Zelfevaluatie Kunst.

Zinnig - Flllex 2018-2019

‘Bewegende kunst.zinnige leerkrachten’
1. Verplichte aanwezigheid in de lessen
Verplichte aanwezigheid tijdens alle sessies Kunst.Zinnig. (Bij gewettigde afwezigheid kunnen studenten een vervangopdracht maken voor de gemiste sessie.
De inhoud van deze vervangopdracht wordt bepaald door de lector.)

(On)gewettigd afwezig op: n.v.t.

Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG 1 2018-2019

2. K.Z portfolio
Studenten houden een digitaal K.Z-portfolio bij (weergave van Kunst.Zinnig-traject, persoonlijke groei en artikels, inspiratiebronnen…).

De studenten lopen een zelf samengesteld Kunst.Zinnig traject (bijwonen van voorstellingen, concerten… en bezoeken van musea, tentoonstellingen…). De
studenten bewijzen met tickets, foto’s… hun aanwezigheid daarbij en voegen deze bewijsstukken en een korte toelichting toe aan hun Kunst.Zinnig-portfolio.

De studenten reflecteren over de lessen K.Z in de opleiding en tijdens stages, eigen kijk op kunst (in de lagere school), ze lezen inspirerende artikels…

Studenten krijgen volgende rubrics als houvast.

PERSOONLIJKE ONTWIKKELING & PROCES (Portfolio) – ‘Leraars bewegen met hun hele zijn’

GOED VOLDOENDE ONVOLDOENDE

De student maakt op een bijzondere,
verrassende wijze werk van zijn/haar
persoonlijke kunstzinnige ontwikkeling, met
aandacht voor verbreding en verdieping.
De student zet zijn/haar eigen sterkten op het
vlak van het kunstzinnig aandeel in de lagere
school in om zich als professional te profileren en
om anderen te inspireren.
De student ontwikkelt een eigen visie op het
mogelijk aandeel van het kunstzinnige in lager
onderwijs.
De student geeft zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling creatief en origineel
weer in zijn/haar K.Z portfolio.
De student maakt werk van zijn/haar persoonlijke De student maakt onvoldoende werk van
kunstzinnige ontwikkeling, met aandacht voor
verbreding en verdieping.
De student heeft aandacht voor eigen sterkten
en tekorten op het vlak van het kunstzinnig
aandeel in de lagere school.
De student toont interesse in het mogelijk
aandeel van het kunstzinnige in lager onderwijs.
De student geeft zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling adequaat weer in
zijn/haar K.Z portfolio.
zijn/haar persoonlijke kunstzinnige ontwikkeling.
De student heeft geen of onvoldoende aandacht
voor eigen sterkten en tekorten op het vlak van
het kunstzinnig aandeel in de lagere school.
De student toont geen of onvoldoende interesse
in het mogelijk aandeel van het kunstzinnige in
lager onderwijs.
De student geeft zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling onvoldoende weer in
zijn/haar K.Z portfolio.

Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG 2 2018-2019

3. Lessen K.Z
De studenten ontwerpen in groep een lessenreeks Kunst.Zinnig (verder ‘project’ genoemd) voor de lagere school (leeftijd zelf te kiezen) rond een vooraf
bepaald thema, nl. ‘SATIE’.

Studenten krijgen volgende rubrics als houvast.

