - De leerlingen overleggen rustig met elkaar. Tablet
Hoeveel seconden zitten er in een minuut?
De lesdoelen zijn Ik heb een kerndoel uitgekozen van www.tule.slo.nl en hierbij heb ik tussendoelen gemaakt.
afgestemd op de Bij deze doelen heb ik proces- en productdoelen gemaakt. Mijn procesdoel heeft te maken
beginsituatie. In de met samenwerken en hier heb ik voor gekozen vanwege mijn overdenking. Dit is een doel
formulering ervan wordt waar ik meerdere lessen aandacht aan besteed.
zichtbaar dat kennis van Mijn productdoelen zijn dat de kinderen seconden en minuten kunnen omreken en dat de
vakdidactiek en leerlijnen kinderen oppervlakten kunnen uitrekenen. Deze doelen kan ik controleren tijdens en na de
op een logische manier is les.
verwerkt.
Werk- en Je hebt verschillende leer- en onderwijsprincipes. Deze worden vaak in paren beschreven.
groeperingsvormen zijn Het eerste woord verwijst dan naar het leerprincipe en het tweede woord naar het
afgestemd op specifieke onderwijsprincipe. Het leerprincipe is de manier waarop kinderen leren en het
kenmerken van de groep n onderwijsprincipe is wat er in het onderwijs gedaan moet worden om dit leren te stimuleren.
op specifieke kenmerken Bij rekenen zijn de volgende paren bekend:
van vakdidactiek. - Construeren en concretiseren;
- Niveaus en modellen;
- Reflectie en eigen productie;
- Structuren en verstrengelen;
- Sociale context en interactie (Oonk et al, 2015).
Tijdens de introductie werk ik met wisbordjes. Ik kan dan zien wat ze al weten van tijd. Mijn
mentor gebruikt deze bordjes ook vaak tijdens haar rekenlessen. Wisbordjes zorgen ervoor
dat iedereen geactiveerd wordt en dat je snel kunt monitoren of iedereen goed meekomt. Dit
is allemaal tijdens de les, zodat je nog kunt bijsturen en feedback kunt geven (Hollingsworth
& Ybarra, 2015).
Werk- en De kinderen overleggen als ze een opgave moeten maken bij de instructie. Ze vertellen aan
groeperingsvormen zijn elkaar hoe zij het aanpakken en leren elkaar eventueel nieuwe manieren. Er wordt gebruikt
functioneel ondersteunend gemaakt van 3 paren van de reconstructiedidactiek, hierdoor kunnen ze de doelen beter
bij het behalen van de behalen. Er wordt gebruik gemaakt van wisbordjes om het doel over het tijd te behalen. Ik
lesdoelen. kan dan zien of ze het goed hebben begrepen of dat ze nog extra uitleg nodig hebben.
Een aanzet tot De kinderen werken in tweetallen aan een opgave bij de instructie. Ze helpen elkaar om tot
samenwerkend leren krijgt nieuwe ideen te komen. Een paar kinderen vertellen ook aan de klas hoe ze het hebben
op een logische wijze plek in opgelost, andere kinderen mogen hierop reageren en hun ideen vertellen. De kinderen
het lesontwerp.* geven elkaar nieuwe ideen over hoe je de opdracht kan oplossen.
De proces- en Ik bespreek (kort) klassikaal met de klas hoe de les is gegaan. Of we de doelen hebben
productdoelen worden behaald en hoe ik vond dat de kinderen hebben gewerkt. Ze hebben voor de evaluatie best
expliciet gevalueerd met lang zelfstandig zitten werken en dus pak ik alles even terug door het klassikaal te
de kinderen. bespreken.
De werkvormen die worden De evaluatie is klassikaal, dit is vaak tijdens de rekenles. Mijn mentor pakt dan alles even
gehanteerd bij evaluatie terug en bespreekt hoe de les is gegaan en of de doelen zijn behaald. Tijdens de opdrachten
zijn passend bij bij de instructie is ook gevalueerd, De kinderen bespreken de opdrachten die ze hebben
vakdidactiek en sluiten aan gemaakt en bespreken hun strategien. Bij de herhaling van de vorige les worden wisbordjes
op specifieke kenmerken gebruikt. Er wordt dan gevalueerd of de kinderen de stof nog begrijpen. Dit is op een
van de groep. activerende manier en deze manier zijn ze gewend. Mijn mentor gebruikt vaker wisbordjes
tijdens de lessen.