Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
0.1 ☐ ☐ ☐
0.2 ☐ ☐ ☐
0.3 ☐ ☐ ☐
0.4 ☐ ☐ ☐
0.5 ☐ ☐ ☐
0.6 ☐ ☐ ☐
0.7 ☐ ☐ ☐
0.8 ☐ ☐ ☐
0.9 ☐ ☐ ☐
0.10 ☐ ☐ ☐
1. Scheepscertificaten en Documentatie
No. Vraag Vervaldatum OK NOK N.V.T
Certificate of Classification ☐ ☐ ☐
Meetbrief ☐ ☐ ☐
Agentschap Telecom (vergunning gebruik
☐ ☐ ☐
freq.ruimte)
1.2
Verklaring Inbouw en Functioneren Radar
☐ ☐ ☐
installatie/bochtaanwijzer
NIWO Certificaat ☐ ☐ ☐
Rijnvaartverklaring ☐ ☐ ☐
Rijnpatent ☐ ☐ ☐
Dienstboekje ☐ ☐ ☐
Vaarbewijs ☐ ☐ ☐
VCA Certificaat ☐ ☐ ☐
Radarpatent ☐ ☐ ☐
Certificaat Brandblussers ☐ ☐ ☐
Certificaten Hijsgerei ☐ ☐ ☐
Certificaat Reddingsvlot ☐ ☐ ☐
Veegtest RACM ☐ ☐ ☐
Keuringen Reddingsvesten ☐ ☐ ☐
2. Veiligheidsuitrusting
No. Vraag OK NOK N.V.T
Zijn er voldoende gekeurde blustoestellen, op de goede plaats
☐ ☐ ☐
en met pictogram? (ROSR 10.03.1)
2.11 Hebben de ventilatiepijpen brandkleppen die gangbaar zijn? ☐ ☐ ☐
1Op de volgende plaatsen moet telkens één draagbaar blustoestel overeenkomstig de Europese
normen EN 3-7 : 2007 en EN 3-8 : 2007 aanwezig zijn:
a) in het stuurhuis;
b) in de nabijheid van iedere toegang van het dek naar de verblijven;
c) in de nabijheid van iedere toegang tot niet van de verblijven uit toegankelijke bedrijfsruimten waarin zich verwarmings-,
kook-, of koelinstallaties bevinden, die op vaste of vloeibare brandstoffen werken dan wel op vloeibaar gas;
d) bij iedere toegang tot machinekamers of ketelruimen;
e) op een geschikte plaats benedendeks in de machinekamers of ketelruimen, zodanig zijn geïnstalleerd dat de weg naar een
brandblusapparaat vanuit geen enkel punt van de ruimte meer dan 10 meter bedraagt.
Zijn het SOLAS & Fire Training Manual aan boord en ingevuld? ☐ ☐ ☐
2Op schepen waarvan de hoogte van het boord boven de waterlijn bij ledig schip meer dan 1,50 m bedraagt moet een
buitenboordtrap of -ladder aanwezig zijn.
3Aan boord van vaartuigen moeten ten minste drie reddingsboeien aanwezig zijn, die
aan de Europese norm EN 14 144 : 2003, of;
aan Internationaal Verdrag van 1974 voor de beveiliging van mensenlevens op zee (Solas 1974), Hoofdstuk III, Regel 7.1,
en aan de internationale code betreffende de reddingsmiddelen (LSA), paragraaf 2.1 voldoen.
Ze moeten zich in gebruiksklare toestand op vaste en daarvoor geschikte plaatsen aan dek bevinden en mogen niet zijn vastgemaakt
aan de houders. Ten minste één reddingsboei moet zich in de onmiddellijke nabijheid van het stuurhuis bevinden en deze moet zijn
voorzien van een automatisch ontbrandend licht, gevoed door batterijen, dat in het water niet kan uitgaan.
3.9 Worden bewijzen van afgifte van oliehoudend afval bewaard bij de
☐ ☐ ☐
registratie (min. 5 jaar)?
Wordt er onderscheid gemaakt in oliehoudend en huishoudelijk
afval en wordt dit op de afvalemmers aangegeven? (ROSR ☐ ☐ ☐
10.02.1)6
5 Op de als technische eenheid goedgekeurde motor moeten de volgende gegevens (merktekens) vermeld staan:
Handelsmerk of handelsnaam van de fabrikant van de motor,
Motortype,
(eventueel) motorfamilie of motorgroep alsmede het individuele identificatienummer (serienummer),
Nummer van de typegoedkeuring overeenkomstig deel IV van deze bijlage,
Bouwjaar van de motor.