GOED VOLDOENDE ONVOLDOENDE

INHOUD en VORM – ‘Leraars bewegen voor kinderen’ & ‘Leraars bewegen met kennis van zaken’
De schriftelijke versie van het project is De schriftelijke versie van het project is verzorgd,
verrassend vormgegeven. volledig en duidelijk.
Het thema van het project komt in verrassende Het thema van het project komt tot uiting in het
aspecten tot uiting. project.
Er werd gekozen voor een verrassende rode Het thema vormt de rode draad in het project.
draad die aansluit bij het thema.
Het project heeft een verrassende en originele Het project heeft een goedgekozen naam die
naam die gelinkt is aan het thema. gelinkt is aan het thema.
De lessen zijn gericht op het geloof in de
ontwikkeling van een kunstzinnige houding bij
kinderen.
Tijdens het project wordt er expliciet aandacht Het project vertrekt vanuit de leefwereld van de
besteed aan het individuele kind. kinderen en deze leefwereld wordt bewust
uitgebreid.
In het project is er voldoende aandacht voor het
creëren van een veilige en gestructureerde
leeromgeving.
Tijdens de lessen wordt er expliciet gebruik Tijdens de lessen is er aandacht voor de
gemaakt van de diversiteit binnen de groep als verbondenheid tussen kinderen.
hefboom voor leren.
De lessen zijn didactisch correct opgebouwd.
In de lessen wordt voldoende aandacht besteed
aan waarnemen en ervaren.
De schriftelijke versie van het project is
onvoldoende verzorgd, volledig en duidelijk.
Het thema werd onvoldoende uitgewerkt en
komt onvoldoende tot uiting in het project.
Het thema vormt niet de rode draad in het
project.
Het project heeft een naam die onvoldoende
gelinkt is aan het thema.
De lessen zijn onvoldoende gericht op het geloof
in de ontwikkeling van een kunstzinnige houding
bij kinderen.
Het project vertrekt onvoldoende vanuit de
leefwereld van de kinderen en deze leefwereld
wordt onvoldoende uitgebreid.
In het project is er onvoldoende aandacht voor
het creëren van een veilige en gestructureerde
leeromgeving.
Tijdens de lessen is er onvoldoende aandacht
voor de verbondenheid tussen kinderen.
De lessen zijn onvoldoende didactisch correct
opgebouwd.
In de lessen wordt onvoldoende aandacht
besteed aan waarnemen en ervaren.

Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG 3 2018-2019


De doelgerichtheid van de lessen wordt duidelijk
aangetoond vanuit de eindtermen en de K.Z-
doelen.
De lessen zijn gericht op ‘andere’ doelen: socio-
emotionele ontwikkeling,
persoonlijkheidsontwikkeling, cultureel
zelfbewustzijn,…
Er werd op een kritische manier gebruik gemaakt
van relevante bronnen bij het tot stand komen
van het project.
De visie op Kunst.Zinnig in de lagere school komt
zeer duidelijk tot uiting in dit project en is het
uitgangspunt ervan.
Dit kunstzinnig project is inspirerend voor het
werkveld.
SAMENWERKING – ‘Leraars bewegen samen’
Voor het concipiëren en uitwerken van het
kunst.zinnig project werd een beroep gedaan op
externe experten (mentoren, culturele
partners…).
Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG
In de lessen wordt voldoende aandacht besteed
aan verzinnen, maken en spelen.
In de lessen wordt voldoende aandacht besteed
aan benoemen, waarderen en duiden.
De lessen bieden voldoende kansen tot
creativiteit.
De lessen bevatten voldoende uitdagende
opdrachten.
De lessen zijn doelgericht.
Er werden relevante bronnen gebruikt bij het tot
stand komen van het project.
De visie op Kunst.Zinnig in de lagere school wordt
duidelijk in dit project.
Dit kunstzinnig project is bruikbaar voor een
lagere school.
Het kunst.zinnig project kwam tot stand door een
doelgerichte en vlotte samenwerking met de
medestudenten.
Tijdens de samenwerking was er ruimte voor
dialoog, kennisdeling, feedback…
4 2018-2019
In de lessen wordt onvoldoende aandacht
besteed aan verzinnen, maken en spelen.
In de lessen wordt onvoldoende aandacht
besteed aan benoemen, waarderen en duiden.
De lessen bieden onvoldoende kansen tot
creativiteit.
De lessen bevatten onvoldoende uitdagende
opdrachten.
De lessen zijn onvoldoende doelgericht.
Heel wat van de gebruikte bronnen zijn niet
relevant voor het project.
De visie op Kunst.Zinnig in de lagere school wordt
niet duidelijk in dit project.
Dit kunstzinnig project is niet bruikbaar voor een
lagere school.
Een minder vlotte en doelgerichte samenwerking
leidde tot een minder gunstig resultaat.
Tijdens de samenwerking was er onvoldoende
ruimte voor dialoog, kennisdeling, feedback…
4. Mondeling examen
Tijdens het mondeling contactexamen presenteren de studenten in groepjes hun lessenproject Kunst.Zinnig aan de lector. Daarnaast geven ze toelichting bij
hun Kunst.Zinnig portfolio.

