Sie sind auf Seite 1von 18

KENNISBASISPORTFOLIO

FRANS – NEDERLANDS - WISKUNDE


Bachelor Lager Onderwijs – Opleidingsfase 1
Campus Turnhout – Academiejaar 2018-2019
Dit is het portfolio van
_____________

FRANS
A. VERWACHTINGEN

De taalhandelingen die je moet kunnen stellen worden aangebracht in de Unités in Eventail En


action 5 en 6.
Je moet deze taalhandelingen zowel mondeling (spreken en luisteren) als schriftelijk (lezen en
schrijven) kunnen uitvoeren.

B. OEFENMATERIAAL
De cursus ‘Kennisbasis Frans’ geeft uitleg/ toelichting bij de kenniselementen (woordenschat
en spraakkunst) die je moet beheersen om deze taalhandelingen uit te kunnen uitvoeren.
In ‘Grammaire de base – Frans voor de lagere school’ vind je de grammaticale uitleg.
Overzicht leerstof
Hiervoor kunnen
andere
En Action Taalhandeling Gekend? Strategie / Hulplijn (concrete afspraken) / Planning
studenten bij mij
terecht
U1-4 Het alfabet in het Frans
zeggen
Iemand groeten

Vragen/zeggen hoe het


gaat
Zeggen dat iets tof is

Vragen wat iemand zoekt

Zeggen wat / wie je


zoekt (voorwerpen in de
klas)
Vragen wie iemand is

U5-8 Iets over iemand zeggen


(hoe hij/zij is, hoe hij/zij
zich voelt, …)
Iets ontkennen

De namen van de
maanden geven, de
datum geven, naar een
datum vragen
Gelukwensen uitspreken
bij een verjaardag, op
kerstdag en Nieuwjaar

Zeggen dat je iets voor


iemand hebt, vragen wat
iemand voor jou heeft

Zeggen dat je blij bent

Iemand bedanken

Antwoorden dat het


graag gedaan is

Vragen/zeggen wat er in
de klas te vinden is

Zeggen welke kleur iets


is

U9-12 Vragen/zeggen wat voor


weer het is/zal zijn

Zeggen wanneer iets


gebeurt

Iemand beleefd
aanspreken

Zeggen hoe iemand heet

Iemand/iets beschrijven

Vragen/zeggen hoe laat


het is
Over je dagindeling
praten

U13-16 vragen stellen/praten


over het gezin

vragen stellen/praten
over huisdieren

zeggen wat je (nooit)


draagt

vragen en zeggen hoe


mensen eruitzien

iets gebieden/verbieden

U17-20 Vragen/zeggen hoe


iemand zich verplaatst

Zeggen hoe vaak iets


gebeurt

Iets over een woning


zeggen (delen van een
woning, voorwerpen in
de woning)

Zeggen waar voorwerpen


staan

U21-24 Jezelf aan anderen


voorstellen

Zeggen hoe oud je bent

Zeggen vanwaar je bent


en waar je woont
Vragen en zeggen welke
taal iemand spreekt

Iets vertellen over je


familie

Iets vertellen over je


hobby’s

Vragen en zeggen welke


tv-programma’s er zijn

Zeggen wat je graag ziet


op TV

De weekdagen aanduiden

Tot meer dan 1000 tellen

Vragen/zeggen wat je
graag eet

Zeggen dat je iets (niet)


begrijpt

U25-28 Vragen en zeggen hoe je


dag ingedeeld is

De maaltijden benoemen

Vertellen wat je gedaan


hebt

Over ontspanning
spreken

Zeggen in welke volgorde


je iets doet
Boodschappen doen

Vragen en zeggen
hoeveel iets kost

Hoeveelheden aanduiden

Vragen en zeggen hoe


iemand zich voelt

Vragen en zeggen wat


iemand wil eten

U29-32 Iets bestellen

Jezelf verontschuldigen

Telefoneren

Zeggen wat er scheelt als


je ziek bent

Je uit de slag trekken als


je taal tekortschiet

De weg vragen en tonen

Lichaamsdelen aanduiden

U33-36 In een restaurant


bestellen

Uitdrukkingen bij het


eten gebruiken
Over de natuur en de
seizoenen spreken
Mijn aandachtspunten
(ZIE OOK ‘ERREURS COURANTES’ IN CURSUS KENNISBASIS
FRANS P. 46)
NEDERLANDS
A. LEERSTOF
De inhouden Nederlands die je moet kennen zijn een selectie uit De basis. Nederlands voor de
lagere school (Vanopstal en Chlarie). Het boek bevat naast de theoretische verduidelijkingen
rond spelling, woord- en zinsleer ook (een beperkt aantal) oefeningen en oplossingen.

B. VERWACHTINGEN
Voor de test kennisbasis Nederlands moet je:
- de juiste schrijfwijze van een woord kunnen geven (i.e. de spellingregels beheersen en
kunnen toepassen).
- de aangegeven woordsoorten kunnen definiëren.
- de aangegeven woordsoorten kunnen aanduiden in een zin.
- de aangegeven woordsoorten correct kunnen gebruiken in een zin.
- de aangegeven zinsdelen kunnen definiëren.
- zinsdelen kunnen aanduiden in een zin.

