Beruflich Dokumente
Kultur Dokumente
§3 natuurrampen en beleid
Natuurrampen komen dus regelmatig voor in Zuidoost-Azie. Om de kans om risico’s te
verkleinen, treffen ze maatregelen. Hazard management is een planmatige vorm van
gevarenbeheersing. Een goed hazardmanagement heeft 3 factoren
∗ Risicoanalyse: alle natuurlijke risico’s in kaart brengen
• Bevolkingsdichtheid
• Frequentie van de ramp
• Ontwikkelingsniveau: hoger betekent minder risico
• Risicoperceptie: gewenning doet onderschatten
∗ Structurele maatregelen, zoals een dijk
• Gebruik GIS: Geografisch Informatiesystemen en vaak via satellieten, radio,
tv, sms en sirenes
∗ Stel een rampenplan op en oefen daar regelmatig mee.
• Voorlichting, onderwijs, bewustzijn
• Evacuatieplanning en overheidsorganisatie
• Trainen locale leiders
• Maken risicokaarten en ruimtelijke ordening
• Infrastructuur (zeemuren), bomen planten
De inwoners van bedreigde gebieden weten vaak goed wat hun boven het hoofd hangt, maar
toch is het moeilijk om ze weg te krijgen. Zij schatten het gevaar zelf in risicoperceptie
Hoe armer een gebied hoe groter de gevolgen van een natuurramp. In het algemeen kan je ook
zeggen: hoe zwakker het bestuur, hoe slechter het hazard management en hoe erger de
gevolgen zijn. Een soft state, een land met een zwak bestuur, slaagt er moeilijker in om
adequaat te reageren op een ramp.
§4 ontbossing
De hulpbronnen in Zuidoost-Azië worden steeds meer geëxploiteerd, waardoor de welvaart
stijgt en mensen rijker worden. Soms zijn de gevolgen echter onherstelbaar. Bij de ontbossing
zijn zowel binnenlandse- als buitenlandse partijen betrokken:
∗ Inheemse volkeren hun zwerflandbouw ontaardt soms in roofbouw
∗ Groeiend aantal sedentaire boeren de bevolkingsgroei zorgt voor een chronische
landhonger onder de kleine boeren dus ze leggen permanente akkers aan en gebruiken
het hout als brandstof
∗ Commerciële houtkap neemt 10% van de ontbossing in beslag. In de soft states
verlenen corrupte bestuurders concessies aan buitenlandse ondernemers onder het
mom van het aflossen van de staatsschuld
∗ Projectontwikkelaars voor hun moet het bos wijken voor plantages enz.
Vaak wordt het handelen van binnenlandse partijen in de periferie aangestuurd door de
centrumlanden.
Grootschalige ontbossing leidt tot een verstoorde waterbalans, een verlaging van de
biodiversiteit, een afname van de bodemkwaliteit(landdegradatie), minder
tsumanibescherming en bodemerosie. De verstoorde waterbalans zorgt voor
aardverschuivingen en overstromingen. Het evenwicht raak door de ontbossing verstoord dat
de duurzaamheid van het ecosysteem verloren gaat.
Als je het van de economische kant bekijkt brengt de ontbossing een bijdrage aan
handelsbalans en verkoop grondstoffen voor deelname wereldeconomie/valuta.
Andere gevolgen zijn nog; de migratie van inheemse bevolkingsgroepen en er ontstaan
malaria poelen.
§5 luchtvervuiling
De industrialisatie heeft in een aantal delen van Zuidoost-Azie een snelle verstedelijking tot
gevolg gehad. De industrie en het verkeer zorgt voor luchtvervuiling. Hoe hoger het BNP per
inwoner, hoe groter de luchtverontreiniging
Maar niet alleen het verkeer en de industrie zorgen voor luchtvervuiling, ook bosbranden
zorgen voor schade op verschillende schaalniveaus:
∗ Lokaal: leefomgeving van inheemse volkeren en dieren wordt vernieuwd.
∗ Nationaal: schade voor de volksgezondheid en de toeristen blijven weg.
∗ Mondiaal: bijdrage aan het broeikaseffect.
Door de industrialisatie en de ontbossing van Zuidoost-Azie raken tal van ecosystemen op
verschillende schalen beschadigd.
§9 globalisering in de stad
De globalisering in de steden verschilt van stad tot stad. Toch kun je enkele grote lijnen in
ontwikkeling zien:
∗ uniforme stedelijke landschappen, heel modern maar weinig sporen van de eigen
cultuur
∗ modernisering snel en omvangrijk, alles moet wijken voor de economische groep
∗ ontstaan megasteden, migranten trekken naar steden. Er wonen meer dan 10 miljoen
mensen en de nationale economie speelt een vooraanstaande rol. Alle steden hebben
een CBD (central buniness district) met indrukwekkende skylines.
Het aantal inwoners van steden groeit sneller dan het aantal beschikbare huizen en banen. Dit
leidt tot overurbanisatie, de stadsplanning kan het aantal nieuwkomers niet meer aan. De
overheid kan op verschillende manier de overbevolking in de steden bestrijden:
∗ toegang verbieden
∗ onder dwang verwijderen
∗ opvangen en reguleren
Door de vele nieuwkomers ontstaat er een grote infomele sector naast de formele sector. Als
de vluchtsector net zoals op het platteland helemaal volloopt met nieuwkomers en het
aanwezige werk onder steeds meer mensen verdeeld wordt, speek je van urbane involutie.
Oorzaken overstromingen
− Zeespiegel stijgt (klimaat), land daalt door grondwaterontrekking
− Verstedelijking (agglomeratie 24 miljoen inw.!):
o vergroot run-off (door meer asfalt)
o gebouwen zorgen voor meer warmte, dus opstijgende lucht
− Zware regens door klimaatinstabiliteit