(Vragen naar inhoud en vorm van beide aspecten worden grondig en beargumenteerd beantwoord.)

GOED VOLDOENDE ONVOLDOENDE

De student slaagt er bijzonder goed in om de
gemaakte keuzes binnen het kunstzinnig project
te verantwoorden vanuit zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling.
De student slaagt er bijzonder goed in om de
gemaakte keuzes binnen het kunstzinnig
portfolio te verantwoorden vanuit zijn/haar
persoonlijke kunstzinnige ontwikkeling.
De student slaagt erin om de gemaakte keuzes
binnen het kunstzinnig project te verantwoorden
vanuit zijn/haar persoonlijke kunstzinnige
ontwikkeling.
De student slaagt erin om de gemaakte keuzes
binnen het kunstzinnig portfolio te
verantwoorden vanuit zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling.
De student slaagt er niet in om de gemaakte
keuzes binnen het kunstzinnig project te
verantwoorden vanuit zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling.
De student slaagt er niet in om de gemaakte
keuzes binnen het kunstzinnig portfolio te
verantwoorden vanuit zijn/haar persoonlijke
kunstzinnige ontwikkeling.

Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG 5 2018-2019

5. Toekomstgerichte, persoonlijke slotreflectie
Graag verwijs ik hiervoor ook deels naar mijn portfolio. Bij visie en op het einde van mijn
K.Z.-traject heb ik dit al even aangeraakt. Hier concretiseer ik dit en bouw ik hierop verder.

Naar de toekomst toe wil ik mijzelf eerst en vooral blijven uitdagen in het zoeken naar kunst,
het kijken naar kunst, het anders bekijken van kunst en toegegeven, ook meer zelf kunst
maken. Dit laatste blijft wel een grote stap voor mij. Maar aangezien dit wel onderdeel is voor
mijn visie op (Kunst.Zinnig) onderwijs wil ik mij hier wel verder in verdiepen, er verder mee
experimenteren. Ik wil mezelf blijven uitdagen om mij comfortabel te voelen niet enkel bij het
bewonderen van kunst, maar er ook echt mee aan de slag te gaan. Gaande van erover
communiceren, verder op reflecteren tot er zelf mee experimenteren. Daarnaast wil ik ook alle
andere mogelijke kunstvormen verder leren kennen en opzoek gaan naar kunstvormen waar
ik voordien zelfs nog niet over had kunnen nadenken. Nog meer dan voordien besef ik nu hoe
gevarieerd het bestaande kunstaanbod is en wat voor klein aandeel ik slechts ken/ bewonder.
Hier wil ik verder in, meer van.

Daarnaast wil ik mij ook verder verdiepen in theater. Tot nu toe had ik, naast improv, nog niet
veel echt positieve ervaringen met theater. De twee stukken die ik dan ben gaan kijken vond
ik wel zeer aangenaam. En zeker Largo Desolato heeft mij overtuigd om dit verder uit te
diepen, verder te zoeken naar theaterstukken die mee die positieve ervaringen kunnen
opbouwen.

Tot slot hoop ik mijn visie op Kunst.Zinnig onderwijs ook nog meer in de praktijk te brengen.
Waar ik nu nog veel mee-surfte op de visie op onderwijs van mijn klasleerkracht en de school,
hoop ik bij mijn volgende stages meer van mijn eigen visie in mijn onderwijspraktijken te
steken (wederom niet enkel tijdens M.V.-lessen). Zeker aangezien ik in mijn tweede
stageschool merkte dat zo een visie op onderwijs mij ook echt meer ligt, dat ik er mij ook echt
beter bij voel. In deze school lag nl een grote klemtoon op het explorerend leren, de
verwondering van het kind, de eigenheid van elk kind en het creatief vormgeven. Ik voelde
mij in die school veel meer thuis dan in de vorige waar ze een meer ‘klassieke’ kijk op
onderwijs op na hielden.

Zelfevaluatie KUNST.ZINNIG 6 2018-2019