C. OEFENMATERIAAL
Extra oefenmateriaal/werkbundels (en oplossingen) vind je op Toledo: Basiskennis. Nadenken
over spelling. Basiskennis. Nadenken over woorden. Basiskennis. Nadenken over zinnen. Ook het
online platform HogeschoolTaal biedt oefenmogelijkheden op spelling, woord- en zinsleer.

Je leert spelling, woord- en zinsleer ENKEL door inzicht te krijgen in het spelling- en woordsysteem
en door te begrijpen hoe zinnen opgebouwd zijn of kunnen worden. Om dat inzicht te krijgen
moet je veel oefenen én met medestudenten praten over je fouten. Wanneer je dat inzicht hebt,
zal je kunnen spelen met taal en zal je taal veel rijker worden. Wanneer JIJ de leerlingen een
rijke, gevarieerde en correcte taal aanbiedt, zal de taal van de leerlingen ook rijker worden. Die
rijke taal is belangrijk om (moeilijkere) teksten te lezen, om je genuanceerder en duidelijk te
kunnen uitdrukken. Dat is belangrijk voor alle leerdomeinen die de leerlingen in de lagere school
zullen leren.
Overzicht leerstof
De basis. Hiervoor kunnen
Nederlands Te kennen andere
Gekend? Strategie / Hulplijn (concrete afspraken) / Planning
voor de lagere onderdelen studenten bij mij
school terecht
DEEL 1 1.1 Zelfstandig
naamwoord
WOORD VOOR
WOORD
1.2 Bijvoeglijk
naamwoord
1.3 Werkwoord

1.5 Voornaamwoord
(ENKEL persoonlijk,
wederkerend, bezittelijk,
aanwijzend, vragend,
betrekkelijk)
1.9 Voegwoord

DEEL 2 2.1 Klinkt als…


(Klinkers, medeklinkers
SPELLING en tweeklanken)
2.2 Hoofdletters

2.3 Hulptekens
 Accent
 Trema
 Koppelteken of
aan elkaar?
 Apostrof
2.4 Tussenletters

2.5 Afkortingen

2.6 Telwoorden

2.7 Verkleinwoorden

2.9 Werkwoorden
gecombineerd met
voorzetsels en
bijwoorden

DEEL 3 3.2 Onderwerp

ZINNEN-
ONDERZOEK
3.3. Gezegde

3.4 Voorwerpen

3.5 Bepalingen
Mijn aandachtspunten
WISKUNDE
A. LEERDOMEINEN
De leerdomeinen die je moet beheersen zijn getallenkennis, bewerkingen, meten en metend
rekenen en meetkunde.

B. VERWACHTINGEN

Je moet alle oefeningen correct kunnen oplossen, zonder rekenmachine.


Je kan je het best voorbereiden door schriftelijk oefeningen te maken.

C. OEFENMATERIAAL
In het boek De basis, Wiskunde voor de lagere school vind je theoretische uitleg,
oplossingsstrategieën en uitgewerkte voorbeelden.
Extra oefenmateriaal vind je op Toledo, in de bib, op internet, … .
Overzicht leerstof
Hiervoor kunnen
andere
Leerdomein Onderwerp Gekend? Strategie / Hulplijn (concrete afspraken) / Planning
studenten bij mij
terecht
Getallenkennis Plaatswaardensysteem

Functies van getallen

Romeins talstelsel

Kenmerken van
deelbaarheid
Delers, veelvouden, ggd,
kgv
Breuken gelijknamig
maken
Breuken, kommagetallen,
procenten ordenen,
vergelijken en op een
getallenas plaatsen

Bewerkingen Inzicht in relaties tussen


de bewerkingen
Eigenschappen van
bewerkingen verwoorden
en toepassen
Hoofdrekenen

Schattend rekenen
Afronden

Rekenen met breuken,


kommagetallen en
procenten

Cijferen

Bruto, netto, tarra

Schaal

Evenredigheden

Mengsels

Gemiddelde en mediaan

Ongelijke verdeling

Meten en Relaties tussen


metend grootheden en
rekenen maateenheden

Herleidingen

Schaal, lengte, omtrek

Oppervlakte

Inhoud en volume

Gewicht
Tijdstip en tijdsduur

Rekenen met
tijdsintervallen

Hoekgrootte

Prijsberekening

Enkelvoudige intrest

Soortelijk gewicht

Schatten

Meetkunde Vormleer (punten, lijnen,


vlakken, hoeken, vlakke
figuren, ruimtefiguren)

Meetkundige relaties
(loodrechte stand,
evenwijdigheid,
symmetrie,
gelijkvormigheid,
congruentie)

Soorten hoeken en
soorten vierhoeken
classificeren

Ruimtelijke oriëntatie

Schaduw

Kijklijnen
Mijn aandachtspunten

Das könnte Ihnen auch gefallen